Als je wagen beschadigd raakt bij een verkeersongeval waarbij je niet in fout bent, moet je niet zomaar akkoord gaan met de vergoeding die de verzekering je voorstelt. Je kan naast de herstelkosten soms ook andere vergoedingen vragen.
Als slachtoffer van een verkeersongeval waarbij er enkel materiële schade is aan je wagen, moet je niet zomaar akkoord gaan met een loutere terugbetaling van de herstelkosten. Je kan ook bijkomende vergoedingen vragen.
1. Gebruiksderving
Door het ongeval kan of mag je je voertuig wellicht een zekere tijd niet gebruiken. Voor die dagen hebt je recht op een vergoeding van 20 euro per dag als het om een personenwagen gaat en 9 tot 15 euro voor een motor. Huur je intussen een soortgelijk vervangingsvoertuig, dan kan je de huurkosten terugvragen verminderd met een beperkte aftrek.
2. Stallingskosten
Je kan ook de kosten die je eventueel aan je garagist moet betalen voor de stalling van je wagen in zijn garage terugvragen. Zorg alleszins voor facturen en betalingsbewijzen hiervan.
3. Takeldienst en BIV
Ook de kosten van de takeldienst die je moet betalen, kan je in rekening brengen. Bij een totaal verlies van je wagen kan je de BIV-kosten die je destijds betaalde naar evenredigheid terugvorderen.
4. Administratiekosten
Je hebt ook recht op een vergoeding van 100 euro voor telefoon-, administratie- en andere kosten die je had.
Moet je wagen na een herstelling worden herkeurd, dan kan je ook die kosten in principe terugvragen. Hetzelfde geldt voor de kosten en intresten van een financiering die je moet aangaan voor de aanschaf van een ander voertuig of voor betaling van de herstelkosten.
5. Intresten
Op de vergoeding waar je recht op hebt kan je intresten vragen vanaf de datum van het ongeval tot de effectieve betaling door de verzekeraar.(JR)
