‘De kakkerlak van de economie’: inflatie rukt alweer op

Staat de wereld op het punt om de fouten van de jaren zeventig te herhalen?
Na de piek van 11 procent op jaarbasis in 2022 is de inflatie in de ontwikkelde landen gestaag gedaald. Tot nu. Op 19 februari meldde Groot-Brittannië dat de inflatie in januari was opgelopen tot 3 procent op jaarbasis, een stijging tegenover het recente dieptepunt van 1,7 procent. De Poolse inflatie bedroeg in januari 5,3 procent, tegenover 4,7 procent een maand eerder. In Duitsland zakte het cijfer tot 2,3 procent, maar dat was nog altijd boven de 1,6 procent van afgelopen zomer. De Amerikaanse consumentenprijzen stegen met 3 procent op jaarbasis, na een recent dieptepunt van 2,4 procent.
Sommige waarnemers vragen zich af waarom de centrale banken de rente hebben verlaagd voordat de inflatie op of onder het streefniveau was, aangezien de economische groei nauwelijks is vertraagd. “De inflatie bestrijden is als kakkerlakken bestrijden”, schreef John Cochrane van Stanford University onlangs. “Als er nog een paar over zijn, is het te vroeg om ermee te stoppen.”

Staat de rijke wereld op het punt de fouten van de jaren zeventig te herhalen? Toen lieten beleidsmakers enkele van de sterkste kakkerlakken over, die zich vervolgens hevig voortplantten. In 1974 bedroeg de inflatie in de Verenigde Staten 12 procent. Dat cijfer daalde in 1976 tot 5 procent en steeg in 1980 tot 15 procent. De centrale banken reageerden te laat om te voorkomen dat de olieprijsschok zich in 1979 over de economie verspreidde. Pas de forse recessie van begin jaren tachtig, die beleidsmakers uitlokten door paardenmiddelen te gebruiken, roeide de inflatie eindelijk uit.
De aandelenkoersen anticiperen erop dat de Federal Reserve in de toekomst een soepeler monetair beleid zal voeren en waar de Fed leidt, zullen andere centrale banken volgen. De afgelopen weken is de rente op overheidsobligaties gedaald, wat erop kan wijzen dat de zorgen over de inflatie zijn afgenomen. Maar een model van de Federal Reserve Bank of Cleveland suggereert dat de marktverwachtingen voor de inflatie in het komende jaar zijn gestegen van ongeveer 2,2 procent in september naar 2,7 procent nu.
Nuttige voorspeller
De verwarring weerspiegelt intellectuele onenigheid. Sommige deskundigen denken dat de recente stijging van de inflatie een luchtspiegeling is. Statistici passen data aan gebeurtenissen aan die op een bepaald moment van het jaar plaatsvinden, zoals de prijsverhogingen die veel winkels in januari doorvoeren. De covidpandemie, die een enorme volatiliteit teweegbracht, heeft die seizoensgebonden aanpassingen verstoord, waardoor de inflatiecijfers in januari en februari hoger kunnen uitvallen dan de echte inflatie. Anderen wijzen erop dat de nominale inflatie altijd schommelt onder invloed van de volatiele grondstoffenprijzen. Economen van Morgan Stanley denken dat de recente bosbranden in Californië de prijzen van consumentengoederen tijdelijk hebben opgedreven. In januari stegen de voedselprijzen in een aantal landen, waaronder België en Noorwegen – misschien als gevolg van zorgen over een handelsoorlog. Centrale bankiers negeren die pieken meestal bij het bepalen van het monetaire beleid.
Toch is niet iedereen zo ontspannen. De seizoenscorrecties kunnen geen invloed hebben op de inflatie op jaarbasis, en die stijgt duidelijk. Bovendien zijn er aanwijzingen dat er in de ontwikkelde wereld meer inflatoire druk is. Het adviesbureau Alternative Macro Signals haalt miljoenen nieuwsartikelen door een model om een “inflatiedruknieuws-index” te construeren. De wereldwijde index, die een nuttige voorspeller is gebleken, is onlangs sterk gestegen, vooral in de Verenigde Staten.
‘De inflatie bestrijden is als kakkerlakken bestrijden. Als er nog een paar over zijn, is het te vroeg om ermee te stoppen’
John Cochrane,
Stanford University
De arbeidsmarkten in de rijke wereld blijven ook krap. Het werkloosheidscijfer van de OESO ligt nu al bijna drie jaar onder 5 procent. Omdat bedrijven hard concurreren om personeel, stijgen de nominale lonen in de grootste economieën met meer dan 4 procent per jaar. Helaas is de productiviteitsgroei zwak. Als werkgevers hun hogere loonkosten niet kunnen spreiden over meer productie, moeten ze die doorberekenen aan de consument.
Er zijn bewijzen dat dat fenomeen zich voordoet in de dienstensector. De prijzen van diensten stijgen in de grootste economieën met 4 procent per jaar, ongeveer twee keer zo snel als voor de pandemie. In veertien van de achttien rijke landen die betrouwbare gegevens voor januari hebben gerapporteerd, is de inflatie in de dienstensector gestegen tegenover haar recente dieptepunt. In Portugal is de inflatie met 1 procentpunt gestegen, in Estland met 3,7 punten.
Beleidsmakers kunnen olie op het vuur gooien. Het probleem ligt niet bij de centrale bankiers, die de roep van politici om de rente te verlagen moeten kunnen weerstaan. Het zijn de politici zelf. Donald Trump is van plan miljoenen arbeiders zonder papieren te deporteren en invoertarieven in te voeren, wat de prijzen zou opdrijven. Andere landen voeren een minder extreem beleid, maar kunnen de inflatie nog altijd aanwakkeren. Groot-Brittannië verhoogde zijn uitgaven voor infrastructuur, terwijl Italië onlangs een begroting met belastingverlagingen aannam. Veel regeringen zullen represailles nemen tegen Trump door invoertarieven op te leggen aan Amerikaanse goederen, waardoor de prijs van importproducten zal stijgen.
Verontrustende signalen
Als mensen eenmaal met snel stijgende prijzen geconfronteerd zijn geweest, maken ze zich gauw zorgen dat dit weer gebeurt, stelde de Bank for International Settlements in 2023 in een rapport. En als werknemers zien dat de inflatie toeneemt, zullen ze misschien snel om een loonsverhoging vragen.
Ook in dat opzicht zien we verontrustende signalen. Zo is de belangstelling voor inflatie volgens Google Search twee keer zo hoog is als vóór 2021. Uit consumentenenquêtes blijkt dat mensen nog altijd flinke prijsstijgingen verwachten in de komende maanden, ook al is de inflatie afgenomen. In december noteerde de inflatie in de Europese Unie onder 3 procent. Toch verwachten EU-burgers dat de prijzen de komende twaalf maanden met 10 procent zullen stijgen – twee keer zoveel als ze in de jaren 2010 verwachtten. Er is een vergelijkbare perceptiekloof in Amerika. De inflatie in Canada ligt sinds augustus op of onder 2 procent. En toch verwachten de Canadezen voor volgend jaar nog altijd een inflatie van 3 procent, tegenover 2,4 procent voor de pandemie.
Nog niet zo lang geleden feliciteerden de centrale bankiers zichzelf omdat ze de inflatie zo snel omlaag hadden gebracht. Dat maakte hun eerdere late reactie op de prijsstijgingen goed. Maar zoals veel huiseigenaren weten, hebben kakkerlakken de vervelende gewoonte terug te keren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier