Fred Olsen Energy
De combinatie van een sector die volledig uit de beleggersgratie is gevallen, samen met bedrijfsspecifieke tegenvallers duwden de koers van Fred Olsen Energy fors onder water.
We hebben tot nog toe weinig plezier beleefd aan de portefeuillewaarde Fred Olsen Energy, een specialist in olieboorinstallaties op zee (offshore). De kaarten leken nochtans goed geschud, toen we het aandeel in de portefeuille opnamen: een zeer redelijke waardering, gekoppeld aan een te verwachten structurele winstgroei richting 40 NOK per aandeel vanaf 2015. Maar sinds vorig najaar zit de klad er behoorlijk in. Op sectorniveau is sprake van een afkoeling van de markt door besparingen bij de oliemajors. Die zetten al dan niet tijdelijk een neerwaartse druk op de dagverhuurtarieven.
Maar ook op bedrijfsniveau waren er ontgoochelingen. Vooreerst is er de vertraging van de uitbreiding van de vloot van negen (acht boorplatforms en een accommodatieplatform) naar elf platforms. De oplevering van het tiende platform, de Bolette Dolphin, oorspronkelijk gepland voor oktober 2013, gebeurde pas op 21 februari 2014. Het vierjarige contract met Anadarko, tegen een dagverhuurtarief van 488.000 USD, loopt nu tot het tweede kwartaal van 2018. Vermits ook het tweede nieuwe platform, de Bollsta Dolphin, op dezelfde Koreaanse scheepswerf van Hyundai Heavy Industries wordt gemaakt, is ook de oplevering van het elfde platform van Fred Olsen uitgesteld van het eerste naar het derde kwartaal van 2015.
Belangrijk is dat de Bollsta Dolphin een vijfjarig contract met Chevron heeft, tegen een zeer aantrekkelijk dagverhuurtarief van 560.000 USD. De koers bereikte in april echter een nieuw jaardieptepunt, toen Fred Olsen moest opbiechten dat de onderhoudskosten voor de Blackford Dolphin niet 125 miljoen, maar 195 miljoen USD zullen bedragen en dat het onderhoud voor de Borgholm Dolphin negen in plaats van drie weken zal duren.
Positief is wel dat het orderboek van het bedrijf er stevig blijft uitzien. Momenteel heeft alleen de Borgny Dolphin, wiens contract met Petrobras in mei wordt beëindigd, geen verhuurcontract. Voor de overige platforms lopen de contracten nog minstens tot in 2015 (2), 2016 (3), 2017 (3), 2018 (1) en 2020. De operationele tegenvallers drukten intussen fors de resultaten (vanaf nu gerapporteerd in USD). De bedrijfskasstroom (ebitda) daalde van 116,7 miljoen USD vorig kwartaal, naar 102 miljoen USD in het eerste kwartaal en tegenover nog 140,6 miljoen USD in het eerste kwartaal van 2013. De winst per aandeel halveerde van 0,7 USD naar 0,35 USD (2,06 NOK) per aandeel. In het eerste kwartaal van 2013 boekte Fred Olsen nog 6,7 NOK per aandeel winst.
Door de onderhoudsperikelen zal het tweede kwartaal ook nog flauw uitvallen (consensus 4,5 NOK per aandeel winst), maar vanaf het derde kwartaal moeten de cijfers weer fors verbeteren. De verlaagde winstprognose voor 2014 bedraagt 23,4 NOK per aandeel (26,2 NOK per aandeel in 2013). Voor 2015 en 2016 liggen die cijfers respectievelijk op 29 NOK en 35 NOK per aandeel. Het dividend van 20 NOK per aandeel wordt uitbetaald op 30 mei.
Conclusie
De combinatie van een sector die volledig uit de beleggersgratie is gevallen, samen met bedrijfsspecifieke tegenvallers duwden de koers fors onder water. Het gewicht van Fred Olsen in de voorbeeldportefeuille weerhoudt ons ervan om bij te kopen. Maar we blijven erbij dat op het huidige koersniveau sprake is van een koopje.
Advies: koopwaardig
Risico: laag
Rating: 1A
Aandelen Europa
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier