Dit riskeer je als je geen ‘plaatselijk verkeer’ bent
Heel wat straten en wegen in België zijn enkel toegankelijk voor zogenaamd ‘plaatselijk verkeer’. Wie valt daar precies onder? En wat riskeer je als je er toch door rijdt?
Op het moment dat je een straat wil inrijden zie je dat er een verkeersbord staat dat de toegang tot de straat verbiedt ‘uitgezonderd plaatselijk verkeer’. Wat moet je daarvan weten?
Wie mag er in?
De Wegcode verduidelijkt wie als plaatselijk verkeer kan worden beschouwd. Meer bepaald gaat het om de voertuigen van de bewoners van de straat en van hun bezoekers.
Ook als je iets moet leveren aan een bewoner in de straat mag je daar inrijden. Hetzelfde geldt onder andere voor bussen van De Lijn. Wil je gewoon door de straat rijden omdat dit je reisweg inkort of omdat je een file wil vermijden, dan ben je geen plaatselijk verkeer.
Met de fiets?
Ben je met de fiets dan gelden er andere regels. Als fietser mag je namelijk wel door een straat die enkel toegankelijk is voor plaatselijk verkeer rijden. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor ruiters.
Wat riskeer je?
Rij je toch in zo’n straat en is er een controle, dan riskeer je een boete. Dat is nog niet alles. Je riskeert bij een ongeval in die straat ook (deels) aansprakelijk te worden gesteld alleen maar omdat je de straat inreed. De rechtbank zal allicht nagaan of een wel toegelaten automobilist (zoals een bewoner van de straat) het ongeval ook zou hebben voorgehad. Dat betekent dus dat als het ongeval te wijten is aan de specifieke en de ter plaatse gekende situatie van de straat, de kans reëel is dat de automobilist die de regels van het plaatselijk verkeer niet naleeft mee opdraait voor het ongeval.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier