Denis-Emmanuel Philippe
Enkele fiscale mythes rond de zaak Alexandre Van Damme ontkracht
De media-aandacht rond de zaak Van Damme heeft er de laatste dagen voor gezorgd dat er bij het grote publiek een aantal fiscale mythes zijn ontstaan die niet noodzakelijk (volledig) overeenstemmen met de realiteit. Denis-Emmanuel Philippe neemt ze onder de loep.
Volgens een eerste mythe zou het vertrek van Alexandre Van Damme naar Zwitserland de Belgische schatkist 70 miljoen euro kosten. Deze berekening is gebaseerd op een roerende voorheffing van 27% op de dividenduitkeringen die hij ontvangt van AB InBev. Hierbij gaat men er dan van uit dat AB InBev rechtstreeks een dividend uitkeert aan Alexandre Van Damme. Maar daar knelt het schoentje.
Ons land loopt door de verhuis van Alexandre Van Damme naar Zwitserland geen 70 miljoen euro mis
Vermogende families houden hun participaties in beursgenoteerde vennootschappen in de overgrote meerderheid van de gevallen namelijk aan via (fiscaal aantrekkelijke) holdingstructuren. Dit is hier niet anders: de AB InBev-participatie van Alexandre Van Damme wordt aangehouden via de Luxemburgse holdingvennootschap Patrinvest. Indien AB InBev een dividend uitkeert aan een dergelijke Luxemburgse holdingvennootschap, is dit dividend in beginsel vrijgesteld van belastingen. De Belgische dividendbelasting van 27% zal dan pas verschuldigd zijn op het moment dat de holdingvennootschap op haar beurt een dividend aan haar Belgische particuliere aandeelhouder uitkeert. In de praktijk pot de holdingvennootschap haar winsten echter meestal op : de financiële middelen worden dan vaak gebruikt om nieuwe investeringen te financieren, en dus niet om een (belastbaar) dividend uit te keren. Ook Patrinvest heeft al jaren geen dividenden meer uitgekeerd.
Kortom: ons land loopt door de verhuis van Alexandre Van Damme naar Zwitserland geen 70 miljoen euro mis .
Zwitserland is geen fiscale hemel
Volgens een tweede mythe zou Alexandre Van Damme louter om fiscale redenen uit België verhuisd zijn. Ik heb hier mijn twijfels over. Het her en der aangevoerde argument dat Zwitserland een fiscaal paradijs voor vermogende Belgen zou zijn, moet worden genuanceerd. Op het eerste gezicht lijkt de belastingdruk die vermogende particulieren in Zwitserland ondergaan inderdaad wel mee te vallen. Zij kunnen immers onder bepaalde voorwaarden genieten van het regime van de ‘imposition suivant la dépense’ (ook ‘forfait fiscal’ of ‘Pauschalbesteuerung’ genoemd). Hoe groter het vermogen van een persoon is, hoe aantrekkelijker dit belastingregime wordt.
De basisidee hierbij is dat de belastbare basis forfaitair wordt bepaald op grond van de levenskost van de belastingplichtige en niet op basis van zijn wereldwijde inkomen. De belastingplichtige wordt bijgevolg niet belast op zijn inkomsten, maar enkel op het deel ervan dat hij uitgeeft. Zijn levensstijl is hierbij uiteraard doorslaggevend, aangezien er rekening zal worden gehouden met alle uitgaven in Zwitserland en daarbuiten – alles van kosten voor huispersoneel tot hobby’s. Ik ken de levensstijl van Alexandre Van Damme, maar ik kan mij voorstellen dat hij een gepeperde fiscale rekening zal ontvangen indien hij effectief dagelijks met zijn privévliegtuig van Genève naar Brussel zou vliegen.
In de praktijk wordt vaak een ruling afgesloten met de Zwitserse belastingautoriteiten om de belastbare basis vast te stellen. Om te lage forfaits te vermijden heeft de Zwitserse federale wetgever echter een ondergrens vastgesteld: de minimale belastbare basis bedraagt zeven keer de huurwaarde van het huis waarin de belastingplichtige woont (met een minimum van 400.000 Zwitserse frank).
En hier eindigt het niet. Er moet namelijk nog een schaduwberekening (règles relatives au calcul de contrôle) worden gemaakt om een alternatieve belastbare basis vast te stellen. In deze schaduwberekening worden bepaalde inkomstenbestanddelen geglobaliseerd.
Men moet niet denken dat vermogende particulieren die genieten van het forfaitair belastingsysteem in Zwitserland zo gemakkelijk aan belastingen kunnen ontsnappen
Eerst en vooral inkomsten uit een Zwitserse bron en het Zwitserse vermogen. Maar daarnaast ook inkomsten uit een buitenlandse bron waarvoor de belastingplichtige een beroep doet op een vermindering voorzien in een dubbelbelastingverdrag dat door Zwitserland is afgesloten.
Stel bijvoorbeeld dat Alexandre Van Damme een dividend zou ontvangen van zijn buitenlandse holdingvennootschap. Indien hij aanspraak zou maken op een vermindering van de buitenlandse bronheffing op grond van het toepasselijke dubbelbelastingverdrag, dan zou dit dividend worden opgenomen in de schaduwberekening. In de gegeven omstandigheden zou dit impliceren dat Alexandre Van Damme in Zwitserland belasting zal moeten betalen op het uitgekeerde dividend. Hij kan dus niet op twee paarden wedden : ofwel opteert hij voor een vermindering van de belasting op het dividend in de bronstaat, ofwel opteert hij voor een vrijstelling van het dividend in Zwitserland. Hierdoor zal Alexandre Van Damme in principe steeds belastingen moeten betalen op zijn inkomsten uit een buitenlandse bron.
De hoogste van de vastgestelde basissen (forfait op basis van het uitgavenpatroon of de schaduwberekening) zal uiteindelijk worden weerhouden als belastbare basis. Men moet dus niet denken dat vermogende particulieren die genieten van het forfaitair belastingsysteem in Zwitserland zo gemakkelijk aan belastingen kunnen ontsnappen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier