Woonleningen met een looptijd van 20 jaar of langer zijn niet langer aan de Belg besteed. Dat leert een onderzoek van de Confederatie van Immoberoepen (CIB Vlaanderen). “Daar zijn verschillende verklaringen voor”, klinkt het.
Wanneer de Belg naar de bank trekt voor een woonlening wil die de lening op zo’n kort mogelijke tijd aflossen. Uit cijfers van CIB Vlaanderen blijkt dat de helft (44%) van de kopers in 2015 koos voor een woonlening met een looptijd van 15 jaar of minder. 27,59 procent van de Belgen koos voor een lening tussen 10 en 15 jaar en 18,59 procent koos voor een looptijd van minder dan 10 jaar.
Drie verklaringen
Volgens CIB Vlaanderen zijn er drie verklaringen voor die trend. Eerst en vooral was 2015 het jaar van de herfinancieringen. De cijfers leren dat er vorig jaar meer dan 82.000 externe herfinancieringen hebben plaatsgevonden, waarmee deze stijgende trend een absoluut hoogtepunt bereikte.
Voorts staan de banken niet langer te springen om hun klanten lange looptijden toe te kennen. In 2015 had nog slechts 5 procent van de leningen een looptijd van meer dan 25 jaar. Leningen boven de dertig jaar werden zelfs niet meer toegekend (0,37%). Ter vergelijking: voor de crisis, in 2008, sloot nog 17,81 procent een lening tussen 25 en 30 jaar af. 6 procent van de kredietnemers opteerde toen nog voor een lening van 30 jaar of meer.
Een laatste verklaring voor de toenemende populariteit van leningen met een korte looptijd is dat starters almaar vaker voor een bescheiden, te renoveren woning kiezen. “Die kunnen ze dan in een latere fase – wanneer ze genoeg bijeengespaard hebben – inruilen voor hun droomhuis”, verduidelijkt CIB Vlaanderen.
Belgen lenen op latere leeftijd
Doordat steeds meer eigen inbreng vereist is, blijven meer en meer jongeren langer thuis wonen of zijn ze aangewezen op de private huurmarkt”
Het onderzoek van de confederatie leert ook dat de Belgen steeds langer wachten om een lening af te sluiten. In 2015 daalde het aandeel lenende 18- tot 24-jarigen tot 2,64 procent, terwijl het aandeel 25-34 jarigen (32,81%) en 35-44-jarigen (34,28%) het voorbije jaar hoge pieken bereikte.
De veroudering toont volgens CIB Vlaanderen aan hoe lastig het voor jonge gezinnen en starters geworden is om een eigen woning aan te kopen als gevolg van de strengere kredietverstrekking. “Doordat steeds meer eigen inbreng vereist is, blijven meer en meer jongeren langer thuis wonen of zijn ze aangewezen op de private huurmarkt. Nochtans zijn er op dit moment veel te weinig woningen op die huurmarkt”, verduidelijkt de confederatie.
CIB Vlaanderen vraagt de banken opnieuw langere looptijden te overwegen. “Zeker voor jonge mensen en met het oog op langere loopbanen zou deze piste opnieuw bespreekbaar moeten zijn”, luidt het besluit.
Uit kwartaalcijfers van de Beroepsvereniging van het Krediet (BVK) blijkt ook dat de lage rente de Belgen niet aanzet om hogere bedragen te lenen. Het gemiddeld bedrag van een krediet voor de aankoop van een woning daalde in het eerste trimester licht tot 143.000 euro. (NS)
