Vakbonden leven van werklozensteun!

Theoretisch zouden vakbonden de belangen van de werknemers moeten verdedigen, maar zelf hebben ze eerder belang bij werklozen. Vakbonden beheren immers de uitkeringen van “hun” werklozen. Gelet op hun rechtsvorm (vzw) hebben vakbonden geen uitgebreide publicatieverplichting zoals andere rechtsvormen (nv, bvba) die hebben. Het is dan ook niet altijd gemakkelijk om inzage te hebben in hun inkomsten. Een tip van de sluier leert echter dat de vakbonden leven van hun klanten, zijnde de werklozen. Iedere werkloze brengt dagelijks één euro in het laatje.

Hun werkloosheidsdiensten betalen, in opdracht van de RVA, uitkeringen aan de werkloze leden en worden daarvoor dik betaald. Het product “werkloze” zit echter in een dipmarkt. Telkens een werkloze werk vindt, is dat slecht nieuws voor de vakbond. De werkloosheid is immers hun handelsfonds. Door de krapte op de arbeidsmarkt, gebeurt het onvermijdelijke doemscenario voor de vakbonden. Zowel in Vlaanderen als in Wallonië daalt de werkloosheid.

Het ABVV maakte als eerste publiek dat het overtollig personeel heeft op de werkloosheidsdiensten en leidt drie dossiers in voor collectief ontslag. De afdeling Mechelen-Kempen krijgt het statuut van “onderneming in moeilijkheden” waardoor naakte ontslagen worden vermeden voor negen kameraden, door ze vanaf 54 jaar met brugpensioen te sturen. “De afdankingen hebben alles te maken met de fors dalende werkloosheidscijfers”, aldus secretaris Geert Van Autenboer. Als er geen werkloosheid meer is, doet de laatste ABVV werknemer het licht uit, zou ik er aan toevoegen.

Inderdaad, als de werkloosheid verdwijnt, zou dat een minderinkomst van 168 miljoen euro per jaar betekenen voor de bonden, netjes verdeeld over de Christelijke (50 %), de Socialistische (40 %) en de Liberale (10 %) zuil (berekeningen Intinera). Iedere werkloze die werk vindt, betekent een onmiddellijk inkomstenverlies voor de vakbonden. Maar evenzo een werkloze die opleiding of werkaanbiedingen systematisch weigert, en die dus wordt verwezen naar het OCMW, creëert een minderinkomst voor de vakbonden.

Aan de vakbonden vragen om mee het werkloosheidsprobleem op te lossen of om werklozen te motiveren, is hetzelfde als aan de senatoren vragen om de Senaat af te schaffen. We moeten ons er dan ook niet over verwonderen dat we op de website van de ABVV de volgende tip, in groot kader, gericht aan de werkloze kunnen lezen: “Als je wordt opgeroepen voor een onderhoud bij de RVA, neem dan onmiddellijk contact op met de ABVV om na te gaan of de oproeping wel terecht is.”

Tegenover die 168 miljoen euro staat echter, in tegenstelling tot bepaalde andere overheidscontracten, een tegenprestatie. Ze moeten immers de werkloosheidsvergoedingen uitkeren aan de werklozen. Als er grofweg 500.000 uitkeringsgerechtigde werklozen zijn, die maandelijks hun uitkering moeten ontvangen, moeten zij zes miljoen betalingen uitvoeren. Voeg daar nog alle brugpensioenen en andere werklozen en statuten bij, dan gebeuren er een kleine vijftien miljoen (14,5 miljoen om precies te zijn) verrichtingen per jaar (bron RVA). En precies daarom krijgen ze 168 miljoen euro, of ongeveer twaalf euro per betaling.

Is dat nu veel of weinig? Wel, de bestanden van de werklozen worden aangeleverd door de RVA. De overheid zou dus zonder problemen deze betalingen kunnen uitbesteden aan gespecialiseerde betalingsinstellingen. Banksys bijvoorbeeld schat de kostprijs per elektronische betaling op 0,13 euro. Op basis daarvan kunnen wij de approximatieve kostprijs van de betalingstransacties schatten op jaarbasis op: 14.500.000 verrichtingen aan 0,13 euro betekent een totale kostprijs van 1.885.000 euro. Een professionele betalingsinstelling is dus honderd keer goedkoper dan de prijs die de vakbonden vragen om de betalingen te verrichten.

Ik denk zelfs dat het gratis zou kunnen. De betalingsopdracht wordt immers elektronisch aangeleverd. Op die manier kunnen banken zogenaamde overnight- rendementen genereren. De bijna vijftien miljoen betalingen vertegenwoordigen een jaarlijks bedrag van acht miljard euro. In de hypothese dat de beta- lingen onmiddellijk bij ontvangst gebeuren, blijven ze toch overnight. Maandelijks blijft er dus zeven honderd miljoen overnachten in de bank, wat afhankelijk van de marktliquiditeit op jaarbasis tussen één en twee miljoen opbrengt. Met andere woorden het geldbeheer kan voldoende opbrengen om de betalingskosten te betalen zodat banken de betaling “gratis” kunnen doen.

Samengevat, de taak waar de vakbonden 168 miljoen voor krijgen, is niet hun kernactiviteit. Laat betalingen over aan betalingsinstanties en laat vakbonden hun kernopdracht uitvoeren, zijnde een verantwoordelijke sociale partner in de economie zijn opdat meer werkzoekenden aan het werk zouden kunnen. Net zoals politieke partijen kunnen zij daarvoor, beperkt, structureel en transparant gefinancierd worden. Vakbonden kunnen zich dan bezighouden met hun kerntaak, werkers ondersteunen. En de belastingsbetaler die realiseert een flinke belastingsbesparing. Het begrotingstekort wordt kleiner en niemand heeft nog belang bij meer werkloosheid. Misschien zal dat zelfs de houding van de vakbonden in de auto-industrie en andere bedreigde sectoren ten goede wijzigen.

Enig probleem daarbij is dat de vakbondsmensen werkloos zouden worden. Ook daarvoor heb ik een oplossing. Interimkantoren schreeuwen om arbeidskrachten. Vakbondspersoneel, dat toch verondersteld wordt deze sector en de reglementering goed te kennen, kan daar aan de slag. Niet om mensen te steunen in de werkloosheid en hen te helpen om bij werkonwilligheid sancties te vermijden, maar om hen te helpen uit de werkloosheid te geraken. (T)

De auteur is professor economie aan Ehsal, Hogeschool Gent en

universiteit van Nancy.

Rudy Aernoudt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content