Praten over geld is even belangrijk voor uw relatie als praten over seks

© Getty
Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

Zodra je in een duurzame relatie stapt, moet je beginnen te praten over geld, vindt Ann Maelfait, partner van het advocatenkantoor Rivus en gespecialiseerd in nalatenschappen, echtscheidingen en betwistingen van testamenten en schenkingen.

Hebt u met Valentijn een fijn afspraakje gehad? Hebt u aan het einde van de avond gediscussieerd over wie mocht betalen? De vraag wie de rekening op een eerste date betaalt, is niet zo onschuldig als ze lijkt. Onderzoek leert dat een idee zoals ‘mannen moeten betalen voor afspraakjes’ vaak hand in hand gaat met seksistische overtuigingen als ‘mannen moeten de kostwinner zijn’ of ‘vrouwen moeten voor de kinderen zorgen’. Maar wat als het inkomen van de mannelijke kostwinner om de een of andere reden wegvalt? Worden die vrouwen financieel dan voldoende gecompenseerd voor de vele uren onbetaalde zorg voor de kinderen en het beroepsinkomen dat ze daardoor mislopen?

Wereldwijd bouwen vrouwen tijdens hun loopbaan gemiddeld slechts 74 procent van het vermogen op dat mannen opbouwen tegen hun pensioenleeftijd. Ook in België is dat percentage 75 procent, volgens een studie van het Amerikaans-Britse bedrijf WTW, dat data analyseert voor verzekeringsmaatschappijen. De vermogenskloof is met andere woorden veel groter dan de inkomenskloof. Minder inkomen leidt tot minder vermogen en een grotere kans om in de armoede terecht te komen. En zo krijgen vrouwen op latere leeftijd alsnog een gepeperde rekening gepresenteerd van al die gratis dates op kosten van mannen.

Iets meer dan een derde van de huwelijken in ons land eindigt met een echtscheiding. Verschillende buitenlandse studies hebben aangetoond dat vrouwen er bij een scheiding financieel veel meer op achteruitgaan dan mannen. Vorige week nog veroorzaakten cijfers van het Waalse statistiekbureau opschudding, omdat eruit bleek dat 42 procent van de kinderen van gescheiden ouders in Wallonië voltijds bij hun moeder woont. Nog eens 16 procent woont vooral bij de moeder. Andere vrouwen staan er al vanaf de geboorte van hun kind alleen voor. Nog andere moeders zijn na een overlijden op zichzelf aangewezen. Volgens een recente studie van de Nationale Bank over vermogensongelijkheid bezitten alleenstaanden in ons land slechts 56 procent en alleenstaande moeders slechts 11 procent van het vermogen van een mediaangezin.

Het taboe doorbreken: praten over geld

Zowel mannen als vrouwen voelen veel schroom om te praten over geld, leert onderzoek – en vrouwen net nog iets meer dan mannen. “Zodra je in een duurzame relatie stapt, moet je beginnen te praten over geld”, vindt Ann Maelfait, partner van het advocatenkantoor Rivus en gespecialiseerd in nalatenschappen, echtscheidingen en betwistingen van testamenten en schenkingen. “Ook in mijn praktijk zie ik dat vrouwen nog altijd minder durven te praten over geld dan mannen. Minder opgeleide vrouwen doen dat nog het minst. Sommige mannen gooien meteen hun visie op geld op tafel en vaak gaan hun partners daar dan maar in mee.

“Ik vind het voor koppels minstens even belangrijk dat ze over geld kunnen praten als over seks. Het zijn beide basisbehoeftes. Het is niet alleen taboe om te praten over geld op de werkvloer of op familiefeesten, maar zelfs binnen een relatie. Dat zou niet mogen.”

Financieel zwakste partner

Voormalig staatssecretaris Marie-Colline Leroy (Ecolo) gaf de opdracht voor een grote studie over vermogensongelijkheid, waarvan de conclusies in 2023 werden voorgesteld. Een van de conclusies was dat de wetgever weinig tot geen bescherming heeft ingebouwd voor wanneer er een machtsonevenwicht is in de relatie tussen twee partners. Voor andere ongelijke relaties voorziet de wet wel veel meer in bescherming. Denk aan de rechten van werknemers die werkgevers moeten respecteren, of aan de rechten van consumenten die bedrijven moeten honoreren.

‘Feitelijk of wettelijk samenwonen beschermt de financieel zwakste partner – doorgaans de vrouw – voor geen meter’

Ann Maelfait, Rivus

Door die gebrekkige bescherming van de financieel zwakste partner wordt vermogensongelijkheid in stand gehouden of vergroot. Voor Ann Maelfait is het zo klaar als een klontje wat alle jonge koppels die het goed menen met elkaar, moeten doen. “Je moet trouwen, niet voor de romantiek of het grote bruiloftsfeest, maar voor het keiharde juridische contract. Feitelijk of wettelijk samenwonen beschermt de financieel zwakste partner – doorgaans de vrouw – voor geen meter.” Als de partner met het grootste loonzakje of de diepste zakken niet wil trouwen, kan de ander daar niets tegen beginnen. Maar zelfs in een huwelijk heeft de financieel sterkste partner de macht om te beslissen in welke mate hij of zij solidair wil zijn.

Het wettelijke huwelijksstelsel biedt de financieel zwakkere partner in de meeste gevallen de best mogelijke bescherming. Wie trouwt zonder huwelijkscontract, trouwt hoe dan ook met een gemeenschap van goederen, wat wil zeggen dat alle inkomsten van beide partners tijdens het huwelijk gemeenschappelijk zijn. Enkel erfenissen en schenkingen komen niet in de gemeenschap terecht. “De gemeenschap van goederen geeft de beste bescherming, maar biedt nog altijd geen goede bescherming aan vrouwen die beslissen om minder te gaan werken om voor de kinderen te zorgen”, stelt Ann Maelfait. “Bij een echtscheiding begin je als partner met het laagste inkomen aan een bokswedstrijd met één hand op je rug.”

Geen bescherming voor wie minder gaat werken

Heel wat ondernemers trouwen met een scheiding van goederen, om het vermogen van hun partner te beschermen tegen schuldeisers als het misloopt met de onderneming. De keerzijde van de medaille is dat die partner ook niet deelt in de opbouw van het vermogen als de onderneming een succes wordt. “Je kunt ook trouwen met een scheiding van goederen, maar met een verrekenbeding. Dat is een soort correctie op het huwelijk met scheiding van goederen. Je doet ieder je eigen ding en je bent beschermd tegen de schuldeisers van je partner. Alleen verdeel je bij een scheiding, of om de vijf of tien jaar of een andere termijn die je afspreekt, in tweeën wat je beiden hebt opgebouwd.”

Zonder afspraken over een billijke herverdeling van het inkomen en het vermogen moet de financieel zwakkere partner bij een scheiding van goederen onderhandelen om nog een stukje van de taart te krijgen. Wat de een wint, verliest de ander. Gemakkelijke gesprekken zijn dat doorgaans niet en dan wordt het ruzie maken en vechten voor elke cent. Ann Maelfait: “Vrouwen die minder gaan werken en denken dat het wettelijk huwelijksstelsel hen beschermt tegen het verlies aan inkomen, komen bedrogen uit.”

Geen compensatie voor minder inkomen

Wie in het huwelijksbootje stapt, doet er verstandig aan een keer heel grondig door te praten over alles wat van ver of dichtbij met geld te maken heeft. “Je maakt het best afspraken voor de boot vertrekt en niet als hij al aan het varen is”, vindt Ann Maelfait. “Want een huwelijkscontract aanpassen, kan alleen als beide partijen akkoord zijn.”

Voor of tijdens het huwelijk mogen partners geen afspraken maken over alimentatie voor het geval dat ze later zouden scheiden. Als vrouwen deeltijds gaan werken om meer taken in het huishouden op zich te nemen, daalt hun inkomen. Maar in een huwelijk met een gemeenschap van goederen zijn alle inkomsten gemeenschappelijk. Bij een scheiding worden ze in tweeën gedeeld. Die vrouwen moeten na hun scheiding op eigen kracht met een lager inkomen verder.

Wie geen of onvoldoende eigen inkomen heeft, moet bij de scheiding onderhandelen over onderhoudsgeld. “Dat betekent ruzie. Want je ex is doorgaans niet bereid nog iets af te geven aan jou. In België is partneralimentatie enkel nog verplicht als de ex-partner behoeftig is. Dat betekent een dak boven het hoofd hebben en voldoende geld voor een busticket. Daarmee kun je je levensstandaard niet behouden. Je kunt naar de rechter stappen voor een evenwichtigere alimentatie en argumenten aanbrengen om je levenstandaard toch in rekening te brengen. De rechtbanken hebben echter een gigantische achterstand. Je bent al snel twaalf maanden verder zonder centen. In de Franstalige hoven van beroep kan het tot vier jaar duren voor een echtscheiding behandeld wordt. Dat is niet meer menselijk. Een alternatief is een bemiddelaar, maar ook daar laat je je het best bijstaan door een goede advocaat, en ook dat kost geld.”

Wel compensatie voor minder vermogen

Het wettelijk pensioen, de eerste pijler van het pensioen, is niet gemeenschappelijk. Het principe dat iedereen moet werken voor zijn eigen pensioen zal door de regering-De Wever alleen nog maar worden versterkt, blijkt uit het regeerakkoord. Het aanvullend pensioen, de tweede pijler van het pensioen, is wel gemeenschappelijk, behalve voor stellen die getrouwd zijn met een scheiding van goederen. Wat de partners met een gemeenschap van goederen voor hun huwelijk hebben gespaard, blijft van hen alleen. Ook als slechts een van beiden een pensioenspaarrekening heeft, moet dat geld netjes worden verdeeld.

“Er zijn twee visies in de rechtspraak”, zegt Ann Maelfait. “Stel dat een van beide partners uitzicht heeft op een aanzienlijk aanvullend pensioen. Dan zou de andere partner bij een scheiding ofwel meteen een groter deel van het vermogen moeten krijgen, ofwel moet er een afrekening gebeuren wanneer het aanvullende pensioenkapitaal wordt uitbetaald. Ik pleit doorgaans voor die laatste visie, omdat er nog allerlei onzekere factoren spelen. Wat zullen de financiële markten doen? Gaat de fiscaliteit in België nog veel veranderen?”

Het gebeurt regelmatig dat vrouwen op middelbare leeftijd hun huwelijkscontract willen aanpassen. Volgens de advocate komen heel wat vrouwen tussen veertig en vijftig jaar op een kantelpunt in hun relatie. “Vrouwen beseffen dan plots dat ze zich altijd hebben weggecijferd en dat er een onevenwicht in de relatie is geïnstalleerd door bijvoorbeeld te trouwen met scheiding van goederen. Ze zijn bang dat ze binnenkort voor een jongere vrouw ingeruild kunnen worden en kloppen dan op tafel. Soms weten mannen helemaal niet wat hun op zo’n moment overkomt en slaan ze zelfs in paniek. Ook dan zeg ik: praat alles goed door. Laat ons het huwelijkscontract ineens grondig aanpassen, zodat jullie gerust zijn voor de tweede helft van jullie huwelijk. We gaan niet nu een beetje bijdruppelen en binnen vijf jaar nog wat bijdruppelen.”

Voor Ann Maelfait kan er niet genoeg worden gehamerd op het belang van financiële onafhankelijkheid. “Mijn vader heeft mij en mijn zus met de paplepel ingegoten dat we ten allen tijde voor onszelf moesten kunnen zorgen. In het begin verdiende ik als advocaat maar een paar duizenden euro’s bruto. Die gingen bijna volledig op aan de nanny voor mijn kinderen. Ik besef maar al te goed dat dat niet voor iedereen is weggelegd. Er moet voldoende betaalbare kinderopvang en naschoolse opvang zijn. Tegelijk zouden we op school – en ook buiten school – onze kinderen veel meer financiële kennis moeten meegeven. We kunnen er niet vroeg genoeg mee beginnen.”

Vrouwen willen meer dan een roze creditcard

Op 18 februari verscheen bij uitgeverij Lannoo het boek Vrouwen willen meer dan een roze creditcard. Het wil vrouwen bewuster maken van de financiële gevolgen van hun keuzes op het gebied van studie, carrière, relaties, sparen en beleggen. Lees meer in ons dossier vrouwen en geld.

Partner Content