Leven zonder auto: goed voor uw gezondheid en bankrekening
Deze maand loopt de campagne ’30 dagen minder wagen’ om bewuster autogebruik aan te sporen. Met de toenemende kosten en lasten van autobezit zweren sommigen een eigen wagen af. Hoe is het om in Vlaanderen autoloos te leven? “Het vergt iets meer planning”, maar uw levenskwaliteit en uw bankrekening gaan erop vooruit.
Een auto kost geld. Er is niet enkel de aankoopprijs, maar ook kosten voor brandstof, verzekeringen, belastingen, onderhoud, keuring, banden, parkeergeld, tol en boetes. “Daar heb ik allemaal geen last van”, zegt Patrick wanneer we hem vragen naar zijn beslissing om enkele jaren geleden de gezinswagen weg te doen. “Het was een belangrijke beslissing, maar uiteindelijk wogen de lusten van het wagenbezit niet meer op tegen de lasten die met de dag groter werden.”
Met de stijgende brandstofkosten aan de pomp denken ongetwijfeld meer mensen eraan hun auto van de hand te doen. Het is evenwel geen beslissing die je zomaar neemt. De weg naar een autoloos leven leg je het best in stapjes af. Het is een gewenningsproces.
Ook Patrick nam gefaseerd afscheid van de gezinswagen. “Omdat hij meer stilstond dan reed, hebben we hem enkele jaren verhuurd via een autodeelplatform. Het voordeel daarvan is dat je de kosten deelt met de mensen die je auto komen halen. Zij betalen per kilometer. Hoe meer je hem uitleent, hoe voordeliger dat is”, legt hij uit. “Maar zelfs dan vonden we dat hij nog te veel stilstond en besloten we hem weg te doen.”
Patrick woont met zijn gezin in Antwerpen, waardoor ze alternatieven genoeg voorhanden hadden. Dat vergemakkelijkte de beslissing. “Zeker in een dichtbevolkte stad met een groeiende parkeerdruk en een toenemende luchtverontreiniging. Het milieuaspect was een belangrijk argument voor ons”, zegt hij. Zoals andere autoloze gezinnen valt dat van Patrick terug op een mix van de fiets, autodelen en openbaar vervoer. “Het vergt iets meer planning, maar je gaat veel bewuster om met je autogebruik en je verplaatsingsgedrag”, zegt hij.
Tijd winnen
Nele en haar gezin kickten vier jaar geleden van hun gezinswagen af, nadat die een tijd had stilgestaan door een langdurige herstelling. “We hebben toen besloten een jaar lang onze auto heel bewust te gebruiken. Voor elke rit bekeken we de alternatieven, om beter te beslissen wanneer we de auto namen en wanneer niet. Dan merk je dat je voor kleinere boodschappen dichtbij evengoed de fiets kunt nemen. Wij hadden ook een bakfiets die we meer gingen gebruiken voor grotere boodschappen”, vertelt ze. Na anderhalf jaar besloten ze hun auto weg te doen.
Ze wonen in Aarschot. Het was dus een minder vanzelfsprekend keuze dan voor mensen die in een groot- of centrumstad wonen. “Toen waren er nog geen deelauto’s in deze streek. Nu zijn er al enkele”, vertelt ze. Haar man kon via het mobiliteitsbudget van zijn werk terugvallen op het openbaar vervoer, een deelauto-abonnement en een elektrische fiets. Nele gaat vooral met de fiets naar het werk. Voor de hobby’s van de kinderen carpoolen ze met andere ouders en reserveren ze een deelwagen wanneer het hun beurt is.
Het aantal autodelers in België werd de afgelopen 5 jaar liefst 7 keer groter.
Ook voor vakanties en reizen zijn er alternatieven genoeg. “Veel mensen kopen een grote auto in functie van de jaarlijkse vakantie, maar die kost uiteraard meer. Wij hebben de luxe een auto te kunnen kiezen in functie van ons doel. Als we kamperen, reserveren we een grotere deelwagen met een trekhaak. Via het deelplatform waarvan we lid zijn kost die evenveel per gereden kilometer als een gewone wagen. Voorts zijn we al met de trein naar Noord-Spanje geweest en hebben we daar een auto gehuurd. Een jaar later deden we dezelfde reis, maar dan met een deelauto van hier”, vertelt ze.
De auto staat nog altijd te boek als het snelste middel om van A naar B te gaan, maar dat argument is volgens Nele relatief. “Als je de files meerekent, ben je soms even snel met de fiets. Bovendien kom je in een heel andere gemoedstoestand aan”, vertelt ze. Of hoe tijdsbeleving niet hetzelfde is als de geklokte tijd. “Met wat wij uitsparen door geen eigen wagen te hebben, zouden we daarenboven bijvoorbeeld minder kunnen werken. Dat is ook tijd winnen.”
Besparing
Een eigen wagen kost geld, net als ermee rijden. Transport & Mobility Leuven, een afdeling van de KU Leuven die onderzoek doet over mobiliteit en beleid, rekende uit dat een auto gemiddeld 400 euro per maand kost aan brandstof, verzekeringen, belastingen en andere vaste kosten. Dat is 4.800 euro per jaar. Daar is de aankoopprijs van de auto niet bij gerekend. Stel dat het een nieuwe wagen van 20.000 euro betreft, waarmee je tien jaar rijdt en die je daarna nog kunt verkopen voor 5.000 euro, dan moet je daar nog eens 1.500 euro per jaar bij tellen.
Afhankelijk van hoeveel je wagen kostte bij de aankoop en hoeveel kilometers je per jaar rijdt, bedragen de totaalkosten al gauw 3.000 tot 8.000 euro per jaar. Die kosten zijn de afgelopen vijftien jaar meer dan verdubbeld, vooral door de stijgende brandstofprijzen.
Een auto kost gemiddeld 4.800 euro per jaar, zonder rekening te houden met de aankoopprijs.
De alternatieven voor de eigen wagen kosten natuurlijk ook geld. “Als je geen wagen meer hebt, dan zijn de alternatieven enorm belangrijk”, zegt Jeffrey Matthijs, de algemeen directeur van de koepelvereniging autodelen.net. “In de eerste plaats is dat goed openbaar vervoer, veilige fietspaden en autodeelsystemen. Bij autodelen is vooral de nabijheid van tel. Als je een deelwagen beschikbaar hebt in een straal van 500 meter, is dat werkbaar.”
Via de website savewithcarsharing.be kunnen mensen uitrekenen welk autodeelsysteem voor hen het voordeligst is. De website maakt een profiel op van je verplaatsingsgedrag en welke wagen je daar momenteel voor gebruikt. Aan de hand daarvan geeft hij alternatieve opties van autodeeldiensten.
Er zijn twee types van autodelen. Een eerste zijn deelplatformen zoals Cozywheels en Dégage, waarmee mensen hun eigen wagen kunnen delen met andere leden, die daar een vergoeding per kilometer voor betalen. Die prijs ligt gemiddeld tussen 0,25 en 0,40 euro per kilometer, afhankelijk van het type wagen. Daarnaast zijn er diensten met een eigen vloot aan wagens die je als abonnee kunt reserveren. Cambio, Partago en Poppy zijn daar voorbeelden van. Naast maandelijkse abonnementskosten betaal je de deelwagens per uur en per gereden kilometer.
Lokale overheid moet mee willen
“Voor geplande uitstappen of langere verplaatsingen reserveren we een wagen via het deelplatform. Voor onverwachte of korte verplaatsingen nemen we een abonnement. De gemoedsrust is de paar euro per maand waard”, klinkt het bij iedereen die Trends voor dit artikel sprak. Volgens de koepelvereniging autodelen.net verzevenvoudigde het aantal autodelers in België in de afgelopen vijf jaar tot een kleine 200.000. Samen delen ze zo’n 4.600 wagens.
In landelijke gebieden is zo’n autodeelnetwerk minder dicht, maar het is volgens Jeffrey Matthijs niet onhaalbaar buiten de steden. “Er zijn steeds meer autodeelsystemen ook op het platteland actief.” Zowel privéspelers, zoals Cambio of Partago, als autodeelplatformen, zoals Cosywheels of Dégage, hebben steeds meer leden en abonnees buiten de grootsteden. “Wanneer particulieren via zo’n deelplatform een autodeelgroepje willen oprichten, is het wel belangrijk dat ze dicht genoeg bij elkaar wonen en dat de bestuurdersprofielen divers genoeg zijn, zodat niet iedereen op hetzelfde moment een auto nodig heeft”, zegt Matthijs.
De lokale overheden hebben een sleutelrol te spelen voor de inburgering van autodelen, aldus Jeffrey Matthijs. “Zij zitten aan de knoppen waarmee ze autodelen kunnen aanmoedigen. Ze kunnen daarop inspelen via ruimtelijke ordening, een parkeerbeleid gericht op deelauto’s en communicatie over autodeelinitiatieven”, zegt hij.
Enkele jaren geleden organiseerde Patrick een autodeelparty voor zo’n vijftig buurtgenoten, om te kijken hoe ze het aantal wagens in de buurt kunnen terugdringen door wagens meer met elkaar te delen. “Er was veel interesse, maar de stap zetten is voor velen moeilijk. Autobezit blijft een hardnekkig beestje.”
Mensen reageren soms verbaasd, als hij zegt dat hij geen auto heeft. “Ze hebben bijna medelijden. ‘Laat maar weten als je die van ons een keer nodig hebt, die staat toch de hele tijd stil’, zeggen ze dan. En dan begint de frank te vallen.”
Trein, tram, bus en fiets
Naast autodelen is er nog het openbaar vervoer. Daar is moeilijk een vast bedrag per maand op te kleven. Dat hangt heel sterk af van hoe vaak en hoe ver iemand zich met het openbaar vervoer verplaatst. De woordvoerders van de NMBS en De Lijn zeggen dat ze een zo breed mogelijk aanbod aan tarieven, rittenkaarten en abonnementen aanbieden, zodat iedereen kan kiezen welke formule voor haar of hem het meest geschikt is.
Dan heb je nog de fiets. Die wordt steeds populairder. In het coronajaar 2020 gaven de Belgen 68 procent meer uit aan fietsen dan een jaar voordien. Voor Joke en haar gezin, die een jaar geleden hun auto weg deden, is de fiets een belangrijke vervanger geworden. “Alle kosten van het wagenbezit zijn weggevallen en ik heb maandelijks een fietsvergoeding van om en bij de 100 euro omdat ik naar het werk fiets”, legt ze uit. “Daarmee hebben we geïnvesteerd in een elektrische fiets en goede regenkleding.”
Ook op het gebied van gezondheid valt er te winnen door de auto af te zweren, zowel fysiek als sociaal. “Ik fiets veel meer. Ik heb elke dag mijn beweging, frisse lucht en daglicht. Dat voel ik. Ik weet niet of het daaraan ligt, maar vorig jaar heb ik geen winterdipje gehad”, zegt Joke. “Daarnaast is het sociale aspect van autodelen fijn. Je leert telkens nieuwe mensen kennen van wie je de auto huurt.”
Ondanks die alternatieven stijgt het aantal personenwagens in België nog steeds jaar na jaar. In 2017 had België volgens Statbel 5,8 miljoen auto’s. Vorig jaar waren er dat al 150.000 meer. “Er is een enorm aanbod aan wagens in België die de meerderheid van de tijd gewoon stilstaan”, zegt Jeffrey Matthijs van autodelen.net.
“In een versnipperd land als België is een eigen wagen essentieel, zeker wanneer je landelijk woont”, zegt hij. “Maar we moeten vooral de tweede en soms derde wagen per huishouden ter discussie stellen. Als je die van de hand doet, bespaar je ook al veel.”
Er is dus nog een belangrijke besparingsoefening te doen waar niet alleen de gezinsbudgetten van kunnen profiteren, maar ook de leefomgeving en het klimaat (zie kader Ook goed voor milieu en klimaat). Uit de vele getuigenissen blijkt dat laatste een belangrijkere drijfveer om de wagen weg te doen dan de portemonnee.
Ook goed voor milieu en klimaat
Behalve in het huishoudboekje is er een belangrijke ecologische winst te halen, als meer gezinnen en mensen hun wagen zouden wegdoen. Dat blijkt uit studiewerk van het International Resource Panel, een VN-agentschap dat onderzoek doet naar het gebruik van grondstoffen en materialen. Als een op de vier autoritten in de grootste zeven economieën van de wereld een gedeelde rit zou zijn, zou dat de CO2-voetafdruk van de productie en het gebruik van wagens met 20 procent dalen.
Het Nederlandse Planbureau voor de Leefomgeving wijst erop dat mensen die autodelen, 15 tot 20 procent minder kilometers rijden dan daarvoor, en dat ze 8 tot 13 procent minder koolstof uitstoten. De meerderheid van de mensen doet evenwel aan autodelen om geen tweede of derde wagen te moeten aanschaffen.
Volgens onderzoekers van de Zweedse Universiteit van Lund doet autodelen de broeikasuitstoot vooral dalen doordat mensen die hun auto van de hand hebben gedaan, zich meer bewust verplaatsen dan wanneer ze zelf nog een wagen hadden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier