Koen De Leus
Griekenland op een tweesprong
De Grieken kozen voor verandering. Slaagt de nieuwe Griekse premier Tsipras erin een kering ten goede te brengen? Of stort hij het land de afgrond in richting een onbekend Grexit-avontuur?
Mr. Albert P is een gepensioneerd ondernemer en een trouwe klant van het ‘Wealth Office’ departement van de bank. Maandelijks heeft Mr. P een gesprek met zijn privatebanker Dirk waarbij ze praten over economische en financiële thema’s. Mr. P is getrouwd met Rose. Ze hebben vijf kinderen (drie zonen en twee dochters) waarvan er twee actief zijn in het door hem opgerichte brouwersbedrijf. Mr. P is voorzitter van de Raad van Bestuur.
“Over een minuutje ben ik terug”, lacht Dirk. En met een glas in de hand verdwijnt hij in de mensenzee. Nee, netwerken is niet zijn favoriete bezigheid. Maar hij heeft zich voorgenomen tijdens elke receptie minstens één volledige toer te doen. Dit keer moet het lukken.
Na amper 5 meter voelt Dirk een stevige hand op zijn schouders. “Mr. P! Wat leuk u hier te zien. En, want vond u van de gastspreker?”
De blootstelling van niet-Griekse banken aan Griekenland is heel beperkt
“Och, die viel op zich best mee”, zegt Mr. P. “Maar het uur dat ik op mijn stoel zat te koekeloeren voordat de gestelde lichamen hun intrede maakten, dát stak wel tegen.”
“Het verwonderde mij vooral dat u daar niet bij was, Mr. P”, grapt Dirk.
“Toegegeven, ik heb een welgesteld lichaam, maar dat is iets anders, hé”, lacht Mr. P terwijl hij nog een toastje naar binnen werkt. “Trouwens, nu ik je toch spreek, die Spaanse en Portugese obligaties in mijn portefeuille: maken jullie je daar geen zorgen over gezien die situatie in Griekenland?”
“Voorlopig niet, Mr. P. Die harde taal is een deel van het onderhandelingsspel.”
“Akkoord, maar de financiële markten zijn er toch ook niet gerust in? Kijk naar die Griekse beurs: min 13% sinds de start van het jaar …”
“… maar de Spaanse rente noteert nog altijd wel onder het niveau van bij de start van het jaar”, valt Dirk in. “En de reden is dat vandaag bijna 80% van de Griekse overheidsschuld in handen van Europese overheden zit. Bij een faillissement wordt de rekening verdeeld onder die landen. De totale blootstelling van België bedraagt zo’n 8 à 9 miljard euro maar dit zit nu al in onze bruto overheidsschuld verrekend. Wij zien bij een Grexit onze overheidsschuld in de toekomst dus niet slinken. Een bittere pil, maar we gaan er niet in stikken.”
“En die 20% in privéhanden”, wil Mr. P weten. “Kan bij een faillissement niet één of andere bank in de problemen komen?”
“Ja, maar meer dan de helft daarvan zit bij Griekse banken. Ze schieten zich dus in eigen voet. Verder is de blootstelling van niet-Griekse banken aan Griekenland heel beperkt. En het grote verschil met de crisis in 2010 is dat je vandaag een bankenunie hebt en dat de link tussen overheden en hun banksector werd doorgeknipt. Weet u, Mr. P, er is echt wel het een en ander veranderd in de EMU en in de banksector, hoor.”
“Besef ik wel, Dirk”, sust Mr. P. “Maar het is toch onbegrijpelijk dat die mensen ginder met de meet in zicht – want er wordt groei verwacht in 2015 – plots nog zo’n risico gaan nemen door te stemmen voor een anti-Europese partij zoals Syriza?”
“Wist u dat bijna 80% van de Grieken bij de eurozone wil blijven? En Syriza is dan wel extreem links, maar ze beseffen wel dat uit de eurozone stappen een nieuwe klap is voor de Griekse welvaart. En eerlijk gezegd kan ik wel sympathie opbrengen voor de Grieken.”
Mr. P. verslikt zich in zijn oester en kijkt Dirk verwonderd aan.
“Kijk, toen de redders op het witte paard – de Europese Centrale Bank, de Europese Commissie en het IMF – de Grieken in mei 2010 een financiële boei toegooiden, was er sprake van korte pijn. Het IMF voorspelde een scherpe terugval van de groei over 2010-2011, gevolgd door een V-vormig herstel. Eind 2014 zou de Griekse economie weer even groot zijn als in 2010.”
“Oké, ze hebben zich een beetje vergist”, mompelt Mr. P.
“Een beetje?” antwoordt Dirk. “Fouten maken is niet erg, zei John Cleese ooit, zolang je ‘konijn’ maar niet met drie a’s spelt, of een zwarte beha onder een witte blouse draagt.”
Mr. P grinnikt.
“Serieus, Mr. P”, gaat Dirk verder, “in plaats van de beloofde heropleving is de Griekse economie gecrasht met 20%. De uitgaven van de gezinnen daalden zo’n 40%, de werkloosheidsgraad staat eind 2013 op 28%, het dubbele van de piek die het IMF vooropstelde. Nog altijd is de helft van de jongeren werkloos. Er zijn ondertussen een derde minder ambtenaren, de lonen en pensioenuitkeringen zijn met een derde gedaald. Het herstelplan was een catastrofe!”
“Je hebt een punt, Dirk. Die mensen hebben afgezien, maar ze hebben het zich zelf op de hals gehaald.”
“Correct. En het kan daarom misschien ook geen kwaad dat een volledig nieuwe partij aan de macht komt”, gaat Dirk verder. “Eén van de eerste aankondigingen van de nieuwe regering was het uitroeien van de ingebakken vriendjespolitiek en corruptie. Hopelijk moderniseren ze verder de fiscale administratie en het kadaster, zodat belastingen correct geïnd kunnen worden.”
“Maar het terugschroeven van de geplande privatiseringen en ontslagen ambtenaren weer aanwerven lijkt me toch geen stap in de juiste richting, Dirk?”
“Klopt, want zo wordt het land nooit competitief. Ik hoop dat ze die ingeslagen weg vlug verlaten. Zonder het voortzetten van structurele hervormingen kan er geen compromis komen.”
Griekenland zat vanaf 1800 tot ná de Tweede Wereldoorlog de helft van de tijd in een toestand van wanbetaling of herstructurering
“Hoe zie jij dat compromis?”
“Kijk, Griekenland heeft een overheidsschuld van 177% van het bbp. De jaarlijkse rente-uitgaven bedragen 4,3% van het bbp. Haal die rentelasten naar beneden en je pompt zuurstof in de economie.”
“Via de halvering van de schulden, zoals Tsipras wil?” zegt Mr. P.
“Politiek niet haalbaar. Is sommige landen krijg je dat gewoon niet verkocht en is dat koren op de molen van extreem linkse én rechtse partijen. Getuige daarvan de antibesparingsbetoging van het Spaanse Podemos eind januari. Die putten moed uit de verkiezingsoverwinning van evenknie Syriza. Maar je kan wel de rentebetalingen laten dalen, de terugbetalingen nog verder naar de toekomst schuiven, en het besparingsbeleid milder maken. Volgens de Troika moet Griekenland volgend jaar, exclusief rentelasten, een begrotingsoverschot van bijna 5% boeken. Dat is moordend. Zo ontneem je de regering elke euro om de economie een positieve impuls te geven.”
“En dan kunnen ze de schulden geleidelijk aflossen?”
“Ik vrees van niet”, zucht Dirk. “Wist u dat Griekenland vanaf 1800 tot ná de Tweede Wereldoorlog de helft van de tijd in een toestand van wanbetaling of herstructurering zat? Voor Griekenland is een staat van wanbetaling meer de normale gang van zaken dan iets nieuws. Enkel door de modernisering van de overheid kan Griekenland structureel solvabel blijven. En pas dan kan gepraat worden over schuldkwijtschelding. Boter bij de vis!”
“Kom Dirk, ik word er depri van. Laten we die wijnbar opzoeken voor een glaasje troost.”
“Goed idee, Mr. P”, zegt Dirk terwijl hij zich voor de zoveelste keer voorneemt tijdens de volgende receptie écht een volledige toer te doen.
Koen De Leus, @koendeleus
Senior Economist, KBC Groep
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier