Drie lessen van Warren Buffett
De Amerikaanse superbelegger Warren Buffett licht weer een tipje van de sluier van zijn strategie op.
Er wordt altijd erg uitgekeken naar Buffetts jaarlijkse brief aan de aandeelhouders van Berkshire Hathaway, die steevast vol staat met kwinkslagen en beleggersadvies. Dit jaar publiceerde de Amerikaanse beleggersgoeroe een uittreksel ervan in het magazine Fortune, waarin hij vertelt welke lessen hij trekt uit enkele van zijn vastgoedbeleggingen.
In 1986 kocht Buffett een boerderij van 162 hectare in Nebraska voor 280.000 dollar. Hij profiteerde van een implosie van de prijzen voor landbouwgrond aan het begin van de jaren tachtig. Op basis van de verwachte opbrengst in maïs en sojabonen, berekende hij dat de boerderij over de lange termijn een jaarlijks rendement van 10 procent zou genereren.
In 1993 kocht hij samen met enkele kennissen een slecht beheerd commercieel gebouw dichtbij de Universiteit van New York. Opnieuw profiteerde Buffett van een daling van de vastgoedprijzen om toe te slaan. Opnieuw schatte hij het jaarlijkse rendement, mits het goed beheerd werd, op 10 procent.
Vandaag bezit Buffett nog altijd de boerderij in Nebraska en het commerciële gebouw in New York. Beide eigendommen genereren een gestage stroom aan inkomsten (het commerciële gebouw zelfs een veelvoud van de verwachte 10%), waardoor Buffett er niet aan denkt ze te verkopen. Ook al zou hij dat kunnen tegen een veelvoud van de originele kostprijs.
Beleggingsprincipes
De aankopen weerspiegelen enkele van Buffetts beleggingsprincipes:
De belangrijkste overweging voor de aankoop van een eigendom, een onderneming of een aandeel is het winstenpotentieel, en niet de verwachte stijging van de prijs. Het kan hem weinig schelen hoeveel de boerderij of het gebouw vandaag waard zijn, maar wel dat beide eigendommen voldoende inkomsten genereren. Indien je je geen idee kan vormen van het winstpotentieel van een investering, doe de investering dan niet, raadt Buffett aan.
De enige reden om marktprijzen te volgen, is om toe te slaan wanneer de markt te pessimistisch is en aandelen of vastgoed dus aantrekkelijk gewaardeerd zijn. Veel beleggers doen net het omgekeerde: ze kopen wanneer de markt overgewaardeerd is en verkopen wanneer de prijzen sterk gedaald zijn.
Macro-economische voorspellingen of marktvoorspellingen spelen geen enkele rol bij de aankoop van vastgoed, ondernemingen of aandelen. Door die voorspellingen verliezen beleggers de belangrijke zaken uit het oog. In de 54 jaar dat Buffett en zijn zakenpartner Charlie Munger samenwerken, hebben ze naar eigen zeggen nog nooit een aantrekkelijke investering geannuleerd door de macro-economische toestand.
Indexbeleggen
Wie geen tijd heeft om het winstenpotentieel van een onderneming of vastgoed te analyseren, kan beter niet in individuele aandelen beleggen, zegt Buffett. Zij kunnen beter een fonds kopen dat de brede aandelenmarkt volgt (een indexfonds of tracker). Zo koop je een stuk van de hele economie, en zal je vermogen meegroeien met de economie. Als voorbeeld noemt hij de S&P-500 index, die de 500 grootste Amerikaanse beursgenoteerde ondernemingen groepeert. Voor Europese beleggers is de Stoxx 600 Europe een goed alternatief. Die groepeert 600 beursgenoteerde bedrijven uit achttien Europese landen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier