Huren is duurder geworden, ‘en toch huren we meer dan ooit’

Hoewel huren de eerste maanden van dit jaar gemiddeld een kleine vijf procent duurder geworden is, wordt er in Vlaanderen meer dan ooit gehuurd.

Huren is de eerste maanden van dit jaar gemiddeld een kleine vijf procent duurder geworden. Vorig jaar betaalde je maandelijks zo’n 630 euro voor een appartement, tegenwoordig is dat 660 euro. En toch wordt er in Vlaanderen meer dan ooit gehuurd. Dat blijkt uit de vastgoedbarometer van vastgoedgroep Dewaele Groep.

1. Gemiddeld 660 euro voor appartement

Bijna drie vierde van de private huurmarkt bestaat uit appartementen. En juist daar zijn de huurprijzen de jongste tijd het meest gestegen. Filip Dewaele, CEO van Dewaele Groep: “In 2013 en 2014 betaalde je voor een doorsnee appartement gemiddeld 613 à 616 euro per maand. Vandaag ligt de doorsnee huurprijs op 660 euro.”

2. Nieuwe huurder zoekt kwaliteit

Almaar meer tweeverdieners en modale gezinnen huren. Wat ze vooral zoeken op de huurmarkt, is kwaliteit. “Het mag dan ook niet verbazen dat er de voorbije jaren heel wat kwalitatieve nieuwbouwappartementen op de markt zijn bijgekomen”, zegt Filip Dewaele.”Zeker jonge mensen wonen liever iets kleiner, maar wel comfortabel en luxueus.”

3. Huurpanden raken sneller verhuurd

Huurpanden raken sneller verhuurd. Reden: hoe meer betaalbare en kwalitatieve panden erop de huurmarkt zijn, hoe meer interesse van huurders. De tijd dat een flat nodig heeft omverhuurd te raken, is tegenwoordig zo’n 70 dagen. Vorig jaar waren dat nog 86 dagen.

4. Hoe goedkoper je huurt, hoe duurder de energierekening

Goedkoop huren leidt automatisch tot een hogere energiefactuur. “Hou als huurder dus rekening met de energiescore van het pand dat je wil huren”, aldus Filip Dewaele. “Een duurder pand met een betere energiescore komt vaak toch goedkoper uit dan een goedkoop pand met een slechtere energiescore. Want een huurkost van 700 euro in plaats van 500 euro per maand kan al leiden tot 30 à 40 procent lagere kosten op de energiefactuur.”

5. Acht op tien vindt z’n huisbaas oké

Volgens het Grote Woononderzoek zeggen negen op de tien verhuurders zelden een probleem te hebben met hun huurder. Omgekeerd geldt hetzelfde. Acht op de tien huurders zijn best te spreken over de relatie met hun huisbaas. “Wat er soms ook beweerd wordt, over het algemeen onderhouden huurder en verhuurder een goede relatie”, aldus Dewaele.

6. Huisbaas is ouder dan 44

En wie zijn al die huisbazen? Wel, in 95 procent gaat het om particuliere verhuurders, zeg maar kleine investeerders. En meestal zijn ze ouder dan 44 jaar. Maar in tegendeel tot wat soms verwacht wordt, is de doorsnee huisbaas slechts in één op de vier gevallen eenzelfstandige. En nog zo’n misverstand: niet alle verhuurders zijn grootgrondbezitters, een grote meerderheid verhuurt slechts één woning.

7. Verhuren moet renderen

Verhuren brengt een gemiddeld netto-rendement op van 3,1 procent, meer dan het spaarboekje dus. Dat is logischerwijs dan ook de voornaamste reden waarom mensenverhuren: om er iets aan te verdienen. Volgens het Grote Woononderzoek zou één op de vijf verhuurders nog een woning willen bijkopen om te verhuren.