Nu de schenkbelasting op vastgoed in de 3 gewesten drastisch verlaagd werd, is het slecht vanaf een bepaald bedrag nog interessant om in schijfjes te schenken. Hoe kan je snel nagaan of je in schijfjes moet schenken of niet?
Handig vuistregeltje
De schenkingstarieven voor vastgoed zijn in de 3 gewesten verlaagd, maar wie grotere stukken schenkt betaalt toch nog altijd relatief veel. Dat komt omdat de tarieven in de 3 gewesten opklimmend zijn. Hoe meer je dus schenkt, hoe duurder het wordt.
Het komt er dus op neer dat vanaf een bepaald moment het voordeliger is “in schijfjes” te schenken, zodat je telkens terug in de laagste schijven valt. Een handig vuistregeltje is dat het schenken in schijfjes in Vlaanderen en Brussel interessant wordt vanaf ongeveer 200.000 euro en in Wallonië is dat al vanaf ongeveer 150.000 euro “per pakketje”. We houden daarbij niet alleen rekening met de schenkbelasting maar ook met de bijkomende notariskosten.
“Pakketjes” tellen
Stel dat vader en moeder 1 dochter hebben. Als ze hun gemeenschappelijk appartement aan de kust willen schenken zijn er dus 2 ‘pakketjes” die in de laagste tarieven vallen. Want vader én moeder schenken aan hun dochter. Hebben de ouders 2 kinderen dan zijn er 4 pakketjes die elk in de laagste schijven vallen, enz.
Drie jaar
Maar de fiscus heeft wel voorzien dat schenkingen van onroerende goed (bijvoorbeeld bouwgrond, een huis, een appartement) tussen dezelfde personen binnen een periode van drie jaar fiscaal als één schenking worden beschouwd. Pas na drie jaar kan je dus terug gaan schenken aan het laagste tarief. Wie dus wil schenken in schijfjes laat dus best telkens drie jaar tussen om het fiscaal voordelig te maken.
