Beursblog: Is het vet van de soep op de Japanse beurs?
Japan kampte jarenlang met kwakkelende beurskoersen. Tot voor kort, want de Japanse beurs behoorde de afgelopen jaren tot de uitblinkers. En dat feestje lijkt niet nog gedaan.
Een beeld zegt meer dan duizend woorden, en dat geldt ook voor grafieken. De onderstaande grafiek zet de prestaties van de belangrijkste Amerikaanse en Japanse beursindexen – de S&P 500 en de Topix – tegen elkaar af. Wie daarnaar kijkt, denkt waarschijnlijk dat de betere prestatie van de S&P 500 te danken is aan het feit dat de Amerikaanse bedrijven een stuk winstgevender waren dan de Japanse.
Maar beelden en grafieken kunnen, net als woorden, misleiden of bedriegen. Zo ook hier, zegt de vermogensbeheerder Verdad Capital. Die zette de winstgevendheid van de Japanse en de Amerikaanse beursbedrijven tegenover elkaar. Daaruit blijkt die eerste sinds 2010 bijna dubbel zo winstgevend zijn geweest.
De laatste twee jaar is dat besef tot de beleggers doorgedrongen. De Topix presteerde dubbel zo goed als de S&P 500.
Die andere Japanse sterindex, de Nikkei 225, brak onlangs zijn vorige recordkoers, die nog dateerde van de zeepbel eind jaren tachtig.
Volgens de analisten van Verdad is die toegenomen winstgevendheid van de Japanse bedrijven vooral te danken aan het feit dat ze de afgelopen jaren hun schuldgraad aanzienlijk hebben verlaagd. Daarmee hebben ze hun jaarlijkse intrestaflossingen stevig teruggedrongen en hun nettowinst opgekrikt. Een bijkomstigheid is dat enorm veel Japanse beursbedrijven met een nettocashpositie zitten.
Of dat een goede zaak is, is een andere vraag. Te veel cash staat vaak gelijk aan een luie balans, aan bedrijven die niet weten hoe ze die cash productief aan het werk moeten zetten.
Zelfs met hun recente puike prestaties zijn Japanse aandelen veel aantrekkelijker gewaardeerd dan hun Amerikaanse tegenhangers. De koersstijgingen van die eerste zijn vooral gestut door de onderliggende stijging van de winsten, terwijl de koersstijgingen van de Amerikanen vooral te danken is aan aanzwellende waarderingen.
Toegegeven, het rendement op eigen vermogen van de Japanse bedrijven ligt lager dan in de Verenigde Staten, wat enigszins de lagere waarderingen rechtvaardigt.
Behalve hogere winsten heeft een hervorming van de bestuursregels in Japan de beursbedrijven ook de wind in de zeilen gegeven. Het was de Japanse beursuitbater Tokyo Stock Exchange (TSE) een doorn in het oog dat zo veel Japanse beursbedrijven onder hun boekwaardes noteerden. De TSE zette een forse campagne op om hen aan te sporen hun kapitaal efficiënter in te zetten en zo meer waarde voor hun aandeelhouders boven te halen.
Japanse beursbedrijven zijn er befaamd voor hoe ze via allerlei aandeelhoudersstructuren met elkaar verweven zijn, de zogenoemde cross holdings. Daarnaast hebben ze ook veel onbenut vastgoed op hun balans staan. Die twee zaken moeten eruit, volgens de TSE, en dat geld moet naar verdere groei of hun aandeelhouders vloeien. Ondertussen hebben een aantal Japanse multinationals een aantal grote internationale overnames gedaan. Zo gaf Nippon Steel aan US Steel voor 15 miljard dollar te willen overnemen. En ze zijn steeds meer eigen aandelen gaan inkopen.
Daarnaast heeft de Japanse centrale bank, de Bank of Japan (BoJ), onlangs het geweer van schouder veranderd door voor het eerst in jaren haar negatieve beleidsrente af te schaffen. Japan kent ook voor het eerst sinds lang weer een beetje inflatie dankzij stijgende prijzen en lonen. De verwachting is dat consumenten daardoor meer zullen uitgeven dan in de jaren van deflatie voordien, dat bedrijven meer zullen investeren en daarmee de Japanse economie nog een bijkomend zetje krijgt. Wat een beetje inflatie allemaal niet kan doen. Analisten verwachten dat de BoJ dit jaar nog een of twee keer haar beleidsrente zal verhogen.
Zakenbank JP Morgan somt alle elementen die het Japan de wind in de zeilen geeft als volgt op:
De vraag is of de Japanse beurs na de rally van de afgelopen twee jaar nog hoger kan. De consensus onder analisten is van wel – al kan een analistenconsensus ook gevaarlijk zijn. Het geld dat de Japanse beurs de afgelopen vier jaar heeft zien toestromen, is nog maar een fractie van wat er voordien is weggevloeid. De recente vloed is nog niets in vergeleken met het geleden eb. Goldman Sachs verwacht dat de Topix dit jaar nog de 2.900 punten kan halen, een scenario waar ook JP Morgan rekening mee houdt.
Lees ook:
De beursblog van Trends
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier