Geïndexeerde obligaties: bijna een allriskverzekering voor de belegger
Hoewel de markten 2023 vrij goed hebben afgesloten, zijn niet alle risico’s geweken. De huidige gevaren zijn bijna allemaal gekoppeld aan de inflatie. Maar daar kunnen beleggers zich tegen beschermen.
De inflatiedreiging blijft zeer reëel. Het tempo van de prijsstijgingen is weliswaar afgenomen sinds de pieken van 2022 (9% in de Verenigde Staten en 10,6% in de eurozone). Maar die vertraging, de desinflatie, is grotendeels toe te schrijven aan de daling van de energieprijzen. De kerninflatie, die de meer volatiele prijzen van energie en onbewerkte voedingsmiddelen uitsluit, blijft hardnekkig. In december bedroeg die 3,4 procent in de eurozone en 3,9 procent in de Verenigde Staten, ruim boven de doelstelling van de centrale banken van ongeveer 2 procent.
De inflatiedruk zal structureel aanhouden, zegt Etienne de Callataÿ, hoofdeconoom bij Orcadia Asset Management. “Ten eerste is de globalisering sinds de jaren tachtig een belangrijke deflatoire factor geweest, vooral dankzij de verplaatsing van de industrie naar China. Vandaag beperken handelsspanningen en stijgende lonen in China dat deflatoire effect”, klinkt het.
Daarnaast wijst hij op een betere herverdeling van de toegevoegde waarde. “De afgelopen decennia kwamen productiviteitswinsten vooral aandeelhouders ten goede. Daardoor hebben de schamele loonstijgingen de prijsstijgingen beperkt gehouden. Maar de jongste jaren is er een herverdeling ten gunste van de werknemers”, zegt hij. Een goed voorbeeld is het loonakkoord in de Amerikaanse auto-industrie. Na een massale staking kwamen de drie grote autofabrikanten – GM, Ford en Stellantis – overeen de lonen met een kwart te verhogen.
“Tot slot is ook de klimaatverandering inflatoir”, voegt de hoofdeconoom toe. “Stijgende temperaturen en extreme weersomstandigheden zullen onvermijdelijk de landbouwopbrengsten en de productiviteit van werknemers drukken. Het zal ook leiden tot hogere risico’s, waardoor de verzekeringskosten stijgen of bepaalde activiteiten zelfs onmogelijk worden, wat de concurrentie beperkt en de prijzen doet stijgen. Subsidies bedoeld om de transitie te ondersteunen, hebben ook een inflatoir effect. Studies hebben aangetoond dat producenten en distributeurs de neiging hebben de prijzen op te drijven wanneer de koper van zo’n steun profiteert”, geeft hij als voorbeeld.
Consumentenprijsindex
Kortom, de inflatie is het gevolg van structurele trends. Als die worden versterkt door een onverwachte gebeurtenis, zoals de energiecrisis van 2022, kunnen de prijzen uit de hand lopen. Helaas zijn er genoeg risico’s die de inflatie op elk moment dreigen te versterken, zoals een onverwacht olie-embargo als gevolg van het conflict in het Midden-Oosten, toenemende handelsspanningen tussen China, Europa en de Verenigde Staten, verstoringen van de wereldhandel, buitensporige geldcreatie door de centrale banken, enzovoort.
Om zich tegen die prijsstijgingen te beschermen, kunnen beleggers terecht bij traditionele activa. Aandelen genieten bijvoorbeeld een zekere mate van bescherming, omdat hun prijzen van nature de inflatie volgen, maar tijdelijke verstorende factoren kunnen dan weer op de aandelenkoersen wegen, zoals een economische vertraging (stagflatie), of sterke loonstijgingen en stijgende rentes, die op de winstmarges wegen.
Goud wordt traditioneel beschouwd als de ultieme behouder van waarde, maar het gele metaal is volatiel en biedt geen rendement in de vorm van een rente. Integendeel, het kost geld om goud aan te houden.
Daartegenover staan inflatiegelinkte of geïndexeerde obligaties. Dat zijn obligaties waarvan het kapitaal en de rente gekoppeld zijn aan een consumentenprijsindex, net zoals de lonen in België. Bij inflatiegelinkte obligaties wordt de hoofdsom geïndexeerd en stijgt die mee met de inflatie. Een obligatie van 1.000 euro met een coupon van 2 procent zal na een jaar met 3 procent inflatie 1.030 euro waard zijn. De coupon wordt dan op die hogere waarde uitbetaald. De obligatie beschermt dus tegen het inflatierisico, maar is niet volledig immuun voor de ups en downs van de markten. Als de reële rente (de rente gecorrigeerd voor inflatie) stijgt, dan dalen de koersen van inflatiegelinkte obligaties, net zoals die van hun gewone tegenhangers.
Break-even
Het verschil in rendement tussen een conventionele obligatie en een vergelijkbare geïndexeerde obligatie van dezelfde uitgever en met dezelfde looptijd wordt het ‘break-even inflatiepercentage’ genoemd. Dat is een van de belangrijkste maatstaven voor de inflatie die de markten verwachten.
Voor Franse staatsobligaties die zijn geïndexeerd op basis van de Europese consumentenprijsindex, ligt het break-evenpunt nu rond 2,5 procent. Met andere woorden, het rendement op een geïndexeerde obligatie zal hoger zijn dan op een conventionele obligatie als de inflatie hoger is dan 2,5 procent. Zo niet, dan zal het rendement lager zijn, maar is uw portefeuille minder risicovol en minder volatiel.
Merk op dat in het geval van extreme deflatie (dalende prijzen) de beleggers ook beschermd zijn, omdat de terugbetalingsprijs van een geïndexeerde obligatie op de vervaldag over het algemeen niet lager kan zijn dan de uitgifteprijs.
ETF’s
Er zijn verschillende geïndexeerde obligaties te koop, uitgegeven door de belangrijkste overheden in de eurozone (Frankrijk, Duitsland, Italië en Spanje). Het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Denemarken, Polen en Brazilië geven ook indexobligaties uit, maar daar komt een wisselkoersrisico bij kijken.
Een andere optie is een geïndexeerd obligatie-ETF, zoals het iShares Euro Inflation Linked Govt Bond index-ETF. Die noteert op Euronext Amsterdam onder de ISIN-code IE00B0M62X26 en heeft een jaarlijks kostenplaatje van 0,09 procent. De ETF belegt uitsluitend in staatsobligaties uit de eurozone, voornamelijk Franse (43%) en Italiaanse (29%).
Onder de actief beheerde fondsen is de toppresteerder, volgens de fondsenspecialist Morningstar, het fonds Capital@Work Foyer Umbrella Inflation (ISIN : LU0175697324 en 0,93% jaarlijkse kosten). Dat belegt meer in Duitse indexobligaties en heeft ook een blootstelling aan Amerikaanse obligaties.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier