Transocean optimaliseert zijn vloot

. © BelgaImage
Danny Reweghs
Danny Reweghs Directeur strategie Trends Beleggen

De wereldmarktleider in de verhuur van olieboorinstallaties neemt de extreme crisis te baat om zijn vloot stevig te optimaliseren. Het doel is nog meer de nadruk te leggen op ultradiepwaterplatforms en platforms voor onherbergzame gebieden.

De verkoop van vijftien hooggespecialiseerde platforms voor in ondiepe wateren (jackups) in het tweede kwartaal voor 1,35 miljard dollar paste in die strategie. Een volgende belangrijke stap was de overname van het Noorse Songa Offshore, die op 15 augustus werd aangekondigd. Transocean betaalt een ondernemingswaarde van 3,4 miljard dollar voor het verwerven van zeven platforms: drie oudere voor in ondiepe wateren, die wellicht worden geschrapt, en vier supermoderne platforms voor onherbergzame gebieden.

Die installaties zijn voor Statoil ontworpen en hebben achtjarige contracten (aflopend tussen 2022 en 2024) met een contractwaarde van 4,1 miljard dollar en bijkomende opties voor 7 miljard dollar. De helft van de overnamesom bestaat uit overgenomen schulden. Daarnaast betaalt Transocean 480 miljoen in cash, 660 miljoen via de uitgifte van een converteerbare obligatie en 540 miljoen via een aandelenuitgifte (17% verwatering). De overname wordt in het vierde kwartaal afgerond.

In september zijn bijkomend zes installaties ontmanteld, waarvan vier ultradiepwaterplatforms, waardoor het totaal sinds april 2013 op 39 platforms uitkomt. De gezamenlijke vloot zal uit 49 platforms bestaan, waarvan slechts negen voor minder diepe wateren.

De overname vergroot het orderboek van 9,4 naar 13,3 miljard dollar (+40%). Operationeel blijven de omstandigheden uiterst lastig, maar toch slaagde Transocean er in het derde kwartaal opnieuw in beter te doen dan verwacht. De omzet kwam uit op 808 miljoen dollar, tegenover 751 miljoen in het vorige kwartaal en 700,5 miljoen verwacht.

Dat was evenwel vooral een gevolg van een eenmalige betaling van 87 miljoen dollar uit een vroegtijdig gestopt contract. Het gemiddelde dagverhuurtarief daalde van 329.900 naar 319.000 dollar, maar de bezettingsgraad klom van 44 naar 52 procent. De recurrente nettowinst (zonder eenmalige elementen) bedroeg 64 miljoen dollar, tegenover 1 miljoen in het tweede kwartaal en 218 miljoen vorig jaar. Per aandeel gaf dat een nettowinst van 0,16 dollar, tegenover een verwacht nettoverlies van 0,05 dollar. Inclusief een afwaardering van 1,39 miljard dollar voor de zes ontmantelde platforms was er een nettoverlies van 1,42 miljard (1,6 miljard vorig kwartaal).

De marktleider verlengde dankzij een nieuwe herfinanciering de looptijd van de 7 miljard dollar uitstaande schulden. Het ratingagentschap S&P verlaagde wel de kredietwaardigheid na het nieuws over de overname van Songa Offshore. In het lopende en het volgende kwartaal krijgt de vloot er twee nieuwe platforms bij, beide met een tienjarig contract met Shell tegen een aantrekkelijk dagtarief van 519.000 dollar. Het management ziet eindelijk herstel in het aantal tenders en een eerste prijsherstel in de platforms voor onherbergzame gebieden. Voor de ultradiepwaterplatforms kan prijsherstel echter nog een tot twee jaar op zich laten wachten.

Conclusie

Het aandeel van Transocean boekte herstel sinds de stevige appelflauwte tijdens de zomer na de aankondigde overname van Songa Offshore. Een reële doorstart blijft evenwel voorwaardelijk zolang de overcapaciteit in de sector het broodnodige prijsherstel belemmert. Dat kan nog even (1 tot 2 jaar) op zich laten wachten.

Advies: koopwaardig

Risico: hoog

Rating: 1C

Koers: 10,59 dollar

Ticker: RIG US

ISIN-code: KYG900781090

Markt: New York

Beurskapitalisatie: 4,15 miljard dollar

K/w 2016: 18

Verwachte k/w 2017: –

Koersverschil 12 maanden: -24%

Koersverschil sinds jaarbegin: -28%

Dividendrendement: –

Partner Content