Voedselhulp voor Irak en heel Europa

Lieven Desmet Lieven Desmet is redacteur bij Trends.

Vorige maand verscheepte de Belgische meelexporteur United Belgian Mills (Ubemi) ruim 5000 ton meel met bestemming Irak. Eind deze maand gaat er nog eens 6600 ton de deur uit met dezelfde bestemming.

“W heat flour / Gift of USA / World Food Program ‘, staat er te lezen op de zakken meel die via de Antwerpse haven, waar United Belgian Mills ( Ubemi) gehuisvest is, naar de Iraakse bevolking worden gestuurd. De bestelling komt er in het kader van het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties, die voor de periode april-mei alleen al zo’n 160.000 ton meel naar het Midden-Oosten stuurt. Echt uitzonderlijk is zo’n levering niet voor de enige Belgische meelexporteur.

“Bij de oprichting in 1955, door de centralisatie van de export van tal van Belgische molens, was Ubemi een van de kleinere exporteurs op Europees niveau,” zegt sales manager Dominiek Vancauwenberghe. “Vandaag coördineert Ubemi zijn exportactiviteiten vanuit vijf Belgische meelmolens, ondertussen gegroepereerd in drie grote groepen: de Franse groep Soufflet met molens in Vilvoorde, Gent en Harelbeke, de Groep Dossche Mills and Bakery met molens in Deinze en Merksem, en de Groep Brabomills met een eigen molen in Merksem. De Franse groep Soufllet heeft een meerderheidsparticipatie van 65 % in Ubemi. Ondertussen werd Ubemi de grootste Europese meelexporteur.”

Door het specifieke karakter van de onderneming – bloem is een basisproduct – werd het bedrijf al vaker ingezet voor voedselhulpoperaties. “Toch wordt meel door ons niet alleen gezien als een massaproduct voor staatsaankopen en voedselhulp,” haast Vancauwenberghe zich. “Ubemi zocht ook de kleinere en de industriële eindverbruikers rechtstreeks op, om op basis van hun specifieke verwachtingen nieuwe producten te ontwikkelen, zoals extra fijne of elastische bloem.”

Bloem op maat

Wereldwijd wordt meel verwerkt tot diverse eindproducten. Toch was het voorbije decennium een systematische afname merkbaar van de grootste afzetmarkten voor Europese bloem. Commercieel directeur Jan Van Hemelen wijst daarvoor naar de ontwikkeling van molens in het Midden-Oosten en een toenemende protectionistische reflex in verschillende landen. “Ubemi koos resoluut voor een geografische diversificatie door de ontwikkeling van nieuwe markten wereldwijd. Enerzijds om de afhankelijkheid van die markten te beperken en anderzijds om in de voortdurend fluctuerende marktomstandigheden onze marktpositie te consolideren.”

De tonnenmaat stijgt aanzienlijk, maar de omzet vertoont een vlakkere curve. “De daling van de tarweprijzen en de lagere exportrestituties op Europees niveau remmen de toename van de omzet af,” aldus Van Hemelen. Om daar het hoofd aan te bieden, verricht Ubemi onderzoek naar de verwachtingen van meelverbruikers in een zestigtal landen buiten Europa. “Omdat het daarbij vaak gaat om landen met een uitgesproken noedelcultuur, werd een extra fijngemalen bloem ontwikkeld voor noedelfabrieken. Ubemi is tot op heden de enige Europese producent van dit type meel, dat vaak zelfs meer wordt geapprecieerd dan de lokale variant.”

Ubemi was een van de medestichters van Euroflour, waar zich ondertussen nagenoeg alle Europese meelexporteurs bij hebben aangesloten. Directeur-generaal Bernard Otte: “We willen tot een gestroomlijnde en adequate lobbying komen in het Europese export- en landbouwbeleid.”

Lieven Desmet

Bloem is meer dan voedselhulp. Ubemi levert ook meel op maat aan kleine en industriële klanten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content