Statoil
Lagere productieverwachting voor 2013
127,3 NOK – 1B
Deze Noorse oliereus (ticker STL op de beurs van Oslo; beurskapitalisatie van 463 miljard NOK of 62,5 miljard EUR; ISIN-code NO0010096985) kwam vorige zomer in de internationale pers. De minister van Arbeid diende aan het begin van vorige zomer het ‘nationaal belang’ in te roepen om een einde te maken aan een haast 2-weken lange staking van de werknemers in de offshore-industrie. Die gingen immers niet akkoord met het verhogen van de pensioenleeftijd van 62 naar 67 jaar. De industrie, op de eerste plaats Statoil, dreigde met een ‘lock out’, maar die werd dus door de minister verhinderd. Een productieloze dag kostte Statoil toen zo’n 70 miljoen EUR. Statoil is de afkorting van The Norwegian State Oil Company, die dus door de Noorse Staat in 1972 werd opgericht en beursgenoteerd is in Oslo en NYSE sinds 2001. Belangrijkste mijlpaal was de fusie in 2007 met de olie- en gasactiviteiten van Norsk Hydro. Ook sinds de beursnotering blijft het een staatsbedrijf, in die zin dat 67% van de aandelen in handen is van het ministerie van Olie en Energie. Statoil werd vorig jaar nog door Transparency International verkozen tot ‘meest transparante multinational’. De internationale beleggersgemeenschap herontdekte het aandeel in 2011. Dat jaar was een van de betere jaren in de geschiedenis van het Noorse staatsoliebedrijf. Lange tijd werd gedacht er geen grote nieuwe olie- en gasvelden in de Noordzee te vinden zouden zijn. Tot het tegendeel werd bewezen, met de ontdekking van het Johan Sverdrup-olieveld. Het veld spreidt zich uit over 2 productielicenties in de Noordzee op 140 kilometer van Stavanger en is dan ook het resultaat van 2 vondsten: Avaldsnes, waar Lundin Petroleum de hoofdoperator is en Aldous Major South, waar Statoil de operaties leidt. Nadat was vastgesteld dat het om één en hetzelfde veld ging, werd het omgedoopt tot Johan Sverdrup, de naam van een Noors politicus die als de vader van parlementarisme in het Scandinavische land wordt beschouwd. Vorig jaar werd een overeenkomst getekend waarbij Statoil de operationele leiding krijgt. De ramingen voor het Johan Sverdrup-olieveld liggen tussen 1,7 en 3,3 miljard vaten. Bedoeling is om in 2018 met de productie te starten. Ook opvallend de jongste jaren is dat de reserve-vervangingsratio opnieuw boven 1 geraakt, wat maar zelden mogelijk bleek het afgelopen decennium. Doelstelling richting 2020 blijft om jaarlijks voldoende nieuwe reserves te vinden om de productie (momenteel circa 2 miljoen barrels per dag) minstens te compenseren (reserve vervangingsratio boven 1 dus), wat weinig oliereuzen halen. Een andere ambitie is om tegen 2020 de dagelijkse productie op te voeren tot 2,5 miljoen vaten, wat een jaarlijks groeiritme van 3 à 4% inhoudt. De verwachtingen voor dit jaar zijn elk geval minder hooggespannen, na een tegenvallend eerste kwartaal. De gemiddelde productie viel nipt terug onder 2 miljoen (1,998) vaten, tegenover nog 2,193 miljoen vaten in de eerste 3 maanden van vorig jaar. De negatieve impact op de productie van de fameuze terroristische aanval in Algerije mag als uitzonderlijk worden beschouwd, maar ook in Brazilië lag de productie lager. De daling in Noorwegen was vooropgesteld omwille van de verkoop van bepaalde olie- en gasvelden.
De mindere productievooruitzichten voor 2013 na een zwak eerste kwartaal hebben de voorbije maanden op de koers gewogen. De ambities op langere termijn echter blijven overeind. De winstdaling dit jaar tot 15 à 15,50 NOK per aandeel zou tijdelijk moeten zijn. De komende jaren zou de winst weer naar 16 à 17 NOK per aandeel moeten oplopen. Voor de robuuste kwaliteit van Statoil dient u vandaag nauwelijks meer dan 8 keer de verwachte winst ’13 te betalen, wat geen ‘topwinstjaar’ is. We handhaven dan ook het advies ‘koopwaardig’ (rating 1B) voor de goede huisvader/belegger.
Koopwaardig
Aandelen Europa
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier