‘Wij zijn muzikanten, geen commerçanten’

Meer dan veertig cd’s heeft het polyfoniegezelschap Currende van Erik Van Nevel al op zijn actief. De nieuweling Ave Virgo Sanctissima brengt muziek van de flandrien Gery de Ghersem. Het kost nochtans bloed, zweet en vooral centen om zo’n opname te maken. En brengt het allemaal wat op? ‘Wij zijn muzikanten, geen commerçanten.’

We mogen als Vlaming trots zijn op onze traditie in de vocale muziek uit de renaissance. De polyfonie is een product van de flandriens uit de vijftiende en zestiende eeuw, met kleppers als Josquin des Prez en Orlandus Lassus. Aan het Madrileense hof van Filips II – Vlaanderen zond zijn politieke én zijn culturele zonen uit – werkte ook ene Gery de Ghersem (1573-1630). Hij componeerde meer dan 300 werken, maar de meerderheid ervan ging verloren. Wat overbleef is de Missa Ave Virgo Sanctissima, gebaseerd op werk van zijn leermeerster Philippe Rogier. Een bijna vergeten juweeltje uit de schatkamer van de Vlaamse polyfonie.

Erik Van Nevel, een hedendaagse topper als het op polyfone muziek aankomt, dook een Mechelse kerk in met zijn ensemble Currende, en zette die unieke mis op plaat. Op de cd, uitgebracht bij het label Accent, staan ook werken van componisten uit de Ghersems entourage. De opname ligt sinds enkele weken in de rekken. De eerste luisteraars zijn in de wolken met een bijzonder homogene koorklank, een uitgepuurde interpretatie en veel tekstexpressie. En Van Nevel zelf? Hij twijfelt. “Hmmm, kun je als integer musicus überhaupt tevreden zijn met je werk? Het stemt me alvast blij dat de reserves die ik over enkele elementen heb, niet worden gedeeld door de luisteraars.”

Begroting

Maar koken kost geld. Ook een professioneel ensemble dat een cd wil uitbrengen, moet daarvoor aanvankelijk betalen. Royalty’s – als die er al zijn – komen pas veel later. Erik Van Nevel wil in zijn begroting laten kijken voor de Ghersem-opname: “We hadden veertien zangers, één organist, mezelf als dirigent, een opnameploeg, betaalden voor de huur van de kerk en het positief orgel, en moesten voor hotelovernachtingen en vervoer zorgen. Dat bracht het totale budget voor deze opname op 15.800 euro.”

Het is steeds zeldzamer dat platenfirma’s die kostprijs – of zelfs maar een deel ervan – op zich nemen. Absolute sterren als contratenor Andreas Scholl krijgen van hun label (bij Scholl is dat Decca) de volledige repetitie- en productiekosten vooraf betaald. Maar de risico’s voor de labels blijven in dat geval beperkt, want enorme promotiecampagnes maken dat die cd’s als zoete broodjes over de toonbank gaan. Terugverdieneffecten gegarandeerd.

De meeste andere musici moeten het met veel minder doen. Van Nevel: “Accent heeft toch 5000 euro op tafel gelegd voor de Ghersem-productie. En de rest kwam uit ons eigen Currende-spaarpotje. Ik ben heel voorzichtig: de productie van de cd moet volledig betaald zijn voor we eraan beginnen. Stel dat we enkel van royalty’s op de verkoop van cd’s zouden moeten leven, dan moeten mijn zangers heel lang wachten voor ze geld kunnen krijgen. Mijn enige bezorgdheid is uit de kosten te geraken. Wat er nadien met de cd gebeurt, dat kan me uiteindelijk niet zo heel veel schelen. Al heb ik natuurlijk wel graag dat hij gekocht en beluisterd wordt.”

Koppig

Want Van Nevel is realistisch: “Wie zit er nu te wachten op een cd met muziek van een onbekende polyfonist? Maar weet je, wij zijn muzikanten en geen commerçanten. We maken cd’s en blijven koppig aan onze muzikale missie gehecht: we willen ons Vlaamse polyfone erfgoed bekendmaken. De Ghersem heeft schitterende, steengoede, subtiel gestileerde muziek gecomponeerd. Het is onze taak om die muziek bekend te maken. Ook al zijn er misschien niet veel mensen die zulke cd’s willen kopen, wij blijven hier koppig volharden. En ten tweede is het natuurlijk een goede manier om ons ensemble in beeld te brengen. Als je al meer dan veertig cd’s hebt gemaakt, dan geeft dat je wel een zekere bekendheid.”

Ze doen het dus niet voor het geld, maar voor de muziek. Dat kan allemaal mooi, ja zelfs edel klinken. Maar is het ook niet een beetje naïef? Waarom gaat een ensemble als Currende niet aankloppen bij de overheid om subsidies te krijgen? Zouden die de werking van zulke ensembles niet juist vergemakkelijken? We raken een gevoelige snaar bij de dirigent. Van Nevel: “We hadden vroeger een zakelijk leider, maar hadden er pech mee. Nu hebben we er geen. Ik ben een tegenstander van structurele subsidies in onze sector. We ontsnappen zo aan de druk van de Vlaamse subsidiecommissie, die allerlei eisen stelt. Nu hoeven we niet meer per se vijftien producties per jaar te organiseren om onze subsidies niet te verliezen. En het grootste deel van die centen zou sowieso opgaan aan structurele kosten en omkadering en niet voor onze muziek gebruikt worden.”

“Ik word boos als ik zie hoe grote, gevestigde ensembles enorme hoeveelheden subsidiegeld krijgen en daarna concerten tegen dumpingprijzen kunnen verkopen. Ik vind dat je reinste concurrentievervalsing. Dit soort van subsidi-eringen is in se onrechtvaardig en maakt de markt kapot. Sommige ensembles weten aan het einde van het jaar niet wat ze met hun geld moeten aanvangen.” En Van Nevel lanceert meteen een voorstel om die overheidsfinanciering te veranderen: “Geef alleen subsidies op basis van reëel bewijsbare, gemaakte structurele kosten. Ze moeten helpen om administratie en werking te betalen. Niet om concerten onder de prijs te kunnen verkopen.”

Sponsoren

Dan zijn er natuurlijk nog mogelijke privépartners. Banken scheppen graag op met hun liefde voor klassieke muziek. Er zijn voldoende bedrijven die bereid zijn om cd-opnames te helpen financieren, zelfs al gaat het om nicheproducten. Van Nevel weet dat, en is er helemaal niet vies van: “Het is schitterend om te weten dat bedrijven mee in de boot willen stappen. Maar eerlijk is eerlijk: wij kunnen niet zelf aan sponsorwerving doen. We hebben daar talent noch tijd voor. Ik wil mijn tijd stoppen in waar ik goed in ben: muziek vinden en uitvoeren. Mogelijke sponsors wil ik met veel passie en gloed gaan vertellen over wat wij doen en hoe we dat doen. Alleen wil ik ze niet zelf zoeken.”

Voor de fotoshoot lopen we de kerk van zijn woonplaats Overmere binnen. Starend en peinzend in het koor van de kerk mijmert Van Nevel al over het volgende cd-project. Al vijftien jaar lang brengt Currende een fel gesmaakte uitvoering van de Mariavespers van Claudio Monteverdi in de Pieterskerk van Leiden. “We willen die Vespers deze zomer opnemen. In Leiden. Ik heb de rekening gemaakt: we hebben 28.500 euro nodig. We hopen op wat steun van het platenlabel. Maar zonder steun van een een commerciële partner komen we er niet. De werkelijkheid is wat ze is: we hebben privé-investeerders nodig om deze exclusieve cd-opname te kunnen realiseren.”

AART DE ZITTER, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content