Verdwaald in het acceleratorenbos

INCUBATOREN EN ACCELERATOREN "De meeste initiatieven streven geen financieel rendement na." © Getty Images

De afgelopen acht jaar nam het aantal groeisversnellers en ondersteunende diensten voor start-ups zo snel toe dat het moeilijk werd door het bos de bomen te zien.

Incubatoren en acceleratoren zijn groeiversnellers die ondernemers helpen om sneller vooruitgang te boeken met hun start-up. Ze zijn een beetje te vergelijken met een kort maar krachtig trainingsprogramma om een topsporter naar een hoger niveau te voeren. De start-ups krijgen kantoorruimte, professionele begeleiding en toegang tot het zakelijke netwerk van de groeiversneller. Een incubator is wat vrijblijvender dan een accelerator en richt zich op het omzetten van een zakenidee in een bedrijf. De begeleiding is minder intensief en niet zo scherp afgebakend in de tijd. Acceleratieprogramma’s zijn voor bedrijven die de opstartfase al voorbij zijn. Ze duren meestal drie tot zes maanden en zorgen voor een professionele begeleiding door mentoren.

INCUBATOREN EN ACCELERATOREN
INCUBATOREN EN ACCELERATOREN “Ondernemers moeten wel zelf hun bedrijf runnen.”© Getty Images/iStockphoto

Bekende voorbeelden van zulke acceleratieprogramma’s zijn imec.istart en Start it @KBC. Imec.istart werd in 2011 opgericht en is uitgeroepen tot de beste aan een universiteit verbonden accelerator van Europa. Het in 2013 opgerichte Start it @KBC groeide uit tot de grootste accelerator van het land, met zes vestigingen in België en twee in het buitenland (Praag en Boedapest). Andere bekende groeiversnellers zijn The Birdhouse en het Boost Me-traject van het Netwerk Ondernemen, dat deze week zijn vijfde verjaardag viert.

En er zijn er nog veel meer. Omar Mohout van het kenniscentrum voor de technologie-industrie Sirris schat dat België meer dan vijftig acceleratoren telt. Elk jaar verdwijnen er en komen er bij. Dit jaar bijvoorbeeld zag Mohout de Nederlandse havenaccelerator PortXL in Antwerpen aanmeren, opende het Franse The Family een kantoor in België, streek Ubiz neer in Brussel, lanceerde VITO C-Boot en werd in Charleroi AE.ccelerator opgericht.

Precair zakenmodel

“Samen met het aantal start-ups is de voorbije jaren ook het aantal ondersteunende diensten in België enorm toegenomen”, zegt Frederik Tibau, de directeur internationale relaties van de netwerkorganisatie Startups.be/Scale-Ups.eu, dat onder meer start-ups wegwijs maakt in het aanbod. “Het werd almaar moeilijker door de bomen het bos nog te zien. Een consolidatie stond in de sterren geschreven, zeker nu onze Belgische scene een zekere maturiteit heeft bereikt. Het samenbrengen van Startups.be met Scale-Ups.eu is een mooi voorbeeld. In de komende maanden en jaren zal je meer en meer zulke samenwerkingsverbanden zien ontstaan.”

In ons land waren de banken van meet af aan heel actief. KBC was een van de zes organisaties die in 2013 Start it @KBC oprichtten en een stevige impuls gaven aan het ontstaan van het ecosysteem voor start-ups. Belfius werkte samen met The Birdhouse, BNP Paribas Fortis nam in 2015 een belang in Co.Station, terwijl ING FinTech Village uitbouwde.

Grote bedrijven hebben de keuze. Ze kunnen zelf een accelerator oprichten, die zich richt op hun sector. Zo lanceerde de bouwgroep Besix haar Start-Up Accelerator. Of ze kunnen zich als partner verbinden aan een accelerator. Imec.istart telt ongeveer veertig structurele partners, Start it tien structurele en 25 partners die vooral expertise inbrengen. De IT-groep Cronos doet allebei. Ze heeft met The CoFoundry, dat ze samen met IBM oprichtte, zelf een incubator, maar steunde ook Start it @KBC vanaf de oprichting. Het telecombedrijf Telenet had eerst zijn eigen programma en ging in 2014 een partnerschap aan met de accelerator Idealabs, die in 2012 in Antwerpen was opgericht. In 2016 ruilde het Idealabs in voor een samenwerking met imec.istart en Start it. Dat betekende het einde van Idealabs, wat wijst op het precaire zakenmodel van acceleratoren.

Bomen en struikgewas

Er zijn drie grote inkomstenbronnen voor acceleratoren: inkomsten uit de aandelen die ze in start-ups nemen, sponsoring door bedrijven en subsidies van de overheid. The Birdhouse bijvoorbeeld kiest voor een investeerdersmodel, terwijl Start it @KBC er net een punt van maakt geen aandelen te verwerven van de bedrijven die het begeleidt, geen geld vraagt en niet eist dat start-ups klant worden bij de partners.

Meestal kiezen acceleratoren voor een gemengde financiering. “De meeste initiatieven streven geen financieel rendement na”, zegt Jan-Willem Callebaut van The Birdhouse. “Het enige duurzame voor een accelerator is het investeerdersmodel, waarbij je geld investeert in ruil voor aandelen”, zegt Callebaut. “Acceleratoren die daar niet naar op zoek gaan, kunnen in de problemen komen. Het gebeurt vaak dat de organisatie dan ophoudt te bestaan, of dat wordt samengehokt in grotere organisaties om financieel gezond te blijven.”

In Vlaanderen beheert het Agentschap Innoveren en Ondernemen (Vlaio) de subsidies. Er loopt een nieuwe overheidsopdracht om te bepalen welke organisaties steun krijgen om start-ups en scale-ups te begeleiden. Wellicht bepalen de organisaties die via die opdracht subsidies krijgen mee hoe het landschap zal evolueren.

Lode Uytterschaut, een van de oprichters van Start it @KBC, gelooft niet dat er te veel start-upinitiatieven zijn. “Ik geloof niet in het bos met de vele bomen. Er staat wel veel struikgewas”, zegt hij. “De echt goede acceleratieprogramma’s voor start-ups in België kun je op de vingers van twee handen tellen. Misschien moet er eerder een aantal initiatieven verdwijnen en kunnen de middelen die bedrijven en overheden eraan besteden, gaan naar de waardevolle spelers die een reële meerwaarde leveren aan die startende bedrijven.”

Rocksterondernemers

Gert Gijbels, die bij Netwerk Ondernemen het acceleratieprogramma Boost Me op poten zette, ziet de komende jaren treintjes ontstaan om het overaanbod weg te werken. “Verschillende complementaire organisaties haken dan hun wagonnetjes aan elkaar, zodat een start-up kan worden begeleid van de fase net voor de start, tijdens de opstart zelf, de groei en de internationalisering. Ik denk dat er in Vlaanderen twee of drie van die treintjes zullen worden gevormd. Idem met het opbod van events.”

Sven De Cleyn van imec.istart ziet bij zijn organisatie drie vormen van samenwerking. Ten eerste zijn er partnerschappen met acceleratoren zoals Bluehealth Innovation Center en Sport-Up, die zich op één sector richten – respectievelijk gezondheid en sport. “Ten tweede hebben we een veertigtal structurele partners, zoals UCB, Volvo, bpost en Roularta (de uitgever van dit magazine, nvdr), die kennis ter beschikking stellen. Ten derde bundelen we onze middelen met andere organisaties wanneer we bijvoorbeeld naar grote events in het buitenland gaan.”

Wanneer het opbod is weggewerkt, kunnen bepaalde ‘rocksterondernemers’ – zoals Gert Gijbels hen noemt – de acceleratoren minder goed tegen elkaar uitspelen. “Sommige ondernemers vragen aan acceleratoren hoeveel klanten ze hen kunnen garanderen of vragen wanneer hun kapitaalronde van 1 miljoen euro rond kan zijn. Zulke beloftes kun je als accelerator niet waarmaken. Wij gaan er dan ook niet op in. Wij openen ons netwerk voor ondernemers, maar ze moeten wel zelf hun bedrijf runnen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content