Daan Killemaes

‘Vennootschapsbelasting breekt alle records’

Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

De fiscale inkomsten stijgen in 2018 sneller dan de inflatie en dus wint de overheid koopkracht. Dat zegt Trends-hoofdredacteur Daan Killemaes.

Op het moment dat Open Vld hardop droomde van een vennootschapsbelasting van 15 procent en een vlakke personenbelasting van 30 procent, werden de volksvertegenwoordigers, ook die van Open Vld, met de realiteit geconfronteerd.

De politici kregen de algemene toelichting bij de federale begroting van 2018 in hun mailbox. Dat jaarlijkse document is een interessant werkstuk dat te weinig aandacht krijgt.

Er staat bijvoorbeeld in dat de sociale zekerheid voor 35 miljard euro gesubsidieerd wordt met algemene middelen. Of dat de belastingen op vermogen en kapitaal de begroting aan het redden zijn, ook zonder rekening te houden met een taks op de effectenrekeningen.

Record

Als de regering en de volksvertegenwoordigers er even bladzijde 92 van de algemene toelichting bijnemen, dan kunnen ze lezen dat de vennootschapsbelasting volgend jaar 17,7 miljard euro opbrengt.

Dat is een record, ondanks de eerste fase van de hervorming van de vennootschapsbelasting.

De stijging is een logisch gevolg van het stijgende bruto-inkomen van de ondernemingen, maar ook van een impliciet belastingtarief dat nog niet daalt. In vergelijking met 2016 zal de vennootschapsbelasting in 2018 ongeveer 2,5 miljard meer opbrengen.

Als de hervorming van de vennootschapsbelasting budgettair neutraal is, zoals afgesproken, dan slaagt de regering daar in 2018 met verve in.

Volgens een bijbehorende tabel bedraagt de impact van de hervorming van de vennootschapsbelasting op de inkomsten 0,0 euro in 2018. Vakwerk.

‘Budgettair neutraal’

Het budgettair neutrale karakter van de hervorming impliceert dat de opbrengst van de vennootschapsbelasting op een historisch hoog niveau wordt vastgeklikt. Dat kan toch moeilijk de bedoeling zijn van een operatie die België weer op de kaart moet zetten.

Het kan ook geen kwaad de term ‘budgettair neutraal’ te definiëren. Moet de vennootschapsbelasting evenveel in euro opbrengen?

Of betekent dit een stabiele impliciete belastingvoet? En welk jaar is de referentie? De juiste definitie scheelt algauw honderden miljoenen in opbrengsten. Er is over veel minder geld veel langer gepalaverd, denk maar aan de 254 miljoen euro die de effectentaks zou moeten opbrengen.

Vennootschapsbelasting breekt alle records

Over belastingen op vermogen gesproken. Lees mee op bladzijde 93. Daar staat dat de roerende voorheffing volgend jaar 5,25 miljard euro opbrengt. Dat is 13 procent of 594 miljoen meer dan vorig jaar.

Dat is niet alleen te danken aan een royalere dividendenstroom, maar ook een gevolg van maatregelen zoals de hogere belasting op gemengde beleggingsfondsen en de hogere roerende voorheffing op kapitaalverminderingen.

De stijging van de roerende voorheffing naar 30 procent joeg de opbrengst vorig jaar al hoger. En als vroeg of laat de rente stijgt, dan wordt de roerende voorheffing helemaal een feest voor de schatkist. Voor CD&V is dat alles blijkbaar quantité négligeable.

Bewijs voor het vermoeden van de oppositie dat de centrumrechtse regering-Michel de overheid wil dwingen om te besparen door een bres te slaan in de inkomsten, is in de algemene toelichting niet te vinden. Het ‘beest’ wordt nog altijd gevoed.

Taxshift

Dit jaar stijgen de fiscale inkomsten met 5,8 procent en volgend jaar ‘slechts’ met 3 procent, dankzij de volgende fase van de taxshift die voor enige verlichting in de personenbelasting zorgt. Dat is in twee jaar 10 miljard euro meer.

De fiscale inkomsten stijgen daarmee sneller dan de inflatie en dus wint de overheid koopkracht. Toch kan de fiscale druk volgend jaar lichtjes dalen omdat het bbp nog sneller stijgt.

Het document reikt ook geen bewijs aan dat de sociale zekerheid wordt ontmanteld, zoals de vakbonden weleens opperen. De uitgaven in de sociale zekerheid stijgen volgend jaar met 3,5 procent tot meer dan 100 miljard euro, een record.

Eventuele tekorten past de federale overheid braaf bij.

Met het verlagen van de belastingen gaat het in dit land zoals met besparen op de uitgaven. Besparen betekent minder meer uitgeven, de belastingen verlagen betekent minder meer belasten.

Uitgedrukt in percentage van het bbp, dalen de fiscale druk en de overheidsuitgaven. Maar het gaat traag, heel traag, en de begroting overleeft deze nochtans aanbevolen tendens enkel bij de gratie van een stevige conjunctuur en dalende rentelasten.

Tussen de droom van Open Vld en de realiteit gaapt nog een diepe kloof.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content