Wat de wereld kan leren van het Amerikaanse continent

Paul Martin, de eerste minister van Canada, beklemtoont dat doeltreffende internationale samenwerking sterkere staten vergt, geen zwakkere.

De auteur is eerste minister van Canada.

2005 wordt een druk jaar voor het houden van topconferenties. Maar al die toppen komen uiteindelijk neer op twee kwesties: wat zijn de verantwoordelijkheden van een staat ten opzichte van zijn eigen volk en wat zijn de verantwoordelijkheden tegenover anderen? We zullen dat duidelijk merken in de volgende Summit of the Americas, die in 2005 in Argentinië gehouden zal worden.

Latijns-Amerika stond lange tijd bekend voor zijn cycli van boom naar bust, met inzinkingen die gewoonlijk gepaard gingen met politieke crisissen. Dat is niet langer het geval. Tijdens de recente economische neergang ving de regio een aantal verschrikkelijke schokken op. Daarbij komt Argentinië voor de geest, evenals Venezuela en de natuurrampen in de Caraïben. Maar de democratie houdt zich, ondanks wat ontgoocheling, sterk en het economische beleid volgt de juiste weg naar een grotere openheid en stabiliteit.

De regeringen in Latijns-Amerika hebben moeilijke hervormingen doorgevoerd, maar kregen wel hulp van de buren. Tijdens het voorbije decennium werden in het halfrond overeenkomsten goedgekeurd die gingen van veiligheid tot democratie en mensenrechten. Er is een constante druk op alle regeringen om verder te gaan met politieke en economische hervormingen, omdat een terugval alleen kritiek zou oogsten in het hele halfrond. De Argentijnse top zal van cruciaal belang zijn, omdat een vastberaden engagement tot verdere binnenlandse en regionale hervormingen van cruciaal belang is.

Deugdelijk bestuur gedijt

De ervaring van de voorbije tien jaar op het Amerikaanse continent heeft belangrijke implicaties voor andere regio’s. Heel wat Latijns-Amerikaanse landen stonden afkerig tegenover een grotere regionale samenwerking, omdat ze die zagen als een bedreiging voor de nationale staat. Het omgekeerde is waar: we hebben sterke staten nodig als we willen dat onze internationale systemen werken. Alleen sterke staten kunnen bemiddelen tussen de strenge wetten van de internationale economie en de noden van hun burgers. Staten met een deugdelijk bestuur gedijen, terwijl staten met een zwak bestuur hun bevolking geweldige lasten opleggen. Sterke staten dragen nu ook het vertrouwen en de steun van hun bevolking.

Mexico is een treffend voorbeeld. Toen de Noord-Amerikaanse Vrijhandelsovereenkomst Nafta van start ging, vreesden heel wat Mexicanen voor een herkolonisatie van hun land. In Canada en de VS was er dan weer grote bezorgdheid over de vraag of de goedkope Mexicaanse arbeid de eigen economie niet zou uitschakelen. Nu, 11 jaar later, zijn de drie economieën heel wat competitiever geworden op de wereldmarkt en heeft de Mexicaanse politiek een hervormingsproces doorgemaakt dat op zijn manier even indrukwekkend is als dat in Oost-Europa. De politieke relatie tussen Canada en Mexico is een van onze meest intensieve en belangrijke.

Uit die Amerikaanse ervaring kunnen lessen getrokken worden. De Millennium Top+5 van de Verenigde Naties, die ook in 2005 gehouden wordt, moet nagaan welke vooruitgang er geboekt werd sinds de wereldleiders in 2000 het volgende overeenkwamen: “We hebben een verplichting ten overstaan van alle volkeren ter wereld, vooral de meest kwetsbare, en in het bijzonder ten overstaan van de kinderen van de wereld, aan wie de toekomst behoort.” Er zal heel wat retoriek te horen vallen, maar uiteindelijk komt het hierop neer: hoe goed helpen we zwakke staten sterker worden, zodat ze beter hun verantwoordelijkheden kunnen vervullen ten opzichte van hun eigen volk en andere?

Staten ter verantwoording roepen

Ontwikkeling hangt af van goed bestuur. Dat vereist tevens de bescherming van de rechten van individuen en gemeenschappen. Bijna alle grote conflicten vinden hun oorsprong in de inspanningen van één gemeenschap om een andere te benadelen of te vervolgen, of dat nu in de Balkan is of in Oost-Timor of Centraal-Afrika.

Als regeringen medeplichtig zijn aan vervolging, zoals in Darfoer, hebben we een duidelijke internationale wetgeving nodig die multilaterale actie toelaat in extreme humanitaire noodsituaties. De VN Millenium Top+5 moet die ‘verantwoordelijkheid om te beschermen’ promoten als een duidelijk signaal dat soevereiniteit niet onschendbaar is en dat ook staten ter verantwoording geroepen kunnen worden voor hun daden.

De internationale gemeenschap heeft, met heel wat moeite, een aantal belangrijke politieke, economische en sociale ijkpunten ingevoerd voor de manier waarop landen hun verantwoordelijkheid nakomen. En toch wordt elk jaar de kloof tussen sterke en zwakke staten breder. In 2005 zullen we verschillende belangrijke kansen krijgen, zowel regionaal als wereldwijd, om die trend om te keren en gezamenlijk op te treden om overal het bestuur te versterken, zodat elke persoon de kans krijgt om te leven in waardigheid en vrijheid.

Paul Martin

Ontwikkeling hangt af van goed bestuur. Dat vereist tevens de bescherming van de rechten van individuen en gemeen-schappen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content