Econoom Ivan Van de Cloot over de verkiezingsuitslag: ‘Er ontbreekt echt leiderschap’

De Vlaamse partijvoorzitters op 2 oktober 2018 aan de Universteit Gent.
Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

De pensioenleeftijd was in de laatste rechte lijn naar de verkiezingen een van de overheersende thema’s. “In een democratie wordt meer dan eens over de verkeerde dingen gediscussieerd”, reageert de Itinera-econoom Ivan Van de Cloot. “Na meer dan tien jaar discussiëren over de pensioenen is het nog niet doorgedrongen waarover het zou moeten gaan.”

De sp.a beloofde in de aanloop naar de verkiezingen dat de geplande verhoging van de pensioenleeftijd teruggedraaid zou worden. De N-VA schreef in haar verkiezingsprogramma dat een verdere verhoging van de pensioenleeftijd nodig zou zijn als de levensverwachting nog stijgt. Die partijen stonden aan beide uiteinden van het spectrum, wat betreft de pensioenleeftijd. We vroegen aan econoom Ivan Van de Cloot van de denktank Itinera of het debat over de pensioenleeftijd ertoe doet.

Hoe kijkt u naar de verkiezingsuitslag?

IVAN VAN DE CLOOT: “Het zal moeilijk worden een federale regering te vormen. Het zal niet snel gebeuren. Het kan misschien wel weer tot Nieuwjaar duren. We zitten nu in die bubbel van de verkiezingen. In januari kijken we daar misschien weer helemaal anders naar. Eén ding is zeker. Ons pensioensysteem is een tanker die gekeerd moet worden. Dat kan niet zomaar op één, twee, drie.”

Het was niet het dominante thema in deze campagne, maar de laatste weken ging het plots over de pensioenleeftijd. Doet het er eigenlijk toe of die nu omhoog of omlaag gaat of gelijk blijft?

VAN DE CLOOT: “De pensioenleeftijd is eventjes op de radar verschenen. Na tien jaar en meer discussiëren over de pensioenen is het dus nog niet voldoende doorgedrongen. Maar een fractie van de bevolking werkt vandaag tot 65 jaar. Over tien jaar zal nog altijd maar een fractie tot 67 jaar werken. We werken gemiddeld 33 jaar. Die loopbaanduur moet omhoog. Het is spijtig dat een partijvoorzitter van het formaat van Bart De Wever erin slaagt te discussiëren over een symbool of een fetisj als de wettelijke pensioenleeftijd. Het debat zou moeten gaan over de kilometerteller – die het aantal gewerkte jaren telt – en over de voorwaarden die het mogelijk maken dat werkende mensen meer jaren op de teller krijgen.”

“Het is teleurstellend dat het thema nog niet rijp is, dat de politici nog niet voldoende doordrongen zijn van de noodzaak die pensioenproblematiek aan te pakken. De politici zien de details en de essentie nog niet. En zo zie je hoe in een democratie gemakkelijk over de verkeerde dingen wordt gediscussieerd.”

Heeft de bevolking die verhoging van de pensioenleeftijd niet goed verteerd?

VAN DE CLOOT: “Er is de voorbije legislatuur veel te weinig gebeurd. We zouden meer naar een verzekeringssysteem moeten gaan. Dat betekent een systeem met een bonus die mensen financieel beloond als ze langer dan de pensioenleeftijd willen werken, én een malus die korter werken bestraft. De band tussen het aantal gewerkte jaren en de hoogte van het pensioen moet aangehaald worden. De bonus is geschrapt, omdat CD&V en de andere regeringspartijen de malus niet durfden in te voeren. De kiezer is teleurgesteld. We hadden nu een andere coalitie, die een breuk met het verleden betekende. En nog altijd is er nauwelijks iets gebeurd. De regering-Michel is veeleer in de komma’s blijven hangen, dan dat ze grote verwezenlijkingen kan voorleggen.”

“De kiezer zou meer hervormingen verdragen en verlangt die ook. Dé kiezer bestaat natuurlijk niet, het is een amalgaam. Er zullen altijd mensen protesteren tegen hervormingen. Een groot deel van de bevolking is teleurgesteld omdat politici geen moed opbrengen. Er zal tandengeknars zijn, maar we moeten stoppen met de struisvogelpolitiek, met onze kop in het zand te steken. Er zijn kiezers die achter de wortel van paar euro’s pensioen meer zullen gaan, maar de kiezer wordt onderschat. De kiezer heeft wel door dat het gebakken lucht is. Er zijn evenveel mensen die nog 20 jaar moeten werken en die vrezen dat het pensioen een lege doos is.”

In Vlaanderen is het Vlaams Belang een grote winnaar. De partij kwam uit de doorrekening van het Planbureau niet als de partij die realisme aan de dag legt, of als een partij die de uitgaven en de inkomsten probeert te matchen.

VAN DE CLOOT: “Bij gebrek aan beter kiest de kiezer voor de partij die rijstpap met gouden lepeltjes belooft. In het menu ontbreekt een belangrijke keuze. De N-VA zegt vaak dat zij een aanbodpartij is, maar eigenlijk hebben we alleen maar vraagpartijen, die de kiezer achternahollen. Er is een gat in de markt voor een aanbodpartij. De kiezer moet zien dat er een echt alternatief is. Een partij die inspanningen vraagt, maar ook een perspectief biedt. Het gaat toch om vertrouwen? Er is enkel incrementeel leiderschap, de conciërge die de boel op orde houdt. Echt leiderschap ontbreekt. In alle verkiezingsdebatten bleek weer hoe schraal het verhaal van die partijen is. Ze tonen een boekhoudersmentaliteit. We hebben geen behoefte aan politici die enkel op de winkel passen, terwijl het huis in brand staat.”

Partner Content