‘Gedupeerde Fortis-beleggers hebben extra munitie’

© belga
Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

De gedupeerde Fortis-beleggers fronsten de wenkbrauwen toen een rechter besliste dat Ageas en drie ex-toplui van Fortis minder boete moeten betalen. Maar die beslissing heeft geen gevolgen voor de schadeclaims van die beleggers.

Twee weken geleden viel een beslissing die tot verwarring leidde bij gedupeerde Fortis-beleggers. Het Brusselse hof van beroep halveerde de administratieve boetes die de Belgische toezichthouder FSMA had opgelegd aan de rechtsopvolger van Fortis, de verzekeringsholding Ageas, en aan de ex-Fortis-toplui Jean-Paul Votron en Gilbert Mittler. Voor Herman Verwilst oordeelde de rechter dat de veroordeling volstaat en dat er geen geldboete nodig is. Wil dat zeggen dat de beleggers minder sterk staan om hun schade te verhalen op Ageas en de voormalige toplui? Of betekent het alleen dat er minder geld naar de schatkist vloeit en er dus meer overblijft om de beleggers te vergoeden?

“Sommige media hebben de conclusie getrokken dat het hof de eerdere veroordeling van Ageas had afgezwakt”, reageert advocaat Laurent Arnauts, die de belangen van 1300 Fortis-beleggers verdedigt. “Niets is minder waar. Het hof heeft zich in strenge bewoordingen aangesloten bij die eerdere veroordeling.”

Twee keer gestraft

“De halvering van de boete voor Ageas is een juridisch-technische kwestie”, zegt Charles Demoulin, partner bij de belangenorganisatie Deminor. “Volgens de rechtsregels kun je geen twee keer voor dezelfde feiten worden gestraft. De FSMA had een administratieve boete opgelegd voor een aantal feiten waarvoor de Nederlandse toezichthouder AFM Ageas ook al had beboet. De Belgische rechter heeft de bestraffing geschrapt voor de feiten die in Nederland waren bestraft. Daarnaast zag de Belgische rechter communicatiefouten die nog niet bestraft waren en waarvoor een boete nog altijd op zijn plaats is.”

“De rechter in beroep vindt, net zoals de FSMA, dat met de beleggers verkeerd of te laat werd gecommuniceerd in mei en juni 2008.” In die periode werd de kapitaalverhoging van juni 2008 voorbereid. Die kapitaalverhoging en andere maatregelen, zoals de schrapping van het interim-dividend, kwamen als een volledige verrassing.

Definitief schuldig

“De Nederlandse boetes zijn in Nederland definitief in beroep bevestigd, voordat het hof in België zich uitsprak”, zegt Arnauts. “Ageas is dus in België of in Nederland definitief schuldig bevonden aan alle communicatiefouten in die zaak. Die definitieve vaststelling van fouten is van kapitaal belang voor de gedupeerde aandeelhouders. Daarnaast is het belangrijk dat het hof van beroep zowel Ageas als de vroegere bestuurders schuldig heeft bevonden.”

Ook volgens Deminor geeft het arrest de gedupeerde Fortis-beleggers extra munitie. Maar Deminor hecht meer belang aan het onderzoeksverslag van 600 pagina’s dat de Ondernemingskamer van de rechtbank van Amsterdam opstelde op basis van vertrouwelijke informatie, zoals de notulen van de bestuursvergaderingen. Dat onderzoek werd gevoerd op verzoek van de Nederlandse Vereniging van Effectenbezitters (VEB).

“De Nederlandse Ondernemingskamer heeft op basis daarvan geoordeeld dat het communicatiebeleid van Fortis in de onderzochte periode ‘wanbeleid’ was. Dat werd nadien bevestigd door de Hoge Raad”, legt Demoulin uit. De VEB heeft acht voormalige Fortis-bestuurders, banken en Ageas voor de rechter gedaagd. Ze mag het onderzoeksverslag gebruiken om een zogenoemde verklaring voor recht te krijgen dat er een onrechtmatige daad heeft plaatsgevonden en de verantwoordelijke partijen aan te duiden. Ageas verwacht de pleidooien in de eerste helft van volgend jaar. Het eindoordeel van de rechter volgt in de tweede helft van 2016.

Schuld en schade

Zodra de schuld in Nederland vaststaat, moet de causaliteit tussen de fout en de schade worden vastgesteld. Op die schade moet een bedrag worden gekleefd. Dat neemt tijd in beslag, maar het voordeel van de procedure van de VEB is dat ze “stuitend” werkt voor de verjaring. De feiten verjaren dus niet en daar kunnen alle benadeelde beleggers van meeprofiteren, niet alleen de leden van de VEB.

In naam van duizenden kleine beleggers en honderden grote beleggers startte Deminor in 2010 een procedure bij de rechtbank van koophandel tegen Ageas, Merrill Lynch en BNP Paribas Fortis. “In onze ogen is de misleiding begonnen in mei 2007, bij het overnamebod van Fortis op ABN AMRO”, legt Demoulin uit. “Het stopt pas op 3 oktober 2008, de laatste beursdag van Fortis voor de ontmanteling van de groep. Het is nu uitkijken naar de uitspraken van de burgerlijke rechtbank. Wij hebben gekozen voor een burgerlijke rechtszaak, omdat we voldoende argumenten hadden om de misleiding te bewijzen. Voor ons was de compensatie voor beleggers de prioriteit. Dat is de kern van een burgerlijke procedure.”

De belangenorganisatie viseert enkel vennootschappen, omdat zij de diepste zakken hebben. “Bovendien hebben vennootschappen de plicht de beleggers en het publiek te informeren”, zegt Demoulin. In het prospectus voor de aandelenemissie van 2007 heeft Fortis volgens hem niet voldoende informatie gegeven.

Demoulin verwacht dat alle partijen in september of oktober 2016 hun zaak kunnen bepleiten. “Na de pleidooien neemt de rechter de zaak in beraad. Ik kan moeilijk voorspellen hoe snel hij een beslissing zal nemen, maar dat kan al snel enkele maanden duren. We mikken op één allesomvattende uitspraak, waarin de rechter zowel oordeelt over de aansprakelijkheid, de causaliteit als het bedrag van de schadevergoeding.” Dat is een verschil met de procedure van de VEB, waarbij voor de causaliteit en de schade een aparte procedure aanhangig moet worden gemaakt.

Verontrustende berichten

Behalve Deminor hebben ook de advocaten Laurent Arnauts, Mischaël Modrikamen en Geert Lenssens burgerlijke procedures lopen. Deminor vertegenwoordigt wellicht de grootste groep. Het is te laat om zich nog aan te sluiten bij burgerlijke procedures in België. De gedupeerde beleggers die zich tot nu toe nergens bij hadden aangesloten, kunnen zich nog burgerlijke partij stellen in de strafzaak tegen de zeven ex-toplui van Fortis. Arnauts hoopt dat de zaak nog voor einde dit jaar voor de raadkamer komt. Die moet zich dan uitspreken over de doorverwijzing naar de correctionele rechtbank. “We zullen gedupeerde Fortis-beleggers die zich nog aanmelden wel helpen”, verduidelijkt Demoulin. “We kunnen kijken wat de mogelijkheden zijn in Nederland, zodra een onrechtmatige daad wordt vastgesteld in de procedure van de VEB.”

Begin dit jaar verschenen verontrustende berichten in de pers over die strafzaak. Onderzoeksrechter Jeroen Burm, die vier jaar het onderzoek leidde, ging in februari op pensioen. Bijna gelijktijdig nam Olivier Coene, de parketmagistraat die verantwoordelijk was voor het Fortis-dossier, een andere functie op. Hun vervangers moesten zich snel inwerken in het 15.000 pagina’s tellende dossier, want vanaf 2018 dreigt verjaring voor de strafbare feiten uit 2007 en 2008.

“Toch heeft de strafzaak door die wissels geen noemenswaardige vertraging opgelopen”, verzekert Arnauts. “De vervangers hebben zich ingewerkt tijdens de bijkomende onderzoeksdaden. Voor zover ik weet, zijn die onderzoeken nagenoeg klaar. Ze wachten blijkbaar nog op het resultaat van buitenlandse onderzoeken.”

Goede huisvader-belegger

De val van Fortis is samen met de fraude bij Lernout & Hauspie wellicht het grootste beleggerstrauma in ons land. Bij Lernout & Hauspie is er vijftien jaar na het faillissement nog altijd geen schadevergoeding betaald. Gedupeerde Fortis-beleggers mogen van geluk spreken als ze de komende jaren uitzicht krijgen op een vergoeding.

Vorig jaar was er heel wat te doen toen Ageas werd veroordeeld tot de betaling van een schadevergoeding voor de misleiding van beleggers in Nederland. Die misleiding vond volgens de rechtbank plaats tussen 28 september en 3 oktober, de week tussen de twee ‘reddingen’ van Fortis. Het gaat om een korte periode, maar het was wel de eerste keer dat de Fortis-erfgenaam in beroep werd veroordeeld tot de betaling van een schadevergoeding.

De verzekeringsholding tekende meteen cassatieberoep aan tegen die beslissing en nam veiligheidshalve een provisie van 130 miljoen euro. Dat is het enige potje dat Ageas tot nu toe heeft opzijgezet voor de schadeloosstelling van misleide aandeelhouders. Volgens Ageas hebben enkel beleggers die in die bewuste week aandelen kochten en bijhielden op basis van die uitspraak recht op een schadevergoeding.

Volgens Arnauts is die stelling van Ageas “juridische fictie”. Arnauts: “Het gaat tegen alle rechtspraak in en dient om te verantwoorden dat slechts een zeer klein bedrag werd geprovisioneerd voor gerechtelijke risico’s. Ook de echte “houders” van Fortis-aandelen werden misleid en hebben recht op schadevergoeding.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content