Je vermogen verschuiven met een ‘elastiek’
In het kader van een successieplanning worden vaak eigen goederen verschoven naar de huwgemeenschap. Bovendien wordt vaak een beding van terugneming (de zogenoemde elastiek) ingebouwd voor het geval er toch een echtscheiding komt. Maar hoe zorg je ervoor dat dat niet belast wordt?
Wettelijk stelsel
Als je gehuwd bent zonder huwelijkscontract, dan val je onder het wettelijk stelsel. Dat is ook het geval als je er uitdrukkelijk voor gekozen hebt. Ongeveer 75 procent van de Belgen valt onder dat wettelijk stelsel.
Het komt erop neer dat al wat beide partners bezitten, in het gemeenschappelijke vermogen of de zogenoemde huwgemeenschap zit, behalve wat je al had voor het huwelijk en wat je erft of via schenking krijgt tijdens je huwelijk. Dat zijn eigen goederen. Stel bijvoorbeeld dat de vrouw een appartement aan zee erft van haar ouders, dan komt dat niet in het gemeenschappelijke vermogen terecht.
Eigen vermogen verschuiven
Om erfbelasting te besparen, kun je vrij eenvoudig eigen goederen verschuiven naar de huwgemeenschap. Eigen goederen worden dan ingebracht in de huwgemeenschap. Het appartement aan zee in ons voorbeeld wordt dan gemeenschappelijk. Het volstaat dat je daarvoor je huwelijkscontract laat aanpassen door de notaris (± 800 à 1200 euro).
Om die techniek tussen echtgenoten toe te passen, moet er dus zowel een eigen als gemeenschappelijk vermogen zijn. Ben je gehuwd met scheiding van goederen, dan kan je eventueel overstappen naar scheiding van goederen met een beperkte gemeenschap (kostprijs ± € 1000).
Verfijning via keuzebeding
Die techniek kan nog geoptimaliseerd worden door een keuzebeding in het huwelijkscontract te zetten. De langstlevende kan dan uit de huwgemeenschap kiezen wat hem op dat moment (fiscaal) het best uitkomt. Zonder in detail te treden merken we ook nog op dat die techniek ook verder op maat kan worden uitgewerkt.
Wat bij echtscheiding?
Als de vrouw in ons voorbeeld haar kustappartement inbrengt in de huwgemeenschap, dan betekent dat ook dat beide echtgenoten bij een echtscheiding elk de helft van dat kustappartement krijgen. Dat is natuurlijk niet de bedoeling.
Een oplossing is dat in het huwelijkscontract ook een zogenoemd beding van terugneming (elastiek) ingelast worden ten voordele van de vrouw die het appartement inbracht. Daardoor krijgt de vrouw in het geval van een echtscheiding haar appartement terug, zonder dat haar partner de helft kan opeisen.
En fiscaal?
Maar als bij een echtscheiding een ingebracht onroerend goed (kustappartement in ons voorbeeld) terugkeert, is dat dan met of zonder registratierechten? Als alles goed geformuleerd wordt en er bepaald is dat de inbrengende echtgenoot in geval van echtscheiding het goed zál terugnemen (er is geen keuze), dan is dat belastingvrij.
Slechts als de echtgenote het ingebrachte goed kánterugnemen(er is keuze) is het verdeelrecht van toepassing. Dat bedraagt 2,5 procent in Vlaanderen en 1 procent in Brussel en Wallonië. Dat fiscaal standpunt werd onlangs vastgelegd door de Vlaamse belastingdienst (Standpunt 15059) die daarmee het federale standpunt volgt dat van toepassing is in Brussel en Wallonië (RJR 109,1°-2°/09-02). Kortom, bouw dus geen keuzemogelijkheid in.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier