‘WIJ ZIJN DE WEG NAAR KAPITAAL’

LODE UYTTERSCHAUT EN KATRIEN DEWIJNGAERT "Start-ups zijn per definitie geen lokaal gegeven. Ze denken allemaal internationaal." © FRANKY VERDICKT

Op 20 november viert de incubator Start it @kbc zijn derde verjaardag. Medeoprichters Katrien Dewijngaert en Lode Uytterschaut blikken terug op de eerste drie jaar van hun broedplaats voor start-ups.

Katrien Dewijngaert en Lode Uytterschaut wachten me op in koffiebar Maurice op de gelijkvloerse verdieping van de Antwerpse KBC-toren. De twee medeoprichters van Start it @kbc – allebei architect van opleiding – bouwden vanuit de bekende Boerentoren Start it uit tot de grootste incubator en start-upgemeenschap van het land. De twee intrapreneurs werkten hun idee uit als ware het zelf een startend en snelgroeiend bedrijf. Het doel is ondernemers bij te staan om hun innovatieve zakenidee om te zetten in een levensvatbaar bedrijf.

Drie keer per jaar komen tientallen ondernemers hun idee voorstellen aan een jury. Wie de selectieprocedure overleeft, krijgt een jaar gratis kantoorruimte. Bovendien kunnen de gelukkigen een beroep doen op ervaren mentoren, opleidingen volgen en terugvallen op de expertise van de andere partners die samen met de bank-verzekeraar Start it ondersteunen. De negen strategische partners zijn, naast KBC, de mobiele operator Mobile Vikings, de adviseur Accenture, het IT-bedrijf Cronos Groep, het innovatieagentschap Flanders DC, het onderzoekscentrum imec, de digitale klantenkaart joyn, Telenet Kickstart, het start-upprogramma van het telecombedrijf Telenet, en een academische partner die verschilt per stad.

De afgelopen drie jaar opende Start it de ene na de andere locatie. Behalve in Antwerpen biedt de incubator nu gratis kantoorruimte en bijbehorende diensten aan in Brussel, Gent, Hasselt, Kortrijk en Leuven. Bovendien heeft Start it een pied-à-terre in de Verenigde Staten, dankzij de samenwerking met de Belgisch-Amerikaanse Kamer van Koophandel Belcham en het exportagentschap FIT. Start it werkt ook samen met de grote Amerikaanse broer Techstars. Zo kan het Belgische ICT-ondernemers die de plas oversteken, een duwtje in de rug geven.

“Inmiddels zijn er 75 start-ups afgestudeerd, waarvan er 55 centen hebben opgehaald, aan het investeren zijn of mensen aanwerven – kortom een duurzaam bedrijf zijn”, zegt Katrien Dewijngaert. “Zo’n 70 procent overleeft na twee jaar.” Rond zijn start-ups bouwde Start it een gemeenschap waar meer dan 1400 ondernemers toe behoren.”

Achteraf gezien kwam Start it net op het goede moment, want er bleek een grote behoefte te zijn aan uw aanbod.

LODE UYTTERSCHAUT. “Dat is de vraag van de kip of het ei, natuurlijk. (lacht)

Wat denkt u?

UYTTERSCHAUT. “Ik denk niet dat we een steen verlegd hebben in de rivier, maar dat we van een beekje een stroom hebben gemaakt. Vooral omdat we geprobeerd hebben niet te veel dingen te claimen, maar een bindmiddel te zijn tussen bestaande initiatieven. Connecting the dots. Er zit bij ons geen verdienmodel achter. De start-ups betalen niets. Daardoor creëer je veel goodwill. De start-ups, de mentoren en de partners in onze community willen iets terugdoen voor elkaar. Mochten wij geld vragen, dan zou die bereidwilligheid er veel minder zijn. Wij trainen ook onze mentoren. We koppelen start-ups aan mensen met onvoorstelbaar veel ondernemerservaring uit andere industrieën, die niet vaak gevraagd worden als mentor van start-up. Het gaat bijvoorbeeld om mensen van grote kmo’s en familiebedrijven.”

Start it bestaat drie jaar. Hoeveel ondernemers hebben het programma gevolgd?

KATRIEN DEWIJNGAERT. “439 start-ups hebben hun idee bij ons gepitcht. De gemiddelde leeftijd ligt tussen 25 en 35 jaar. We zien een grote instroom van ideeën. We hebben geen quota. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit. De laatste keer hebben 160 à 170 mensen ingetekend. 107 van hen kwamen pitchen, van wie we er 75 hebben aanvaard.”

UYTTERSCHAUT. “Pas na een jaar of vijf zullen we echt kunnen zien welke bedrijven duurzaam zijn geworden.”

Hoeveel banen hebben de ondernemers van Start it gecreëerd?

UYTTERSCHAUT. “Dat is echt moeilijk te zeggen. Er zitten nu meer dan 1400 mensen in de community. Hoeveel onderaannemers of freelancers ervoor werken, is moeilijk te zeggen. Ik zou ook niet weten hoe je dat kunt tellen.”

U hebt ondertussen al zoveel ondernemers hun idee horen voorstellen. Haalt u er de goede ondertussen meteen uit? Waar let u vooral op?

DEWIJNGAERT. “Het eerste wat wij altijd zeggen is dat we niet oordelen over een idee. Het is de markt die daarover oordeelt. Dat is onze vuistregel.”

UYTTERSCHAUT. “Je kunt niet oordelen over een idee. We kijken naar het team. Is het uitgebalanceerd? Kan een team ermee om dat het bedrijf op een bepaald moment het zakenmodel een andere richting uitstuurt? Dat zien we snel.”

DEWIJNGAERT. “We kijken nu ook veel meer dan in het begin naar welke profielen nodig zijn om met een idee verder te gaan. Weten ze hoe ze die mensen gaan vinden? Het is belangrijk dat het team binnen de kortste keren volledig is om met het idee van start te gaan. Alles wat je aan mentoring toevoegt, gaat voor een deel verloren als het team er nog niet is. Het is ook belangrijk of iemand zich laat coachen. Door een aantal vragen te stellen, merken we dat heel snel. Wij wijzen mentoren toe aan start-ups. Het is belangrijk dat ze daarvoor openstaan.”

U hebt Hans Similon van Mobile Vikings binnengehaald om de gemeenschap rond Start it voort uit te bouwen. Wat is zijn opdracht precies?

UYTTERSCHAUT. “We zijn altijd gegroeid. We willen de mensen in onze community nog veel meer met elkaar verbinden. Wij spreken nooit over de Brusselse, de Antwerpse of de Gentse community. Voor ons is het één groep mensen die zo veel mogelijk met elkaar, met mentoren, experts en bedrijven moet interageren om zaken te doen en te leren. Met zijn achtergrond bij Mobile Vikings weet Hans wel een en ander over hoe je een community bouwt. Een van de zaken die we hem hebben gevraagd is de gemeenschap naar een niveau hoger te brengen. Hoe kunnen we een start-up uit Brussel die heel goed zaken zou kunnen doen met een start-up uit Kortrijk, beter bij elkaar brengen dan vandaag?”

DEWIJNGAERT. “Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar gegevens uitwisselen volstaat niet altijd. Soms liggen Hasselt en Kortrijk echt ver van elkaar.”

UYTTERSCHAUT. “Ze willen allemaal naar de VS, maar Kortrijk of Hasselt is te ver.”

DEWIJNGAERT. “Naast de community van start-ups, hebben we ondertussen ook heel wat mentoren. We willen hen goed met elkaar verbinden, zodat het netwerk ook voor hen een toegevoegde waarde is. Er zitten heel wat opportuniteiten in het mengen van die twee groepen.”

Nederland wordt vaak als voorbeeld genomen van een goed start-upecosysteem. Start Up Delta bracht de steden samen en focuste op watertechnologie. Is zo’n inhoudelijke focus de volgende stap in België?

DEWIJNGAERT. “Ik doe geen uitspraak over die inhoudelijke focus, maar we hebben er bewust voor gekozen niet te zeggen hoeveel start-ups we in een stad hebben. Start-ups zijn per definitie geen lokaal gegeven. Ze denken allemaal internationaal. We merken veel te veel competitie tussen steden om bepaalde titels te claimen. Vanuit het standpunt van city marketing kan ik dat volgen, maar voor ons is dat anders omdat wij ondernemerschap stimuleren. Wij raden start-ups aan zich te vestigen waar de interessantste partijen voor hun bedrijf zitten. Dat kan veranderen in de loop van de tijd.”

In België is het voor start-ups nu relatief makkelijk om 1 tot 2 miljoen euro op te halen, maar voor de volgende ronde, van meer dan 5 miljoen, moeten ze vaak naar het buitenland.

UYTTERSCHAUT. “In de VS kon je vroeger gemakkelijk 1, 2 à 3 miljoen ophalen, gewoon om je idee uit te werken. Nu komen de Amerikanen daarop terug. We mogen niet dezelfde fout maken. Ik vind het niet slecht dat wij niet met geld smijten. Met Start it investeren wij zelf geen cash, maar zetten we je op weg naar de juiste financiering op het juiste moment. Dat kan het IWT zijn (ondertussen opgegaan in Agentschap Innoveren en Ondernemen, nvdr), een lening, crowdfunding, een durfkapitalist of een businessangelnetwerk.”

DEWIJNGAERT. “Vaak is het een mix van verschillende vormen van financiering. Het is belangrijk te kijken waar je je investering gaat halen. De eerste ronde is vaak lokaal, voor een volgende ronde kan het zinvol zijn dat elders te doen. Als je markt niet hier is, heb je iemand nodig die de centen en het netwerk kan aanbrengen op de plaats waar je markt zich bevindt. De aanpak verschilt dus van start-up tot start-up. Er is voldoende geld in België. Er wordt ook genoeg aandacht voor gecreëerd. Kijk naar wat Bolero doet met zijn Entrepreneurial Summit. Die brengt duizend mensen op de been om hen wegwijs te maken in de wereld van crowdfunding, investeerders en fondsen. Jonge ondernemers kunnen er hun product voorstellen. Er wordt heel veel gedaan om mensen inzicht te geven in de markt van jonge ondernemers.”

Telenet is een nieuwe partner. Het investeert 250.000 euro in Start it. In totaal zijn er nu negen strategische partners. Hoeveel kost een project als Start it in totaal?

DEWIJNGAERT. “Wij communiceren niet over dat bedrag. We krijgen ook van iedere partner iets anders. Imec stelt laboruimte ter beschikking. Cronos Group geeft ons onder andere coaches en kantoorruimte. Telenet geeft cash. KBC stelt naast cash en ruimte ook mensen ter beschikking. Het is moeilijk de waarde precies te berekenen. Je kunt bijvoorbeeld de waarde berekenen van dertien verdiepingen in deze toren waar nu start-ups zitten, maar misschien had die ruimte anders wel leeggestaan.”

U zegt dat Start it geen verdienmodel heeft, maar sommigen denken dat Start it, net zoals een start-up, nog op zoek is naar zijn verdienmodel. Wat zou het kunnen zijn, want KBC moet toch iets terug verwachten voor zijn investering?

DEWIJNGAERT. “Het enige wat KBC verwacht is dat we ondernemerschap stimuleren, met een focus op innovatieve en schaalbare bedrijven. Op lange termijn verwacht het dat er in België een ander ondernemersklimaat komt.”

Wat met Bolero, het onlinebeleggingsplatform van KBC Securities? U zou investeerders in contact kunnen brengen met start-ups.

UYTTERSCHAUT. “Investeerders een-op-een in contact brengen met start-ups doen wij niet.”

DEWIJNGAERT. “We zien onszelf als de weg naar kapitaal. Zoals Lode zegt, zoeken we de ideale investeringsmix, maar we zullen nooit zeggen dat een bepaalde investeerder interessant is voor een start-up. Wij denken altijd vanuit de start-ups. Het is aan hen om op een investeerder af te stappen. Bolero is er wel bijzonder gedreven in innovaties en hiaten in de investeringsmarkt op te pikken. Het doet voor ons heel wat positief werk door bewustzijn aan investeerderszijde te creëren.”

Wat mag ik u wensen voor uw vijfde verjaardag?

UYTTERSCHAUT. “Dat we tegen dan een Europese speler zijn. Dat we in de belangrijkste Europese landen een zeer goed uitgebouwde link hebben. Dat we met andere Europese ecosystemen goeie banden hebben opgebouwd, waardoor er een internationale scene ontstaat in Europa. We willen een aantal Franse hubs voor start-ups bezoeken om te kijken wat we samen kunnen doen. We willen ook een hub worden voor internationale start-ups die in België business willen doen.”

DEWIJNGAERT. “We willen meer deals zoals die met Techstars, waarbij we samenwerken met andere incubatieprogramma’s. Ik hoop meer ondernemerschap te zien groeien en dat we de mentaliteit op de schoolbanken op een positieve manier beïnvloeden. Dat we een einde hebben gemaakt aan dat lokale denken.”

BENNY DEBRUYNE, FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT

“We oordelen niet over een idee. Het is de markt die daarover oordeelt. Dat is onze vuistregel” – Katrien Dewijngaert

“Wij spreken nooit over de aparte community’s. Het is één groep mensen die zoveel mogelijk met elkaar, met mentoren, experts en bedrijven moet interageren om zaken te doen en te leren”- Lode Uytterschaut

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content