Als de schenker van een hand- of bankgift binnen de 3 jaar ernstig ziek wordt, kan men het bewijs van de die bank- of handgift nog vlug registeren. Maar wat als het (verlengd) weekend voor de deur staat?
Voorbeeld
Je vader deed vorig jaar een bankgift van 50.000 euro, maar is nu plots héél zwaar ziek. Je wil het bewijs van die bankgift (aangetekende brieven of gezamenlijk bewijsdocument) nog vlug gaan registreren aan 3 procent schenkbelasting (3,3% in Wallonië) op het registratiekantoor. Het is echter vrijdagnamiddag dus het registratiekantoor is al gesloten en er komt bovendien een verlengd Pinksterweekend aan, zodat je pas de volgende dinsdag naar het registratiekantoor kan gaan om de bankgift te laten registreren.
Als je vader voordien zou overlijden, zullen alsnog erfbelastingen moeten betaald worden op die bankgift, die oplopen tot 27 procent in Vlaanderen en 30 procent in Brussel en Wallonië.
Sinds kort is er terug een nieuwe mogelijkheid om onmiddellijk te registeren…
De ultieme truc
In ons concreet voorbeeld ga je best zo snel mogelijk – dus vóór vader overlijdt – naar een notaris en doe je een ‘neerlegging onder de minuut’ van het bewijsdocument van de bankgift. De notaris verlijdt dan een ‘akte van depot’ waarin bovenop de datum desnoods ook het exacte uur van neerlegging vermeld wordt. De schenkbelasting is dan ‘verworven’ voor de staat als de schenker nog in leven was bij het verlijden van de neerleggingsakte, ook al overlijdt hij tussen de ondertekening en de registratie ervan.
Sinds 1 januari 2015 werd deze techniek verboden in Vlaanderen (niet in de andere gewesten), maar de Vlaamse Belastingdienst is daar sinds kort op teruggekomen. Deze ultieme truc is dus terug mogelijk alle gewesten.
