Opgelet met het kwijtschelden van een lening aan de kinderen
Ouders lenen regelmatig aan hun kinderen voor bijvoorbeeld verbouwingswerken. Als ze het geld later niet meer nodig hebben gaan ze dit dan vaak kwijtschelden. Maar speelt de fameuze drie jaar dan nog bij overlijden?
Het gebeurt dat ouders of grootouders lenen aan hun kinderen/kleinkinderen. Dikwijls gaat het dan om een renteloze lening die moet dienen om een huis te bouwen, te verbouwen of te kopen. Juridisch gezien is het bij een lening niet vereist dat er iets op papier gezet wordt, maar uiteraard doet u dat best wel om misverstanden te vermijden.
Een kwijtschelding van de lening
In de praktijk stellen we vast dat veel ouders na verloop van tijd het geld eigenlijk niet meer nodig hebben en dan afspreken dat het resterende bedrag kwijtgescholden wordt. Het is belangrijk om deze kwijtschelding ook op papier te zetten zodat er later geen discussie meer mogelijk is over het feit dat het geen lening meer is. Dit is belangrijk naar de fiscus toe om te vermijden dat er later nog successierechten betaald moeten worden, maar ook om misverstanden te vermijden naar andere kinderen-erfgenamen toe.
Hoe doet u het correct?
De kwijtschelding van een schuld is een onrechtstreekse schenking. Onrechtstreekse schenkingen zijn niet onderworpen aan de vormvoorschriften van artikel 931 Burgerlijk Wetboek en voor onrechtstreekse schenkingen bestaat geen registratieverplichting (Besluit 25 april 2005, nr. E.E./100.528).
Een kwijtschelding van een schuld kan dus via een Belgische of een Nederlandse notaris, maar het kan ook, net zoals een bankgift, via twee aangetekende brieven of één bewijsdocument (zie model). Ook hier kunt u, zoals bij een bankgift, voorwaarden koppelen aan de kwijtschelding, bijvoorbeeld een last.
De fameuze drie jaar speelt ook hier
Het kwijtschelden van een schuld is een onrechtstreekse schenking. Na de kwijtschelding speelt daarom ook hier de fameuze drie jaar zoals bij een bank- of handgift. (JA)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier