Vlaanderen barst

Eric Pompen Eric Pompen is redacteur van Moneytalk

Na een felle procedureslag met de Raad van State opende Kinepolis Hasselt vorige vrijdag eindelijk zijn deuren. De Group Claeys, gegijzeld door een lokaal aktiekomitee, sloot met de stad en de buurtbewoners een milieukonvenant af. Zijn nu alle bedrijven een mogelijke schietschijf ? Het gaat slecht met de rechtszekerheid in dit land.

Hangt de milieuwetgeving als een zwaard van Damocles boven het bedrijfsleven, heeft de investeerder alle spelregels aan haar laars gelapt, speelt het gemeentebestuur onder één hoedje met de projektontwikkelaar of zijn de stoppen van een overbelaste Raad van State gesprongen ?

Menig ondernemer, jurist en zelfs ekologist krabde met de handen in het haar, toen hij de afgelopen weken de vaudeville rond het Limburgse cinemacomplex in de media zag verschijnen. Uiteindelijk overwon het gezond verstand. In ruil voor afstand van alle vorderingen kreeg het wijkaktiekomitee Godsheide en Kinepolis (GEK) een aantal tegemoetkomingen van de Group Claeys, de stad Hasselt en het Vlaams gewest. Samengevat komt deze vrijwillige overeenkomst of milieukonvenant neer op : terugbetaling gerechtskosten, akoestische schermen rond de ventilatoren van de koelgroepen, beplanting van de aarden wal langs de Bosstraat, beperking van de buitenspots, ondoorzichtig maken van de vensters en bijkomende verkeersmaatregelen.

OVERLEG.

“Ik voel me echt gegijzeld,” zucht Rose Claeys, gedelegeerd bestuurder van de Group Claeys : “‘s Morgens sta ik blijgezind op om mijn nieuw kind, Kinepolis Hasselt, na een lange bevalling in alle wettelijkheid en met alle nodige vergunningen boven de doopvont te houden. ‘s Avonds ga ik ten onrechte als een wetsovertreder woedend om zoveel onbegrip slapen. Rechtszekerheid bestaat in dit land niet meer.”

Na de eerste klap herpakt mevrouw Claeys zich en belooft het hier niet bij te laten : “Het is hoog tijd dat bedrijven hun krachten bundelen om dergelijke kafkaiaanse toestanden in de toekomst te vermijden. Daarom wil ik, als de sereniteit is wedergekeerd, samen met Yannick Boes, PR-man van Alken Maes, en Jan Beuls, verkoopdirekteur van Coca-Cola Belgium het initiatief nemen om met de Vereniging van Kristelijke Werkgevers (VKW) en de Limburgse Kamer voor Handel en Nijverheid wettelijke stappen tegen dit rechtsmisbruik te ondernemen.”

“Wij hebben nog nooit zoveel overleg gepleegd en studies gemaakt als voor dit projekt,” aldus Rose Claeys. Ze kan er nog altijd niet bij waarom de Raad van State op eigen houtje een berekening van het gemiddeld aantal voertuigen heeft gemaakt, die afwijkt van het bijgevoegde rapport van het Limburgse studiebureau Citec, dochter van de Limburgse Participatiemaatschappij (LPM) en Tractebel, tevens algemeen erkend verkeers- en MER-deskundige : “Wij hebben in de zomer van ’94 met alle betrokken partijen aan tafel gezeten. Op die vergadering verzekerde de Administratie Milieu, Natuur en Landinrichting (Aminal) bij monde van toenmalig inspekteur-generaal August Denteneer dat wij niet verplicht waren een milieu-effektenrapport (MER) op te stellen.”

Bij navraag op de betrokken diensten blijkt dat deze vrijstelling nooit schriftelijk werd aangevraagd noch bevestigd. Bovendien gold de uitspraak voor de oude lokatie en onder voorbehoud van de Citec-cijfers. Daarom raadt de administratie de ondernemers aan op voorhand steeds per brief aan te vragen of ze al dan niet MER-plichtig zijn om alle moeilijkheden in de toekomst te vermijden.

“Maar hier knelt het schoentje,” zegt Kurt Deketelaere, professor aan de KU-Leuven, die voor een verduidelijking van het MER-dekreet pleit : “Waar ligt de aansprakelijkheid van de ambtenaar en de erkende MER-deskundige ? Volgens de huidige wetgeving volstaat een formele MER-conformverklaring, maar dit biedt geen inhoudelijke waarborg. Daarnaast kampt de milieusektor met een ernstig probleem. Al te gemakkelijk kunnen (voor de kliënt) gunstige adviezen verkregen worden tegen dumpingprijzen.”

SCHAAKSPEL.

Het zal je maar gebeuren : drie jaar lang in overleg met de overheid een investeringsprojekt van 550 miljoen frank voorbereiden, met officiële vergunning het complex bouwen en net als je de champagnefles voor het openingsfeest wilt ontkurken een (voorlopige) schorsing van de Raad van State onder je neus geduwd krijgen.

Hoogst ongebruikelijk is dat het hoge rechtskollege, dat zich over de wettelijkheid van alle administratieve beschikkingen buigt, voor de tweede maal op zeer korte tijd de controversiële beslissing omtrent de toelating voor de bouw van een klooster in het koninklijk domein van Opgrimbie ligt nog vers in het geheugen het advies van de auditeur naast zich neerlegde.

Niet alleen het bedrijfsleven, maar ook de juridische wereld fronst zijn wenkbrauwen. “Het blijft een schaakspel,” zegt milieujurist Marc Van Passel : “Uit mijn tienjarige praktijk blijkt dat je nooit mag denken dat het jou als ondernemer nooit kan overkomen. Zo heeft één van mijn kliënten een installatie gebouwd, die door een Milieuminister werd ingehuldigd en geloofd omwille van de ekologische troeven. Twee weken later trekt een andere minister de vergunning in. Hoewel de Raad van State het bedrijf gelijk geeft, gaat de overheid in beroep en draait de machine nog altijd niet. Zo zijn niet alleen het bedrijf, maar ook het milieu de dupe. Alles hangt immers af van de interpretatie, die een administratie of een rechtbank aan de wet geeft.”

Ook Peter Flamey, specialist in milieu en ruimtelijke ordening, zegt dat hij in heel z’n carrière nog nooit heeft meegemaakt dat de Raad van State op zaterdag een superschorsing uitspreekt en zelfs een dwangsom van een miljoen frank per dag oplegt, terwijl de bouwwerken zo goed als voltooid zijn. De advokaat vraagt zich zelfs af of het hoge rechtsorgaan daartoe wel bevoegd is, omdat de exploitatie van een bioskoop de burgerlijke rechten raakt. Anderzijds begrijpt hij niet waarom het aktiekomitee niet onmiddellijk een dagvaarding in kortgeding voor de gewone rechtbank heeft ingespannen om de stillegging van de werken te bekomen.

Tussen de regels van de uitspraken leest Flamey een duidelijke onvrede bij de Raad van State : “Door de massale toeloop van kortgedingen kan de Raad van State niet altijd binnen de 45 dagen haar arresten vellen, maar dat betekent niet dat de vraag voor een schorsing ongegrond is, ook al is het gebouw grotendeels klaar. Bovendien heeft de administratie blijkbaar fouten gemaakt bij de goedkeuring van de bouwvergunning en de stad Hasselt na het arrest van 14 december ’95 (zie kader Vier dossiers) zelfs verzuimd de werken stil te leggen. Tenslotte zouden konkrete gegevens in sommige zaken het best ingeschat worden, mocht de Raad van State, die in Brussel zetelt, ter plaatse komen kijken. Door de werkdruk is dit evenwel niet mogelijk.”

GEBREK AAN RUIMTELIJKE ORDENING.

Flameys partner Jan Ghysels bevestigt : “De oprichting van administratieve rechtbanken in eerste aanleg één per arrondissement dringt zich op. Die kunnen dan over de lokale overheidsbeslissingen waken. De Raad van State verzuipt in het werk, wat de rechtszekerheid aantast. Het aantal hangende zaken is op 13 jaar tijd verviervoudigd tot 12.772 dossiers in ’93-’94. Tegelijkertijd steeg het aantal ingekomen én afgehandelde zaken met respektievelijk 600 en 400 %. Zolang de input groter is dan de output blijft het dweilen met de kraan open.”

Daarnaast wordt de wetgeving inzake ruimtelijke ordening zo complex dat de ambtenaren er niet meer aan uit kunnen, met alle gevolgen vandien. Ghysels : “Zo moet het schepenkollege en de gemachtigde ambtenaar van Stedebouw een deftige motivering aan de bouwvergunning toevoegen. Maar dat wordt regelmatig zoals bij Kinepolis vergeten. Het is toch wraakroepend dat een burgemeester van de stad Hasselt zoiets zelfs niet weet. Daarom pleit ik voor een bijscholing van het overheidspersoneel om administratieve slordigheden te vermijden, waar niet alleen bedrijven, maar ook gewone mensen soms het slachtoffer van zijn.”

“Vlaanderen barst door gebrek aan een ruimtelijke ordening,” besluit Ghysels : “Het volstaat niet om dekreten en uitvoeringsbesluiten te stemmen. Ook de opvolging én de beroepsprocedure van deze maatregelen, gebonden aan welbepaalde termijnen gewaarborgd moeten worden.”

ERIC POMPEN

ROSE CLAEYS (KINEPOLIS HASSELT) Ik voel me echt gegijzeld.

ADVOKAAT JAN GHYSELS Pleidooi voor bijscholing van overheidspersoneel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content