Vergeet Oevel niet

Winst maken en toch delokaliseren. De sluiting van Stafford Miller in Oevel, hoewel al lang vergeten door de media, is nochtans even pijnlijk als die van Renault-Vilvoorde. Bericht uit de Antwerpse Kempen, ver van de achtertuin van de eerste minister.

Sedert Renault-Vilvoorde zijn bedrijfssluitingen niet meer als voorheen. Vroeger was zoiets gewoon een probleem van de hoge Belgische loonkosten en dus van werkloosheid, nu schrijven ministers ietwat in vervoering gebracht door de Witte Mars in brieven aan de bedrijfsleiding dat ze “verbijsterd” zijn, zoals bij de 189 mogelijke ontslagen in de vestiging van Alcatel Bell in Colfontaine. Begin februari (dus vóór het Renault-drama) kondigde Stafford Miller Continental aan dat het zijn productieafdeling in Oevel-Westerlo eind dit jaar opdoekt waardoor 108 mensen hun baan verliezen. Maar toen geen brieven van ministers. Hooguit enkele berichten op televisie en een paar kranten, en dat was het. Nochtans heeft Stafford Miller in Oevel dat voornamelijk reinigende bruistabletten voor kunstgebitten produceert alle kenmerken van een witte sluiting die de media tegenwoordig zo sterk in de ban houden : de vestiging maakte winst, vele werknemers zijn rond de veertig jaar oud en zien daarom geen uitwegen, er werken echtparen die dus dubbel zo hard getroffen worden, en de plaatselijke leiding werd door de verre buitenlandse bazen compleet overdonderd. “Onze productie kon de vraag nauwelijks bijhouden,” zegt syndicaal afgevaardigde Maria Vermeulen (ABVV). “Tijdens de week draaiden we 24 uur op 24. Dat is toch een teken dat het goed verkoopt ?”

ONDERNEMERSLOGICA.

Plaatselijk directeur Jos Cuinen kreeg verbod om met de pers te praten, en wie naar het Amerikaanse moederbedrijf Block Drug Company telefoneert om uitleg, wordt afgevoerd naar het antwoordapparaat van de public relations officer die niets meer van zich laat horen. Er is wel een persbericht waarin Block Drug meedeelt dat het zes van zijn twaalf productievestigingen wereldwijd sluit, wat voor 400 mensen of 12 % van het totale personeelsbestand ontslag betekent. Block Drug maakt tandverzorgingsproducten (zoals de tandpasta Sensodyne) en gespecialiseerde schoonmaakmiddelen zoals toiletreinigers. In de eerste negen maanden van ’96 bedroeg de geconsolideerde omzet 625,4 miljoen dollar (21,9 miljard frank) en het bedrijfsresultaat na belastingen 62,5 miljoen dollar (2,2 miljard frank). De sluitingsoperatie moet een jaarlijkse kostenbesparing van 25 miljoen dollar (875 miljoen frank) genereren.

Aan de vakbonden vertrouwde de bedrijfsleiding toe dat de Oevelse productie van de bruistabletten wordt overgebracht naar Ierland (waar Block Drug al een vestiging heeft) en dat omwille van “de belastingen”. Het hoofdkwartier van IDA Ireland (Industrial Development Agency of Ireland), dat buitenlandse investeringen naar Ierland moet aantrekken, weet naar eigen zeggen van niks, maar geeft toe dat de Ierse vennootschapsbelasting van amper 10 % (van toepassing op industriële bedrijven) erg aantrekkelijk is. De vakbonden schreven een protestbrief aan Europees Commissaris Karel Van Miert. Block Drug zou immers delokaliseren met de hulp van Europese subsidies. Winst maken en toch verhuizen, en dan nog met de hulp van Europa. Van Mierts woordvoerder protesteert : “Bedrijven krijgen geen Europese subsidies. Die ontvangen ze van de betrokken lidstaat. Die nationale subsidiepot kan echter wel onrechtstreeks gespijsd worden door de EU.”

Voor Maria Vermeulen maakt het allemaal niet veel meer uit. “Je mist steun. Renault-Vilvoorde is iedere dag in het nieuws, over ons is er twee, drie dagen gepraat.” Soms moeten bedrijven, ook al zijn ze winstgevend, herstructureren om hun kansen gaaf te houden. “Sommigen bij ons kunnen begrip opbrengen voor die ondernemerslogica. Anderen zeggen : We betaalden al genoeg belastingen. Ze hebben van ons geprofiteerd.”

JVG

MARIA VERMEULEN (ABVV) Renault-Vilvoorde is elke dag in het nieuws. Over ons is twee, drie dagen gepraat.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content