Erfbelasting: wanneer betalen samenwoners het hoogste tarief?
Wie niet wettelijk samenwoont, erft niet van zijn partner, tenzij er een testament is. Maar hoe zit het dan met de te betalen erfbelasting? Wanneer valt de langstlevende partner dan in het laagste tarief (zoals gehuwden) en wanneer in het hoogste tarief (zoals vreemden)?
Testament noodzakelijk
In tegenstelling tot gehuwde koppels en wettelijke samenwonenden erven feitelijke samenwoners nooit automatisch van elkaar. Als samenwonende partners dus graag zouden hebben dat de langstlevende partner iets krijgt, zal dus elk van hen een testament moeten opmaken.
In de praktijk stellen we bijvoorbeeld vast dat feitelijke samenwoners zonder kinderen graag hebben dat de langstlevende partner minstens in de gezinswoning kan blijven. Als er kinderen zijn, zal men vaak een stuk verder willen gaan dan de gezinswoning. Maar dan moet dat dus wel voorzien zijn in een testament, of de langstlevende partner blijft met niets achter.
Hoogste of laagste tarief?
De tarieven verschillen per gewest. In Brussel en Wallonië genieten enkel wettelijk samenwonende dezelfde tarieven als gehuwden (laagste tarieven). Wie daarentegen gewoon feitelijk samenwoont, wordt fiscaal als “vreemde” beschouwd en valt dus in de hoogste schijven inzake erfbelasting die oplopen tot 80 procent.
In Vlaanderen is de regeling een stuk beter voor samenwonenden. Ook hier genieten wettelijk samenwonenden van hetzelfde tarief als gehuwden, maar dit is ook zo voor feitelijke samenwoners die minstens één jaar feitelijk samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding voeren. Feitelijke samenwoners die dus al 1 jaar samenwonen, vallen dus in Vlaanderen ook onder de lage tarieven inzake erfbelasting.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier