Eerst de handgift, dan het bewijs!
Een recent arrest van het Hof van Cassatie toont aan dat je best oplet bij het opmaken van een bewijs van een handgift. Waarop moet je zeker letten, zodat de bankgift geldig is?
De handgift blijft populair omwille van zijn eenvoud. Bij een handgift geeft de schenker (bijvoorbeeld vader) gewoon iets dat tastbaar is ‘van hand tot hand’ aan zijn zoon. Het kan daarbij gaan om bankbiljetten, een goudstaaf, een kunstwerk, een auto, antiek, een verzameling waardevolle voorwerpen,… Het geven van hand tot hand moet je trouwens niet letterlijk nemen. Dus ook een handgift van een oldtimer, een renpaard of een caravan is mogelijk. Bij een handgift moeten er geen schenkingsrechten betaald worden en later, bij het overlijden van de schenker, ook geen successierechten als de schenker na de schenking nog minstens drie jaar in leven blijft.
Het bewijsdocument
In de praktijk is het aangewezen om een bewijsdocument op te maken van een handgift. Zo is duidelijk naar de fiscus toe wanneer de handgift plaatsvond en bestaat er geen discussie achteraf voor de andere erfgenamen dat het om een schenking gaat. Vroeger gebruikte men vaak de klassieke aangetekende brieven. Maar steeds vaker gebruikt men daarvoor een geschrift ondertekend door schenker en begiftigde omdat dit eenvoudiger en sneller is.
Voordien is nietig!
In een recent arrest oordeelde het Hof van Cassatie terecht dat een dergelijk geschrift na de handgift moet worden opgesteld en niet ervoor. In het voorliggend geval ging het om een handgift van contanten waar het geschrift werd opgemaakt voor de handgift. Cassatie oordeelde dat deze handgift nietig is en dat een dergelijk geschrift louter een schenkingsbelofte is, die juridisch van geen waarde heeft.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier