De Belg is niet bezig met zijn nalatenschap. Slechts een op de tien Belgen heeft zijn wilsbeschikking al op papier gezet. 55 procent vindt het testament zelfs helemaal niet nuttig. Dat blijkt uit een onderzoek van Wolters Kluwer bij 1002 respondenten.
Drie op de tien Belgen geven aan werk te willen maken van een testament. Vooral de jongere generatie is bezig met haar nalatenschap. 42 procent van de 25- tot 45-jarigen overweegt zijn erfenis later officieel te regelen. Bij de 65-plussers zakt dat aantal naar 21 procent. Van die laatste categorie geeft 63 procent aan geen behoefte te hebben aan een testament, 16 procent heeft er wel een.
Conflictsituaties
Ondanks de desinteresse in een testament maakt de Belg zich zorgen over conflictsituaties als hij zou overlijden. 11 procent van onze landgenoten verwacht problemen bij de verdeling van de erfenis. Vooral de nieuw samengestelde gezinnen vrezen voor problemen bij een overlijden. Een op de vijf geeft aan dat de kans op conflicten groot is. Maar dat zet de gezinnen niet aan te schenken bij leven.
Wie toch een testament opstelt, doet dat vooral voor de kinderen. 72 procent van de respondenten zegt zijn hebben en houden aan hen te willen nalaten. De helft van de respondenten vernoemde ook de partner als erfgenaam. Daarna komen de kleinkinderen (15%), andere familieleden (14%), goede doelen (6%) en vrienden (4%) aan de beurt.
Uit het onderzoek blijkt ook dat er een opvallend verschil is tussen mannen en vrouwen wanneer ze hun welsbeschikking op papier zetten. Meer dan de helft van de mannen (57%) zou zijn erfenis aan de partner nalaten. Andersom is dat een stuk minder (42%). Vrouwen laten de erfenis dan weer iets vaker na aan de kinderen of goede doelen.
