Wat is de beste looptijd voor uw hypothecaire lening?
Een langere looptijd betekent lagere maandelijkse aflossingen. Maar dat heeft een keerzijde: hoe langer u leent, hoe meer intresten u moet betalen. Hoe bepaalt u de optimale looptijd van uw lening?
Als reactie op de hoge vastgoedprijzen lanceerden de banken enkele jaren geleden hypothecaire leningen met langere looptijden. Zowat elke financiële instelling biedt vandaag woonkredieten aan die kunnen worden terugbetaald over een periode tot 30 jaar.
Doordat de lener de terugbetaling kan spreiden over een langere periode, vallen zijn maandelijkse aflossingen lager uit en kan hij zijn gezinsbudget beter in evenwicht houden.
De ideale looptijd bestaat niet. Om te bepalen welke afbetalingstermijn u het beste kiest voor uw hypothecaire krediet, moet u rekening houden met verschillende factoren, zoals uw leeftijd, het bedrag dat u wilt lenen, het renteniveau, uw financiële ruimte en uw fiscale situatie. Ook het psychologische aspect is belangrijk: hoe voelt u zich erbij dat u zich bijvoorbeeld voor 30 jaar verbindt aan uw bank?
“Jongeren lenen over een langere termijn dan oudere klanten,” zegt Kim Cauberghs van BNP Paribas Fortis. “Ze gunnen zich voldoende financiële ruimte. Toch stellen we vast dat veel cliënten een lening die ze bijvoorbeeld voor 25 jaar zijn aangegaan, sneller afbetalen. Sommige leners kiezen voor een specifieke looptijd voor hun hypothecair krediet. Ze opteren bijvoorbeeld voor een termijn van 18 jaar, tot net voor hun pensioen, omdat ze tegen die tijd geen schulden meer willen hebben.”
Langer lenen is duurder
Langer lenen is duurder, want hoe langer u leent, hoe meer intresten u moet afdragen. Nadat u een hypothecaire lening hebt gesloten, lost u elke maand een deel van het kapitaal af en stort u een deel intresten. Aan het begin van een klassiek krediet betaalt u vooral rente en lost u weinig kapitaal af. Door de jaren stijgt het aandeel van de kapitaalaflossingen, terwijl dat van de rente afneemt. Hoe langer de looptijd van de lening, hoe trager het rentegedeelte dus krimpt.
Een voorbeeld: Jan en Bieke lenen een bedrag van 200.000 euro. Ze kunnen bij hun bank lenen tegen een vaste rentevoet van 3,93 procent als ze opteren voor een looptijd van 15 jaar. De maandelijkse aflossing bedraagt in dat geval 1465 euro. In totaal lossen ze dan over 15 jaar 63.776 euro aan intresten af. Hun gezamenlijke inkomen bedraagt echter 3600 euro. Omdat ze maximaal een derde van hun inkomsten aan hun lening willen besteden, hebben ze slechts ruimte voor een maandelijkse afbetaling van 1200 euro. Daarom overwegen ze te kiezen voor een langere looptijd.
Opteren ze bijvoorbeeld voor een termijn van 30 jaar, dan is de rentevoet een stuk hoger: 4,87 procent. Ze moeten dan elke maand 1045 euro aflossen, wat beter in hun budget past. Maar na 30 jaar zullen ze 176.218 euro aan intresten hebben betaald – een verschil van 112.442 euro tegenover de lening over 15 jaar. Door de looptijd te verdubbelen hebben ze de maandelijkse aflossingen verminderd met ongeveer een derde, maar ze moeten wel 175 procent meer rente betalen.
De fiscale aftrek
Kredietnemers hebben tot een bepaald bedrag – 2.200 euro per medelener voor het inkomstenjaar 2012 – recht op een belastingvermindering voor de intresten, de kapitaalaflossingen en de premies van hun schuldsaldoverzekering. Sommige banken gebruiken dat belastingvoordeel als een argument om langlopende kredieten te verkopen. Maar doorgaans wegen de lasten van de extra intresten niet op tegen de baten van de fiscale aftrek.
“Wie een hypothecaire lening afsluit, moet er rekening mee houden dat de fiscale regels altijd kunnen veranderen”, stelt Leo De Roeck van Landbouwkrediet en Centea. “De correcte inpassing van de leningslasten in het gezinsbudget blijft dan ook het belangrijkste criterium bij de keuze van de looptijd. Het fiscale aspect is minder relevant.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier