Een verzekeraar heeft meestal gelijk als hij een schuldsaldoverzekering weigert aan een chronische zieke of een bijpremie vraagt van meer dan 75 procent. Dat leert het eerste jaarrapport van het Opvolgingsbureau voor de Tarifering Schuldsaldoverzekeringen.
Het Opvolgingsbureau voor de Tarifering Schuldsaldoverzekeringen werd in 2015 opgericht en is een uitvloeisel van de wet Partyka. Die wet werd in het leven geroepen om de toegang tot een schuldsaldoverzekering voor chronisch zieken te vergemakkelijken.
Het opvolgingsbureau controleert of de verzekeraar correct handelt wanneer het een bijpremie vraagt aan een chronische zieke of de schuldsaldoverzekering weigert. Die moet zijn beslissing onder meer medisch en verzekeringstechnisch kunnen verantwoorden.
Voorts onderzoekt het bureau in hoeverre de overlijdenskans van de verzekeringnemer tijdens de looptijd van het contract hoger ligt dan de overlijdenskans van een doorsnee persoon zonder specifiek gezondheidsrisico. Cijfers tonen dat de verzekeraars in het merendeel van de gevallen recht in hun schoenen staan wanneer ze een contract weigeren of een extra premie vragen.
Verzekeraars meestal gelijk
Vorig jaar ontving het bureau 547 aanvragen tot een onderzoek. Het Opvolgingsbureau velde een oordeel over 397 dossiers. 193 chronische zieken klopten aan bij het bureau omdat ze een bijpremie moesten betalen van meer dan 75 procent en in 204 gevallen weigerde de maatschappij de chronisch ziekte te verzekeren.
In 83 procent van de gevallen oordeelde het Opvolgingsbureau dat de verzekeraar gelijk had. In slechts 28 gevallen oordeelde het bureau dat de patiënten recht hadden op een lagere bijpremie. Zo heeft de instantie voor 15 patiënten een beter voorstel proberen los te krijgen bij de verzekeraar. In 13 gevallen was die bereid een nieuw contract aan te bieden tegen betere voorwaarden. In 13 andere gevallen kwam de verzekeraar op eigen initiatief met een nieuw voorstel over de brug. Voorts kregen 20 chronisch ziekten alsnog een schuldsaldoverzekering nadat het bureau tussenbeide kwam.
Het merendeel van de dossiers die het Opvolgingsbureau behandelde kwamen van mensen met suikerziekte, aandoeningen van hart- en bloedvaten en met kanker. (NS)
