Wilfried Martens verkleint de afvalberg

Eric Pompen Eric Pompen is redacteur van Moneytalk

Binnenkort moeten ondernemingen het afval van hun afgedankte producten zelf zien te verzamelen en recycleren. In de nieuwe studiegroep End-of-life-values Foundation International (EFI) brainstormen bedrijfsleven en overheid over economische en ecologische manieren om materialen weer in het productieproces op te nemen.

Op initiatief van het Ieperse Salyp ELV Center (zie Trends, 18 januari 2001) slaan ondernemingen en overheid de handen in elkaar in de End-of-life-values Foundation International (EFI). Vandaag, 29 maart, houdt die multidisciplinaire club haar eerste algemene vergadering, en dat onder leiding van ex-premier Wilfried Martens (CVP). Siemens, US Department of Energy, Honda en ADS Insight treden dan officieel tot de EFI toe om het hergebruik van grondstoffen te promoten. Internationale groepen zoals Toyota, PSA, Ford, Dow en 3M tonen belangstelling. Niet toevallig gaat het vooral om ondernemingen uit de automobielsector en producenten van elektrische huishoudtoestellen. De terugnameplicht die de overheid lanceert, heeft op die sectoren immers de grootste impact.

Open discussieplatform

“Tot nu toe is er te weinig overleg tussen de productiebedrijven, de leveranciers, de recuperatiesector en de wetgevende macht om recyclage van post-consumerreststoffen doeltreffend te organiseren,” zegt Ivan Vanherpe, gedelegeerd bestuurder van Salyp ELV Center. “Ondanks alle initiatieven blijft het stukje van de afvalberg dat effectief wordt hergebruikt marginaal. Zo wordt jaarlijks slechts 4 van de 100 miljoen ton wereldwijd geproduceerde kunststoffen gerecycleerd. De recuperatiesector is dan ook vaak niet rendabel.”

De EFI moet een open discussieplatform worden om alle betrokken partijen, inclusief de overheid, met elkaar te verenigen. Vanherpe: “De kennis en technologie moeten dringend tussen de sectoren worden uitgewisseld. EFI zal die missing link opvullen.”

Zelf tracht Salyp ELV Center het goede voorbeeld te geven. In mei opent deze dochter van de Salyp Holding (85%) en Dexia Ventures (15%) een proefinstallatie voor de recuperatie van kunststof. Het Ieperse project krijgt de merknaam Pauw. Er is een investering van 300 miljoen frank mee gemoeid. Strategische partners zijn het Amerikaanse Jacobs Engineering, het Duitse Siemens en de Vlaamse machinebouwer Soenen. Het wordt een demonstratieproject op industriële schaal. Via de website www.pauwnet.com wordt de verkoop van de secundaire grondstoffen op de markt gecoördineerd.

In een eerste fase pakt Salyp het restafval van autowrakken aan. Na scanning op zware metalen en giftige PCB’s scheiden de machines het afval in plastics en polyurethaanschuim – mousse in mensentaal. Daarna worden de verschillende fracties gewassen en tot secundaire grondstoffen verwerkt. Vanherpe: “Met deze technologie kost gerecycleerde kunststof maximaal 30 frank per kilo, wat nog altijd 10 frank onder de normale prijs voor het ‘maagdelijke’ materiaal ligt. Bij de huidige methode – het manueel ontmantelen van autowrakken in sloopstraten – betaalt men ongeveer 50 frank per kilogram.”

Gigantische markt

De potentiële markt is gigantisch: wereldwijd zijn er 40 miljoen autowrakken van gemiddeld 1000 kilogram op jaarbasis. Voorlopig verdwijnen afgedankte wagens op het stort of in een vermalingsmolen. Amper 30 miljoen ton ijzer en non-ferrometalen (met een gemiddelde waarde van 2500 frank per ton) wordt gerecupereerd. Het restafval – goed voor zo’n 25% van het totale volume of 10 miljoen ton – wordt op zijn beurt gedumpt of verbrand (tegen een gemiddelde kostprijs van 2500 frank per ton). Dankzij de nieuwe techniek zouden alle wrakken nagenoeg volledig op een rendabele wijze kunnen worden gerecycleerd.

In een tweede fase stort Salyp ELV Center zich op andere afvalstromen, zoals matrassen, wit- en bruingoed.

Eric Pompen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content