Michel Maus
‘Ook Kapsalon Marie Paule moet zijn belastingwinsten naar het buitenland kunnen versluizen’
Als multinationals zoals AB InBev of Arcelor Mittal via rulings hun belastingdruk in België substantieel kunnen verminderen, dan moeten Bakkerij Bolleke of Kapsalon Marie Paule dat ook kunnen doen. Dat schrijft Michel Maus, advocaat en hoogleraar fiscaal recht.
Een tweetal weken geleden raakte bekend dat de middenstanders van het Welshe stadje Crickhowell zich hebben verenigd en hebben beslist om dezelfde technieken van belastingontwijking toe te passen als pakweg Google, Amazon of Starbucks. Ze wilden vooral protesteren tegen de belastingafspraken die multinationals hadden gemaakt en waarmee ze de belastingdruk tot op de bodem beperken.
Volgens winkelier Jo Carthew vinden de kleine ondernemers het niet erg belasting te betalen, op voorwaarde dat iedereen dat ook effectief doet. En aangezien dat niet het geval is, heeft men in Crickhowell willen aantonen dat met wat creativiteit iedereen een belastingvoordeel kan halen door de technieken van multinationals te kopiëren.
Ook zelfstandigen moeten hun winsten naar het buitenland kunnen versluizen om daar onder een gunstiger belastingregime belast te worden”
Het Welshe voorbeeld heeft de Werkgroep Fiscaal Correct geïnspireerd om deze oefening ook voor ons land te herhalen. Want ook hier is de belastingdruk vrij ongelijk verdeeld. Dat is niet zo onlogisch als men weet dat de meest belangrijke fiscale gunstregimes in de vennootschapsbelasting, te weten de notionele-interestaftrek, de aftrek voor octrooi-inkomsten en de excess profit ruling weliswaar voor elke onderneming toegankelijk zijn, maar toch vooral op het lijf zijn geschreven van multinationals.
Onlangs publiceerde de New York Times een artikel over AB InBev waarin werd gesteld dat de biergigant dankzij zijn afspraken met de Belgische fiscus slechts 1 procent belasting heeft betaald op een bedrijfswinst van 1,93 miljard dollar. Voor een lokale Belgische brouwerij is het onmogelijk economisch te concurreren.
Vandaar dat de Werkgroep Fiscaal Correct zich de vraag heeft gesteld in hoeverre het mogelijk zou zijn de fiscale regelingen van multinationals ook te laten gelden voor zelfstandigen en kleine bedrijven. Kunnen zij ook hun winsten naar het buitenland versluizen om daar onder een gunstiger belastingregime belast te worden? Als multinationals zoals AB InBev of Arcelor Mittal op die manier hun belastingdruk in België substantieel kunnen verminderen, dan moeten Bakkerij Bolleke of Kapsalon Marie Paule dat ook kunnen doen.
Het is echter duidelijk dat het voor zelfstandigen en kmo’s individueel zeer moeilijk is om dezelfde technieken van belastingontwijking toe te passen als multinationals, omdat zij daar vaak de kennis noch de mogelijkheden voor hebben. Dat wordt anders als zij zich verenigen. De Werkgroep Fiscaal Correct stelt dan ook voor dat zelfstandigen en kleine kmo’s zich verenigen in een coöperatieve buitenlandse structuur met het oog op legale belastingontwijking.
In die optiek wil de Werkgroep Fiscaal Correct een aanvraag tot ruling indienen bij de Belgische fiscus, opdat zelfstandigen en kleine bedrijven eveneens een deel van hun winst gunstiger in het buitenland mogen laten belasten.
De aanvraag tot ruling bestaat uit twee delen. Vooreerst wordt voorgesteld om intellectuele rechten zoals bepaalde productieprocedés, merknamen, productienamen en logo’s onder te brengen in een Nederlandse vennootschap en vervolgens 10 procent van de Belgische winst aan de Nederlandse vennootschap toe te kennen voor het gebruik van de intellectuele rechten in België. Dat doen bijvoorbeeld ook Starbucks en Ikea.
Telkenmale wereldwijd een Frappuccino of een Billy-boekenkast wordt verkocht, moet een deel van de verkoopprijs aan de Nederlandse vennootschap worden afgestaan. Op die manier wordt winst vanuit het buitenland naar de Nederlandse holding versluisd en veel gunstiger belast dan in het land waar de winst werd gemaakt. Als zelfstandigen en kmo’s hun merknaam, productnaam, logo en andere intellectuele rechten onderbrengen in een coöperatieve vennootschapsstructuur, kunnen zij daar ook van profiteren.
Vervolgens wordt voorgesteld zelfstandigen en kleine kmo’s toe te laten om cliënteel onder te brengen in een Ierse vennootschap en 30 procent van de Belgische winst aan de Ierse vennootschap toe te kennen voor het gebruik van de knowhow en het cliënteel in België. Ook op die manier wordt opnieuw winst versluisd vanuit België richting Ierland, waar het tarief in de vennootschapsbelasting 12,5 procent bedraagt, tegenover 33,99 procent in België.
De Werkgroep Fiscaal Correct wil zo het verschil in belastingdruk tussen grote en kleine ondernemingen nog eens duidelijk in de verf zetten en pleiten voor meer fiscale ondersteuning voor zelfstandigen en kmo’s. Het gaat niet enkel om fiscale ongelijkheid, maar ook om een gelijke economische concurrentiepositie. Mocht iedereen dat beseffen, dan komt het misschien toch nog goed in dit fiscale wonderland.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier