“Voor veel politici lijkt Brussel een eiland in de Indische Oceaan”

Antwerpen en Brussel zijn de motoren van de Vlaamse welvaart. Maar de samenwerking tussen de twee kan nog beter, vinden de respectieve kamers van koophandel. Luc Luwel, directeur-generaal van de Kamer van Koophandel en Nijverheid Antwerpen-Waasland, en Olivier Willocx, zijn tegenhanger in Brussel, bekijken de mogelijkheden.

Ruim 30 % van de ondernemingen in ons land – om precies te zijn: 292.749 op een totaal van 951.066- zijn gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of de provincie Antwerpen. Bij de ondernemingen met meer dan 500 werknemers loopt dat aandeel zelfs op tot 48 %.

“Wij zijn niet alleen de economische leiders, we zijn ook complementair: Antwerpen heeft logistiek en industrie, wij als Europese hoofdstad internationale uitstraling en diensten,” merkt Olivier Willocx, directeur-generaal van de Kamer van Koophandel en Nijverheid Brussel, op. “Maar wanneer ik alle regeringsplannen voor Brussel lees, krijg ik soms de indruk dat Brussel een eiland is in het midden van de Indische Oceaan. Eromheen ligt er niets, of toch niets waarmee je rekening moet houden.”

Dat beseft ook zijn evenknie voor Antwerpen en het Waasland, Luc Luwel: “In Vlaanderen zijn we niet altijd even volwassen omgesprongen met Brussel. We hebben hen soms afgeschilderd als de grote vijand, terwijl we de economische opportuniteiten meer moeten uitbuiten.”

De Kamer van Koophandel en Nijverheid Antwerpen-Waasland lanceerde in 2003 haar Routeplan, een witboek voor de verdere ontwikkeling van de regio, dat sindsdien elk jaar wordt geactualiseerd. De basis van die toekomstvisie werd gelegd door Herman De Bode en zijn medewerkers van het adviesbureau McKinsey. Drie jaar later schrijft hij opnieuw aan een document, ditmaal voor Brussel. Trends bracht de twee directeurs-generaal samen en stelde een eigen Routeplan op, van Antwerpen tot Zaventem.

antwerpen meets Brussel

TRENDS. Dit najaar gaan de Antwerpenaars naar het Atomium en de Brusselaars naar de Antwerpse haven om een soort execu- tive briefing te krijgen. Kennen de bedrijfsleiders elkaar niet?

LUC LUWEL (KAMER VAN KOOPHANDEL EN NIJVERHEID ANTWERPEN-WAASLAND). “Deze middag nog had ik een lunch met een Antwerpse bedrijfsleider. Die man zit vier dagen per week in Brussel. Dus ze kennen Brussel wel. Maar de kmo’s kennen elkaar veel minder goed. Bovendien gaat het om meer dan netwerking alleen. Een van de zwaartepunten in ons Routeplan is het aantrekken van hoofdkantoren. Buck Consulting schrijft voor ons een strategie uit om te bepalen welke type bedrijven we willen aantrekken. Brussel is daarbij geen vijand, maar een partner.”

OLIVIER WILLOCX (KAMER VAN KOOPHANDEL EN NIJVERHEID BRUSSEL). “Toen ik in 2000 begon in deze job, zijn we naar de Kamer van Antwerpen gegaan. We hebben een aantal zaken gekopieerd: het tuinfeest, het model van evenementen en sponsoring… Met resultaat: vorig jaar steeg onze omzet met 22 %. Laten we zeggen dat we vijf jaar geleden tien jaar achter liepen, en nu nog drie ( lacht). Maar nu is het tijd voor een volgende fase, die van samenwerking. Kijk, ik kan mijn leden wijzen op overheidssubsidies voor kmo’s die exporteren naar het buitenland. Maar de eerste afzetmarkt voor de Brusselse bedrijven is Vlaanderen, dan Wallonië, en dan pas Frankrijk en Duitsland. Dus een verbond tussen Antwerpen en Brussel is logisch.”

brussels meets Antwerp

WILLOCX. “Brussel moet leren buiten Brussel te gaan. Brussel speelt zijn rol als hoofdstad van Europa, maar moet ook complementair willen zijn met andere Belgische steden. Brussel is dienstengericht, Antwerpen heeft een stevige logistieke en industriële sector, en heeft ook land ter beschikking. De haven van Brussel is lid van de Kamer, maar uiteindelijk spreek je over een binnenhaven, een externe haven van Antwerpen als je wilt.”

LUWEL. “Ik durfde het niet te zeggen ( lacht).”

WILLOCX. “Ik wil maar zeggen: is er dus een probleem van haven tegen haven? Neen, want die twee zijn geen concurrenten. Wil je transport over water naar Brussel doen, dan kom je langs Antwerpen. Daarom moeten wij op Antwerpen kapitaliseren, en dus vind ik het logisch dat de Brussels Import Agency eerst contact zoekt met de haven van Antwerpen.”

de Bode

Het Brusselse Routeplan wordt geschreven door Herman De Bode. Die kwam met het Warandemanifest zwaar onder vuur in Brussel en Wallonië. Zorgt dat voor communautaire oprispingen?

WILLOCX. “Is ING Nederlands- of Franstalig? Ik weet het niet, en het is irrelevant. Dat soort communautaire vragen komt bij ons nooit op tafel. Onze voorzitter heeft lang gevochten om geen pariteiten te hoeven hanteren en uitsluitend te kunnen focussen op de kwaliteit van de mensen. In het Warandemanifest staan positieve zaken, en minder positieve.”

fusie

Wij zijn geboren optimisten. Wat vond u minder positief?

WILLOCX. “Sommige zaken worden vanuit een puur Vlaams perspectief bekeken, wat ze de facto onaanvaardbaar maakte voor het politieke milieu in Brussel. Neem het idee van de fusie van de negentien gemeenten. Ik denk dat niet dat het model van Antwerpen de mensen gelijk geeft die zeggen dat die fusie er moet komen. Een fusie van vijf tot zeven gemeenten die efficiënt samenwerken, lijkt me realistischer. Pakweg 120.000 tot 150.000 inwoners lijkt me goed op gemeenteniveau. Ik wil het proces van Antwerpen niet maken, maar boven de 200.000 inwoners kennen we in België geen model dat efficiënt werkt.”

LUWEL. “Je zou wel kunnen gaan naar het idee van een stadsgewest. Ik bedoel niet een additioneel politiek niveau. Een stadsgewest moet vooral een aantal puur logistieke diensten samenbrengen. Bijvoorbeeld huisvuil, waar je volop je schaal kan uitspelen.”

WILLOCX. “Uiteindelijk gaat het om de kwalitatieve dienstverlening die je moet aanbieden aan bedrijven en bevolking. De fusiediscussie is een slechte aanpak. Over een project van meer dan 5000 vierkante meter moet de beslissing niet op gemeentelijk niveau worden genomen: de impact is te groot, dat moet gewestelijk worden behandeld. Dus ik geloof meer in een transfer van bevoegdheden dan in een fusie van negentien gemeenten.”

Is Antwerpen dan zo’n mislukte fusie?

LUWEL. “Eh… Moeilijke vraag ( stilte). Ik denk dat districtsraden een duidelijke functie hebben: de burgers dichter bij het beleid brengen. Wanneer je dankzij de decentralisatiebeweging vlakbij je paspoort kan afhalen of inspraak hebt in de kleur van de lampenkappen en de straattegels, dan lijkt me dat logisch. Maar wanneer lokale burgemeesters opnieuw mee beslissen over alle ruimtelijke ordening, dan verval je snel opnieuw in stuurloosheid. Je moet je schaalvoordelen laten spelen, bijvoorbeeld om investeringen aan te trekken, een kantorennota op te stellen, om hoofdkantoren naar hier te halen.”

grote steden

Antwerpen en Brussel zijn de economische pijlers van het land. Maar Brussel heeft 22 % werklozen, Antwerpen 12 %.

WILLOCX. “Brussel kampt met dezelfde problemen als andere grootsteden. Ik wil geen ruzie maken, maar de cijfers van Antwerpen zijn ook niet zo goed. Wat Molenbeek, Anderlecht en de stationsbuurt zijn bij ons, is het stadscentrum voor Antwerpen of Washington DC, en de banlieues in Parijs. Daar zijn we mee bezig in het Routeplan.”

LUWEL. “Stadsgewesten zijn de toekomst. Europa zal de komende jaren nog meer projecten lanceren om grootsteden te helpen in de reconversie van gebieden: bij ons de zone rond het Slachthuis, en Petroleum Zuid. Daar willen we met breedband-babyboomertechnologie iets doen bewegen. Maar een echt grootstedenbeleid mis ik nog in dit land.

“We zijn er een aanzet voor aan het geven. Ik denk niet dat, zoals enkele jaren geleden, er nu nog een Fonds voor Grootstedelijk Beleid zou worden opgericht, waarmee dan subsidies werden gegeven aan een kinderopvangproject in Knokke. Maar in het Vlaams Parlement zetelen nu eenmaal veel lokale politici, en dus moet iedereen aan zijn trekken komen. Terwijl Vlaanderen eigenlijk maar drie grootsteden heeft – Brussel, Antwerpen en Gent – en zich daar eigenlijk meer op zou moeten concentreren.”

routeplan

LUWEL. “Antwerpen is de bocht aan het nemen: we zijn nu een stuk nieuw-Antwerpen aan het bouwen. Stap in de teletijdmachine van professor Barabas en stap er over tien jaar uit: de Leien zullen klaar zijn, het Mobiliteitsplan in realiteit omgezet, en Antwerpen zal de meest toegankelijke metropool van West-Europa zijn. Dat zal zuurstof geven om nieuwe investeringen aan te trekken. Het Routeplan is geen bezigheidstherapie van een clubje CEO’s, maar een sterke aanbeveling voor het gemeentelijke bestuursniveau, en met implicaties voor het federale en Vlaamse niveau.”

WILLOCX. “Wij mikken meer op het gewestelijke niveau, juist omdat de belangrijkste materies daarnaartoe verschuiven. Maar ook in het huidige regeerprogramma van het gewest zijn een aantal van onze ideeën terug te vinden. Beleid in Brussel is een moeilijke zaak. Met zes of zeven partijen kan je geen radicale politiek voeren. Ik ben niet tegen compromissen, maar ze gaan ten koste van efficiëntie.

“Ik zie voor Brussel nog een belangrijke rol in de internationale dimensie. In lobbying, kleine logistiek en de sector van bedrijfsadvies: hoofdkwartieren van accountants willen in Brussel zijn. Fabrieken ligt moeilijk, maar voor servicecenters zijn vierkante meters minder van belang. Dat je dichter bij de Europese Commissie, het parlement, je concurrenten zit, is dan belangrijker. Een adres betekent zichtbaarheid. Daarom vind ik Brussels South Charleroi Airport, zelfs al doet die naam wat lacherig aan, eigenlijk positief, want het is een erkenning van de rol van Brussel.”

“Wat we niet hebben, zijn terreinen. Als iemand 20.000 vierkante meter zoekt voor bureaus, hebben we daar geen plaats voor. Logistiek zijn we beperkt, dus moet Brussel meer leren werken met Vlaanderen. Een paar jaar geleden wou de Vlaamse minister van Werkgelegenheid naar Brussel komen, omdat er in en rond Zaventem 20.000 vacatures waren. Maar de Brusselse dienst voor arbeidsbemiddeling had vlakaf gezegd: ‘Neen, u bent niet welkom. ‘ Want die baan moest maar in Brussel komen, anders zouden die mensen wellicht ooit Brussel verlaten om in de rand te gaan wonen. Dat is natuurlijk complete Kafka. Gelukkig is de positie van de Brusselse regering totaal veranderd.”

wallonië

Bedrijven op zoek naar ruimte kunnen net zo goed naar Wallonië.

WILLOCX. “Veel bedrijven trekken vanuit Brussel daarnaartoe, maar er zijn er ook veel die teruggekeerd zijn. Soms werkt zo’n verhuizing, maar niet altijd. Het hangt af van de activiteit en de sector. Wanneer je 100.000 vierkante meter gelijkvloers nodig hebt voor een fabriek, moet je naar Vlaanderen of Wallonië. Maar wil je iets doen met automobiel, dan ga je waarschijnlijk naar Limburg, want daar kan je de mensen vinden.

“Wanneer ik alle plannen voor Brussel lees die tot nu toe door de regering zijn gemaakt, krijg ik soms de indruk dat Brussel een eiland is in het midden van de Indische Oceaan. Eromheen ligt er niets, of toch niets waarmee je rekening moet houden. Terwijl je toch een visie moet hebben. Ik heb meegemaakt dat mensen nog liever naar Parijs verhuizen dan naar Wemmel. Dat is idioot, want je weet dat een firma in Wemmel nog altijd voor 25 of 30 % zijn werknemers rekruteert in Brussel. Reactie: ‘Ja, maar dat is in Vlaanderen. ‘ We moeten werken aan een andere visie op ons gewest, met meer interactiviteit. Er is geen visie, en daarom ben ik blij dat we kunnen samenwerken met McKinsey om dat te analyseren.”

LUWEL. “Wanneer ik rondreis, bezoek ik altijd de gebouwen van de lokale kamers, omdat ze meestal ook een emanatie zijn van de economische dynamiek van een regio. Voor de geïnteresseerden: op Cape Cod is het gebouw een tuinhuisje ( hilariteit). Wallonië heeft het economisch niet zo makkelijk, omdat de economische structuren er niet zo sterk zijn ontwikkeld.

“Ik denk dat de Waalse kamers zelf voor de spiegel moeten gaan staan en zich afvragen of ze naar andere schaalgroottes moeten zoeken. Je zou naar één kamer voor Wallonië kunnen gaan, maar vooral: zij moeten dat zelf beslissen, en wij zullen helpen als we kunnen.”

zaventem

U wilt samenwerken, ook op het vlak van mobiliteit. Wat doet u dan met de luchthaven? Brussel heeft de werkzoekenden, Zaventem de jobs.

WILLOCX. “Eerst en vooral: Brussel heeft een luchthaven in Zaventem nodig. En het gaat om banen, akkoord. Maar er zijn toch twee of drie aspecten onderbelicht in die discussie. Veiligheid bijvoorbeeld. Naar ik meen zijn de experts niet genoeg gehoord. Die zeggen me dat draaien tijdens het opstijgen niet bevorderlijk is voor het lawaai, noch voor de veiligheid. En ik zet hier niet Brussel tegenover Vlaams-Brabant, want voor hen geldt dat evenzeer. Alleen is er in Brussel nog meer densiteit. Ten derde zadel je nu 160.000 mensen drie, vier keer per nacht op met geluid. Er is in dit dossier te veel politiek geweest en te weinig expertise. Ik vind het bijvoorbeeld ongehoord dat er in Zaventem nog steeds wordt gebouwd in de richting van de piste. Dat begrijp ik absoluut niet.”

LUWEL. “Ten eerste, als een Ecolominister zich daar destijds op wilde profileren, dan vind ik dat vooral ziekelijk. En ten tweede: Brussel als Europese hoofdstad zonder luchthaven, dat is Bokrijk (met alle respect, want ik kom uit die provincie). Een internationale luchthaven is een conditio sine qua non als je de logistieke functie als troef voor Vlaanderen wil bewaren, en dat is nodig als je de welvaart wil behouden. Ik heb zelden zo weinig politieke verantwoordelijkheidszin gezien als in dit dossier.”

Luc Huysmans

Luc Huysmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content