Jan Tuerlinckx
‘Een depressieve werknemer is slecht nieuws voor de fiscus’
Volgens Jan Tuerlinckx, advocaat-vennoot bij Tuerlinckx Fiscale Advocaten. kan de fiscus niet blind blijven voor de gezondheid van de belastingbetaler. “Een depressieve werknemer ziet zijn belastbare inkomsten afnemen”, klinkt het.
Er bestaat geen strikt onderscheid meer tussen werken en niet werken. Door de globalisering en de democratisering van de communicatietechnologie zijn we z’n allen altijd minstens een beetje aan het werk. Die fusion van leven en werken brengt nieuwe uitdagingen mee. De stress neemt gestaag toe, en depressies, inactiviteit en overgewicht zijn de nieuwe valkuilen.
Werknemers moeten meer en meer voorzorgen nemen om zich daartegen te wapenen. Door een beroep te doen op een psycholoog of een bewegingscoach bijvoorbeeld, of door naar een fitnessclub te gaan. Die kosten zijn fiscaal niet aftrekbaar. Kosten komen in aanmerking voor een belastingaftrek als ze worden gemaakt om beroepsinkomsten te verkrijgen of te behouden. De uitgaven die we allemaal hebben om te leven, waaronder die voor persoonlijke verzorging, komen niet in aanmerking. De kosten voor een psycholoog, een bewegingscoach of een fitnessclub vallen daaronder. Ze zijn dus niet-beroepsmatig.
Waarom kun je de fiscaliteit dan niet gebruiken om mensen aan te moedigen zich een gezonde levensstijl aan te meten
Maar wie de actualiteit volgt, krijgt mogelijk een ander beeld. Het regent wettelijke initiatieven om werkgevers te verplichten aan preventie te doen – van depressiepreventie, opleidingen in timemanagement tot het engageren van een bewegingscoach. Als de wetgever zo’n begeleiding oplegt, erkent hij dat die noodzakelijk, of toch minstens nuttig is. Je mag niet aannemen dat de wetgever de werkgevers met nodeloze kosten wil opzadelen. Die wetgevende initiatieven hebben tot doel werknemers aan het werk te houden en dus inkomsten te verkrijgen. Wat collectief geldt, geldt ook op individueel niveau. Een depressieve werknemer ziet zijn belastbare inkomsten afnemen. Kosten om dat te voorkomen zijn dus kosten om inkomsten te behouden.
Het laat zich aanzien dat de fiscus het niet eens is met die visie. Maar niet alleen geeft de wetgever zelf aan dat die kosten noodzakelijk of minstens nuttig zijn, ook budgettair is het standpunt van de fiscus niet verantwoord. Een hogere kostenaftrek leidt ertoe dat er minder belastingen binnenkomen. Maar dat is maar een deel van de realiteit. Er is ook nog de sociale zekerheid: mensen die aan een depressie lijden, kosten handenvol geld aan de gemeenschap. Het terugverdieneffect moet je daar vinden.
Per slot van rekening heeft de fiscaliteit niet alleen tot doel de staatskas te vullen, ze is ook een middel om gedrag te sturen. Zo dwingt ze ons ertoe onze ecologische voetafdruk te verkleinen. Waarom kun je de fiscaliteit dan niet gebruiken om mensen aan te moedigen zich een gezonde levensstijl aan te meten, in tijden waarin veel mensen op zoek zijn naar een nieuw evenwicht?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier