Chinese economie tussen hemel en hel

© reuters

De Chinese groei zit op zijn laagste niveau sinds begin 2009. De economie kampt met zware problemen, en lijkt op een catastrofe af te stevenen. Of komt het toch nog goed? Trends zet de zwakke en sterke punten op een rijtje.

De tijden dat China zijn groei met twee cijfers voor de komma kon schrijven, lijken voorgoed voorbij. In het derde kwartaal groeide de economie met 7,3 procent tegenover dezelfde periode een jaar eerder. Dat is de zwakste groei sinds het eerste kwartaal van 2009.

Met haar schuldenberg en industriële overcapaciteit lijkt de tweede economie van de wereld in de sloot te belanden. Of is dit niet meer dan een moeilijke overgangsfase?

China zal het niet kunnen redden, want…

De Chinese groeivertraging was onvermijdelijk. Zonder hervormingen zal het tempo nog verder zakken.

– Kredietmonster

De voorbije jaren heeft China zijn economische groei gefinancierd met schulden. De totale schuldenberg is gestegen naar 250 procent van het bruto binnenlands product (bbp) tegenover 130 procent net voor het uitbreken van de financiële crisis. De aard van de kredietverlening _ die veeleer politiek dan commercieel gedreven was _ betekent dat de kwaliteit van vele kredieten twijfelachtig is. Sinds begin dit jaar zijn de wanbetalingen bij de vijf grootste Chinese banken met 21 procent gestegen. Indien het financiële systeem niet grondig uitgemest en hervormd wordt, kan de situatie uit de hand lopen, met een financiële crisis als gevolg.

– Politieke tegenstand

Al tien jaar lang wordt onder het Chinese leiderschap gesproken over een meer duurzame economische groei, minder gebaseerd op investeringen en export en meer op binnenlandse consumptie. Tot op vandaag is dat dode letter gebleven. Hoewel er enkele belangrijke hervormingen zijn doorgevoerd – bijvoorbeeld om de toestand van de landelijke arbeiders in de steden te verbeteren – blijft het een feit dat een groot deel van de politieke elite geen enkel belang heeft om de status quo te veranderen. Ze zijn rijk geworden in het oude model via de controle over de overheidsbanken en -bedrijven. De hervormingen gericht op het vrijmaken van markten en het liberaliseren van de kredietverlening gaan recht in tegen hun belangen. De machtsverhouding tussen beide kampen binnen de Communistische Partij zal beslissen over het succes of het falen van de hervormingen.

– Gebrek aan transparantie

Een bijkomend probleem is het gebrek aan transparantie bij banken en bedrijven. De praktijk om leningen toe te kennen op basis van relaties in plaats van commerciële haalbaarheid van een project heeft bijgedragen tot de lange malaise van de Japanse economie. Eenzelfde situatie is er in China, waar staatsbanken goedkope kredieten hebben verleend aan staatsbedrijven in sectoren die vandaag kampen met overcapaciteit en krimpende winstmarges.

Waar in de VS – en in mindere mate in Europa – slechte kredieten leiden tot (pijnlijke) herstructureringen, is de neiging in Japan of China om de kredietlijn open te houden en zo de financiële problemen te verbergen. Gezichtsverlies is voor Chinese of Japanse zakenlui het ergste wat kan gebeuren. Denk bijvoorbeeld aan de verliezen die vele Japanse bedrijven – geleden op hun kruisparticipaties en vastgoed na het uiteenspatten van de zeepbel eind jaren tachtig – hebben verborgen. Het verbergen en niet aanpakken van dergelijke problemen verhindert de ‘genezing’ van het financiële systeem en leidt tot zombiebanken en -bedrijven – het lot van Japan.

China zal het redden, want…

De Chinese economie kampt met schier onoplosbare problemen. Toch kan China bogen op een paar sterke punten.

– Controle

China zit inderdaad met een schuldenberg, maar heeft de mogelijkheid om die gecontroleerd te laten leeglopen. Een groot deel van de schulden zit bij de staatsbanken. China heeft de macht en de middelen om de sanering van de financiële sector te kanaliseren. Een wanordelijke ineenstorting van de banken is altijd mogelijk, maar zit niet meteen in de kaarten.

Net zo goed heeft China controle over de heropbouw. De Chinese partijleiding heeft meer marktwerking in het vooruitzicht gesteld in de financiële sector. Het risico van een krediet zal correct moeten worden vergoed, wat betekent dat de rente zal stijgen. Dat zal de economie veel pijn doen. Zo’n ommekeer realiseer je niet op een dag. Dat betekent dat de overheid zich nog altijd klaar houdt om de geldkraan open te draaien bij noodgevallen, zoals een faillissement van een groot staatsbedrijf, met grote gevolgen voor de werkgelegenheid. De banken worden alvast kieskeuriger: al meer dan de helft van de Chinese bedrijfskredieten gaat naar privéondernemingen.

– Goede cijfers

De Chinese groei is sterk vertraagd, maar dat betekent niet dat alle indicatoren in het rood staan. China heeft een overschot op de lopende rekening en weinig buitenlandse schulden. De overheidsfinanciën zijn relatief gezond, en naast een schuldenberg heeft China ook een spaarberg. Kapitaalcontroles beperken het risico op geldvlucht, ineenstortende wisselkoers en omhoog zwiepende rente. Rijst er toch een probleem, dan is er nog de massa aan buitenlandse reserves.

De groeivertraging kan je ook positief vertalen als een noodzakelijke fase in de heroriëntering van de Chinese economie. Door de artificieel goedkope kredieten is de groei veel te afhankelijk geworden van investeringen. Het belang van de consumptie moet omhoog. Maar afkicken van de krediet- en investeringsverslaving gaat niet zonder een stijging van de rente. Dat weegt automatisch op de groei, maar brengt ook de Chinese economie meer in balans.

– Besef van de ernst

Er zijn wereldleiders die proberen om de aandacht af te leiden van binnenlandse economische problemen, en er zijn wereldleiders die ze proberen op te lossen. Tot de eerste categorie behoort de Russische president Vladimir Poetin, die de Krim annexeerde, om zo de armtierige toestand van de economie te doen vergeten. Tot de tweede categorie behoort Chinese premier Li Keqiang, die tijdens de zomereditie van Davos vorige maand in de Chinese stad Tianjin, openlijk over de structurele problemen van Chinese economie sprak.

Besef garandeert nog geen succes, maar het is goed om weten dat het politieke topmanagement in China bij de pinken is en de sleutels in handen heeft. De economische problemen van het land zijn groot, maar stuurloosheid is daar niet bij. Dat staat in fel contrast met het hopeloos verdeelde Europa. Zes jaar na het begin van de crisis is de EU nog altijd aan het bakkeleien over de juiste remedies. De kans is reëel dat China in een zware crisis terechtkomt, maar de kans is net zo reëel dat Europa in een periode van langdurige stagnatie verzeilt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content