Drie redenen waarom een rechtszaak aanspannen duurder is geworden
Op enkele jaren tijd is procederen voor de rechtbank een stuk duurder geworden. Waarom is dat het geval? Met welke extra kosten moet je tegenwoordig rekening houden?
Procederen voor de rechtbank kost heel wat geld. Een aantal wettelijke maatregelen hebben dit de laatste jaren alleen maar duurder gemaakt.
Rechtsplegingsvergoedingen omhoog
Op 1 juni laatstleden zijn de rechtsplegingsvergoedingen weer eens met 10 procent gestegen. Die rechtsplegingsvergoeding is de forfaitaire vergoeding die de verliezende partij moet betalen aan de winnaar van het proces voor zover die zich laat bijstaan door een advocaat.
Om u een idee te geven : de rechtsplegingsvergoeding voor een proces met een inzet van 25.000 euro bedraagt nu 2.400 euro per aanleg. Bedraagt de inzet 125.000 euro dan gaat het al om 6.000 euro. Een overzicht van de bedragen vind je hier.
Deze stijging is goed nieuws als je de zaak wint. De verliezer van het proces zal je dan namelijk een hogere vergoeding moeten betalen.
Rolrechten
Ook de rolrechten zijn vorig jaar in juni gestegen. Dat is een vergoeding die je moet betalen om de zaak op de rol van de rechtbank te krijgen. De partij die de zaak aanhangig maakt moet deze kosten voorschieten. Ook hier legt de rechter deze rolrechten uiteindelijk normaal ten laste van de verliezende partij. Ze gaan van 40 euro tot 800 euro en worden berekend per eisende partij.
Advocatenkosten
Sinds 1 januari 2014 moet je ook nog eens BTW betalen (21 %) op het ereloon en de kosten die je advocaat je aanrekent. Ook op de rekening van je gerechtsdeurwaarder is overigens sinds 2012 BTW verschuldigd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier