Wie schrijft, die blijft niet

De nieuwe kinderboekenuitgeverij Afijn is opgericht door drie overlopers van het Davidsfonds. Dat ze hun auteurs ook bij het Davidsfonds gaan wegkapen, vindt uitgever Hilde Vanmechelen volstrekt normaal.

De transfer zorgde voor wat onrust in het uitgeverswereldje. Een artikel in De Morgen suggereerde dat Afijn de jacht had geopend op enkele bekende jeugdschrijvers die nu nog door het Davidsfonds worden uitgegeven. Vanmechelen vindt het nog veel te vroeg om nu al uit te pakken met spraakmakende transfers. Maar omdat het profiel van Afijn volledig door haar zal worden bepaald, mag het niet verbazen dat momenteel vooral wordt gepraat met auteurs van het Davidsfonds.

“Dankzij mijn jarenlange ervaring bij het Davidsfonds heb ik natuurlijk nauwe contacten met hen. De trend dat schrijvers hun uitgever of redacteur volgen, is bovendien erg begrijpelijk: uiteindelijk vertrouwen ze je hun geesteskind toe. Deze branche is dan ook erg persoonsgebonden.” De samen-uit-samen-thuis-filosofie van uitgevers en auteurs wijst volgens Vanmechelen bovendien op de stijgende nood aan professionalisering. “Het komt de kwaliteit van het product zeker ten goede en kwaliteit biedt nog steeds de beste garantie voor de rentabiliteit van een bedrijf.”

Dat is zeker niet onbelangrijk in een sector die ondanks alle transfergeruchten allerminst beschikt over astronomische budgetten en bovendien in een erg kleine vijver vist. “Als uitgever leef je van één of twee bestsellers per jaar,” zegt Vanmechelen. “Het blijft een onvoorspelbare branche. Alleen heb ik ondertussen wel geleerd dat risico’s nemen en investeren in een goede verstandhouding met de auteurs op lange termijn rendeert.”

Oplage van 850.000

Bij Clavis koestert men alvast grootse plannen. Nu al bezet de Hasseltse uitgeverij een aanzienlijk deel van de Vlaamse markt. Zo werden dit jaar 105 van de in totaal 305 kinderboeken bij Clavis uitgegeven. Bovendien blijkt het verkoopcijfer van jeugd- en kinderboeken het afgelopen jaar nog maar eens met 5% te zijn gestegen. Haalde Clavis in 2000 nog een omzet van 2 miljoen euro (80 miljoen frank), dan ligt de verwachting voor dit jaar op 3,7 miljoen euro (150 miljoen frank). In 2002 _ wanneer Afijn op volle toeren draait _ hoopt de uitgeverij daar nog eens 1,2 miljoen euro (50 miljoen frank) aan toe te voegen.

Momenteel haalt Clavis al een jaarlijkse oplage van 250.000 exemplaren op de binnenlandse markt en zo’n 600.000 in het buitenland. Een flink deel van het aanbod wordt immers in licentie uitgegeven en in meerdere talen verkocht. En niet alleen in Europa. Ook Amerika, China en Korea behoren tot de exportmarkt. Om zijn buitenlandse positie te versterken, opende Clavis in februari nog een eigen kantoor in Amsterdam.

Door de onontgonnen buitenlandse markt aan te boren, kwam er meer ruimte vrij voor risicovolle investeringen. Dat resulteerde alvast in de oprichting van Afijn, een imprint die vooral moet zorgen voor een verdere diversificatie van het aanbod. “Clavis is vooral gespecialiseerd in prentenboeken,” stelt Vanmechelen. “Bij Afijn richten we ons op leesboeken voor kinderen vanaf zeven jaar tot adolescenten. Hoe dat concreet vorm zal krijgen, zien we later wel. Ook debutanten krijgen bij ons zeker een kans, want zij vormen de toekomst voor elke uitgever.”

In het eerste jaar hoopt Afijn alvast een dertigtal titels te kunnen uitgeven. Over een budgettaire limiet is nog niet gesproken. Niettemin heeft Vanmechelen de bedoeling om Afijn op twee à drie jaar tijd rendabel te maken. Het eerste financiële sprookje van de Vlaamse kinderboekenmarkt lijkt in de maak.

Dave Mestdach

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content