Geen recht meer op auteursrechten? Wat nu?
Het ziet er steeds meer naar uit dat de IT-sector straks geen gebruik meer kan maken van het fiscale gunstregime van de auteursrechten.
Er zijn nog verschillende mogelijkheden om de wet nog aan te vechten, waardoor de IT-sector straks geen gebruik meer kan maken van het fiscale gunstregime van de auteursrechten, zegt Ken Lioen, fiscaal advocaat van NautaDutilh. “Daaronder is een verzoek tot vernietiging bij het Grondwettelijk Hof”, stelt hij. “Hiervoor zou al een initiatief zijn genomen. Er kan ook steeds een prejudiciële vraag worden voorgelegd aan het hof. Hoewel een letterlijke lezing van de wet nog altijd toelaat om te zeggen dat software onder het toepassingsgebied valt, werd een onduidelijkheid gelaten in de interpretatie. Het valt af te wachten hoe de rulingcommissie, een politiek samengesteld orgaan dat werd opgericht om rechtszekerheid te bieden aan een belastingplichtige, zich zal positioneren. Bij geschillen zal finaal de rechtbank beslissen over de correcte interpretatie. De toekomst van het regime is onzeker. Diegenen die erin slagen een ruime interpretatie af te dwingen voor de rulingcommissie en/of de rechtbanken zullen een competitief voordeel hebben in de war for talent.”
Kunt u een concreet voorbeeld geven van de financiële impact op de werknemer?
LIOEN. “Voor personen die vanaf het inkomstenjaar 2024 geen aanspraak op auteursrechten meer kunnen maken, halveren in het overgangsjaar 2023 zowel het maximum waarop het gunsttarief van 15 procent belasting kan worden toegepast (35.110 in plaats van 70.220 euro) als de plafonds waarop de kostenforfaits mogen worden berekend. Die forfaits drukken het belastingtarief nog verder omlaag. Daardoor bedroeg het tarief op een maximum van 34.170 euro auteursrechten in 2022 nog slechts 9 procent. In 2023 geldt dat tarief van 9 procent voor een eerste schijf van maximaal 18.720 euro (in plaats van 37.450 euro) en in 2024 voor 0 euro auteursrechten. Vanaf 2024 is hetzelfde progressieve tarief van toepassing als op een normaal loon, maximaal 50 procent.”
Zijn er alternatieven?
LIOEN. “Het gunstige regime van de vergoeding voor auteursrechten is vrij uniek. Er bestaan geen maatregelen die in dezelfde mate een bruto- naar netto-impact hebben. Zaken zoals een onkostenvergoeding voor kosten eigen aan de werkgever of aandelenoptieplannen worden vaak al toegepast. Het is ook onduidelijk of die regimes ongeschonden uit de aangekondigde fiscale hervorming zullen komen.”
Zijn er voor de werkgever veel gevolgen?
LIOEN. “De praktische gevolgen kunnen niet worden onderschat. De vergoeding voor auteursrechten was onderworpen aan een roerende voorheffing van 15 procent. Hoewel de vergoeding juridisch nog altijd wordt beschouwd wordt als een vergoeding voor auteursrechten, zoals meestal vastgelegd in een afzonderlijk addendum tussen werkgever en werknemer, wordt dat fiscaal niet meer beschouwd als een roerend inkomen, maar als een beroepsinkomen onderworpen aan bedrijfsvoorheffing. Er moet dus geval per geval worden herbekeken welke bedragen de werkgever moet inhouden, aan welke instantie hij die moet doorstorten, welke fiches moeten worden ingediend en wanneer, enzovoort. Als de werkgever daar een fout maakt, riskeert hij een boete of zelfs de niet-aftrekbaarheid van de betaling. Voor een werkgever vergt dat dus een grondige aanpassing van het payrollsysteem in een heel korte tijdspanne.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier