‘We delen niet graag’

Hubo België bonkt met zijn 130 doe-het-zelfzaken stilaan tegen het plafond. Diversificatie is de uitweg, en dus nam de groep de tuincentra van Walter Van Gastel over. “We willen daarin marktleider worden”, zegt topman Erwin Van Osta.

Bijna twintig jaar geleden namen Erwin Van Osta en twee vennoten het noodlijdende Hubo België over. Dat draaide toen ongeveer 12 miljoen euro omzet. Nu is de doe-het-zelfketen een nationale speler met een omzet van 500 miljoen euro en een marktaandeel van ongeveer 25 procent. Enkel Brico is sterker, met 30 procent van de markt. En nu willen Van Osta en co hun kunstje overdoen in de tuincentra, met de overname van Van Gastel als basis.

“Hubo heeft nu twee merken in doe-het-zelf; Hubo en Plafomat. Het is bedoeling daarnaast een derde poot neer te zetten onder de merknaam Van Gastel, maar dan voor tuincentra. We willen er een vijftigtal, nationaal verspreid. Vraag me niet daar een datum op te plakken. We moeten de wereld van de tuincentra nog leren kennen. Het fingerspitzengefühl is er nog niet.”

De merknaam verandert dus niet. Blijft de familie ook aan boord?

ERWIN VAN OSTA. “Het bedrijf is nu volledig in onze handen, maar de familie blijft actief. Walter Van Gastel blijft zelf de veilingen afgaan om bloemen en planten in te kopen. Het is goed dat we nog van zijn ervaring en expertise kunnen gebruikmaken. Het management doen wij wél. Commercieel blijft alles gescheiden, maar IT en andere ondersteunende diensten worden gecentraliseerd.”

Is Van Gastel, met zijn Antwerpse roots, wel een merknaam die u in heel België en eventueel in het buitenland kunt gebruiken?

VAN OSTA. “De focus zal in de eerste plaats op België liggen. Het buitenland zien we nu niet zitten. Vlaanderen is een logische stap. Bij de overname hebben we een marktstudie laten uitvoeren. Daaruit blijkt dat het een zeer sterk merk is, bekend om zijn bloemen en decoratie. Er komt een nieuwe winkel in Ninove en we bekijken projecten in Wallonië. Er kan inderdaad worden gediscussieerd of Van Gastel daar wel een goed merk is. Bovendien mikt het op een hoger segment, waardoor het moeilijk is om bijvoorbeeld in de regio’s rond Charleroi en Bergen vestigingen in te planten.”

Expansie kost veel geld. Van Gastel kan die niet met eigen middelen financieren.

VAN OSTA. “We hebben al bijgesprongen door de overname. Maar de investeringen worden gedragen door de holding. Van Gastel kan dat inderdaad niet alleen. Tenzij je iets doet met hun vastgoed, maar dat wordt geconsolideerd in onze vastgoedvennootschap. Hubo heeft een dertigtal panden in eigen beheer. Als het echt nodig is, kan daar nog iets mee worden geforceerd. Dat is een appeltje voor de dorst. We hebben nog wel wat liggen om dat te financieren. Daar maak ik mij eigenlijk weinig zorgen over.

“Bovendien gebeurt expansie in de retail vaak via franchising. Er zijn nog veel grote zelfstandige tuincentra en familiebedrijven waarvan we hopen dat ze zich bij ons aansluiten. Er zijn veel opportuniteiten, maar we zijn ook niet alleen. Concurrenten zoals Intratuin en Oh! Green willen ook groeien. In retail geldt nu eenmaal de wet van de grote getallen. Dat betekent ook dat we niet wachten tot de structuren bij Van Gastel volledig opgezet zijn. We moeten nu al op die opportuniteiten inspelen.”

Is durfkapitaal een optie?

VAN OSTA. “Als wij nu heel snel zouden groeien en daardoor snel en veel extra kapitaal nodig hebben, dan is dat een optie. Maar nu is het niet aan de orde. We hebben de middelen om onze expansie te financieren. We willen ook niet zomaar het kapitaal openzetten. Wij delen niet graag.”

U en uw twee vennoten hebben sinds de overname van Hubo in 1992 elk een derde van de aandelen. Is iedereen ook nog operationeel actief?

VAN OSTA. “Carl Liekens en ik zijn beiden gedelegeerd bestuurder. We vormen een superduo. Ik doe de commerciële organisatie, hij de financieel-administratieve kant. Eigenlijk komt het erop neer dat ik overal naar toe mag rijden en van alles mag kopen en dat hij alles moet financieren en de akten opmaakt. Een geweldige taakverdeling. ( lacht)

“De andere vennoot is al een vijftal jaar niet meer operationeel actief, hij is een stuk ouder dan wij. Sinds vorig jaar is hij ook niet meer actief als bestuurder. Een pijnlijke kwestie. Hij werd in Frankrijk veroordeeld voor het bezit van kinderporno. Bovendien bleek dat hij in België voor gelijkaardige feiten al een voorwaardelijke straf had gekregen. Dat was een hele schok voor ons, we wisten van niks. We hebben hem onmiddellijk van al zijn bestuursmandaten ontheven. Hij is nu een stille vennoot. We hebben ook geen echt contact meer.”

Hij is wel nog altijd aandeelhouder.

VAN OSTA. “We zouden hem kunnen uitkopen, dat is geen probleem. Maar hij bespreekt nog met zijn familie wat hij precies zal doen.”

Hubo heeft een 130-tal vestigingen in België. Een tijd geleden zei u dat het plafond 160 is.

VAN OSTA. “Er ligt nog een twintigtal projecten op tafel, in verschillende fases van opbouw. Dan zitten we aan 150 en is het plafond bijna bereikt. Daarom stappen we ook in de tuinsector. Om te blijven groeien en het bedrijf een nieuwe uitdaging te geven. We dachten al drie jaar na over die stap.”

Waarom niet verder groeien in het buitenland? U bent al actief in Spanje, Frankrijk en Oost-Europa met doe-het-zelfzaken.

VAN OSTA. “In Frankrijk hebben we een winkel. De vergunningen komen daar bijzonder traag. En ik dacht dat het in het België al traag ging. Projectontwikkelaars hebben liever Franse projecten dan buitenlandse. En dus heb je niet altijd de eerste keuze voor locaties. Je zou denken ‘geld is geld’. Maar blijkbaar is een Franse euro meer waard dan een Belgische. ( lacht)

“De Oost-Europese activiteiten zijn bijna volledig afgebouwd. We zijn nog actief in Macedonië, maar dan vooral als grossier die levert aan andere spelers in Oost-Europa. We waren er vroeger in meer landen actief, maar we hebben de verkeerde lokale partners gekozen. Ze hadden een andere visie. In plaats van een nationale dekking na te streven, wilden zij vooral rond hun uitvalsbasis in tal van sectoren actief zijn. Doe-het-zelf was daar voor hen maar eentje van.

“We houden het hoofd boven water in Spanje. Dat valt nog mee, want de markt is daar volledig ingestort. Dat komt omdat we voornamelijk in het noorden actief zijn en daar woedt de crisis iets minder. We openen er nog nieuwe winkels, maar in een trager tempo. In het zuiden zijn vijf winkels gesloten. Daar geven de consumenten niks meer uit. Retailparken zijn daar echte kerkhoven geworden.”

Doe-het-zelf lijkt toch crisisbestendig. Iemand die zonder werk valt, zal toch al sneller de handen uit de mouwen steken in huis.

VAN OSTA. “Je zou dat denken. In België is het bijvoorbeeld koud en warm blazen. De markt groeit hier nog met zo’n 2 procent. Haal daar de inflatie uit en je houdt niks over. Maar wij doen het nog goed. De omzet in de bestaande winkels stijgt en tot eind juni bedroeg de globale groei 10 procent. Er zijn wel verschuivingen. We verkopen bijvoorbeeld veel meer keukens. Die hebben een goede prijs/kwaliteitverhouding. Zo profiteren we van de crisis.

“Vanuit Nederland begint een prijzenoorlog over te waaien. Daar is de markt in vier jaar een kwart gekrompen. Onze concurrenten in België beginnen er nogal agressief de beuk in te zetten met promoties. Door het slechte weer worden tuinmeubelen bijna gratis weggegeven, maar dat haalt niks uit. Bijna niemand zal er nu kopen. We hebben dat gemeten. We gaan heel analytisch te werk.”

Stijn Fockedey en Hans Brockmans, fotografie jelle vermeersch

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content