Kwijtschelden zonder fiscale problemen
Ouders lenen vaak renteloos aan hun kinderen als die bijvoorbeeld een huis bouwen. Na enkele jaren hebben de ouders het geld niet meer nodig en schelden ze de resterende schuld kwijt. Hoe doet u dat correct?
Ouders lenen geregeld geld aan hun kinderen. Het geld wordt vaak gebruikt om een huis te bouwen, te verbouwen of te kopen. Juridisch is het niet vereist iets op papier te zetten, maar het is aan te raden dat wel te doen. Een geschreven leningsovereenkomst voorkomt misverstanden en betwistingen met de ontlener en met de fiscus.
Renteloos of niet
Wie een lening aan een familielid geeft, is vrij te kiezen of hij rente vraagt. Tussen ouders en hun kinderen wordt meestal gekozen voor een renteloze lening. Als er een rente wordt overeengekomen, moet er ook 30 procent roerende voorheffing worden ingehouden. Dat is op het eerste gezicht wat vreemd aangezien het om een familielening gaat. Het maakt de zaak ook een stuk complexer. Als een vader een lening aan zijn zoon geeft met een rente van 2 procent per jaar, moet op die 2 procent jaarlijks een roerende voorheffing van 30 procent worden ingehouden en worden doorgestort naar de fiscus.
De kwijtschelding van de lening
Na verloop van tijd hebben veel ouders het geld eigenlijk niet meer nodig. Dan schelden ze het resterende bedrag kwijt. Het is absoluut aan te raden die kwijtschelding ook op papier te zetten, zodat daar later geen discussie over kan ontstaan.
Alle schuldvorderingen komen in principe in aanmerking voor een kwijtschelding van de schuld. Een kwijtschelding kan via een notaris worden geregeld. Maar het kan ook via twee aangetekende brieven of één bewijsdocument ondertekend door de kredietverlener en de lener, waarin wordt bepaald dat het saldo van de lening werd kwijtgescholden.
De kwijtschelding van een schuld is een zogenoemde ‘onrechtstreekse schenking’, zoals een bankgift (schenking via overschrijving). Onrechtstreekse schenkingen zijn niet onderworpen aan vormvoorschriften en er is geen registratieverplichting. U moet het document dus niet laten registeren en er 3 procent schenkbelasting op betalen (3,3% in Wallonië).
Als u het document niet registreert en de schenker overlijdt binnen drie jaar na de schenking, dan komt die schenking in de nalatenschap. Dat betekent dat in dit geval de kinderen er nog erfbelasting op zullen moeten betalen. De driejarige termijn begint te lopen vanaf de kwijtschelding (of de datum waarop u die kunt bewijzen) en niet vanaf het begin van de lening. Als u met de twee aangetekende brieven werkt, is de datum op de poststempel bepalend. Werkt u met een ondertekend bewijsdocument, stuur dat dan het best aangetekend op, zodat u een vaste datum hebt. Zo kan niemand achteraf beweren dat u de datum op het document geantidateerd hebt om te ontsnappen aan de driejarige termijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier