Voor je tiende mee naar de bestuursvergadering (zo word je ondernemer)

Marcel Grauls portretteert de stichters van dertien Japanse concerns. Beknopte maar overtuigende schetsen van de bijzondere mannen die Nintendo, Panasonic en andere Toyota’s uit de startblokken hielpen.

Kiichiro Toyoda, de stichter van Toyota, liep graag – en steeds alert – rond in zijn bedrijf. Ooit stootte hij op een arbeider die, met de handen in het haar, mopperde dat zijn slijpmachine niet werkte. Kiichiro zei geen woord, stroopte zijn mouwen op en viste twee handen vol troep uit het oliecarter. Toen pas antwoordde hij: “Hoe denk je je werk te kunnen doen zonder je handen vuil te maken?” Een andere keer zei hij tegen een ingenieur, niet zonder venijn: “U moet wel heel handig zijn. Die handen van u vertonen geen enkel sneetje, dat wil mij maar niet lukken.”

Via dergelijke tekenende anekdotes, maar ook via sterke visies en biografische schetsen portretteert Marcel Grauls, projectmanager bij Concentra Media, meer dan een dozijn Japanse tycoons. In Made in Japan volgt hij de opmars van de stichters van wereldmerken als Honda, Sony, Nintendo, Casio en Panasonic. Toyota blijft een van de sterkste maar ook meest dramatische schetsen. In 1952, vrij kort voor zijn eerste volwaardige personenwagen, de Crown, van de band zou rollen, werd een hartaanval Kiichiro Toyoda fataal. De ontstaansgeschiedenis van Toyota, vandaag het meest bejubelde autoconcern, verliep bijzonder moeizaam en werd zwaar gehypothekeerd door de Tweede Wereldoorlog.Toyoda’s vader schopte het al van arme boerenpummel tot een wereldvermaarde ontwikkelaar en producent van weefgetouwen. Ook Akio Morita, de flamboyante ondernemer die samen met de zwijgzame ingenieur Masaru Ibuka Sony oprichtte, was een ondernemerstelg. De Morita’s maakten zelfs al ruim drie eeuwen sojasaus, miso en sake (hun merk Nenohi bestaat nog altijd). Akio was niet eens tien jaar, toen zijn vader hem al meetroonde naar bestuursvergaderingen.

Vandaag klinken vele Japanse merknamen vertrouwd. Doorgaans wekken ze ook vertrouwen. In de jaren zestig was dat nog lang niet het geval. Made in Japan was een scheldwoord, een vroege voorloper van het etiket rommel uit China. Het is juist Grauls’ verdienste dat hij in kort maar kleurrijk bestek laat zien hoe de entrepreneurs hemel en aarde bewogen hebben om hun producten te verbeteren, en in vele gevallen om zelf het voortouw te nemen en de leidende rol in hun sector wereldwijd te gaan spelen. Als Grauls al iets verweten kan worden, is het dat hij die verdienste in wel zeer grote mate lijkt toe te schrijven aan de stichters. De schaamteloos intieme relaties tussen de Japanse overheid en conglomeraten laat hij wat onderbelicht. Dat neemt niet weg dat de uitvindingen en groeisprongen nooit zo imposant hadden kunnen zijn zonder het zweet, bloed en tranen van de geportretteerde entrepreneurs. Grauls beschrijft het allemaal met verve, soms wat te beknopt, maar ook in die gevallen zorgen de juiste details voor de nodige spankracht, diepte en couleur industrielle. Bovenal zijn het meeslepende miniaturen van buitengewone mensen.

Marcel Grauls, Made in Japan – De mensen achter grote Japanse merken. Van Halewyck/Elmar, 272 blz., 22,50 euro.

Luc De Decker

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content