TWIJFEL

OOST-EUROPA, AFRIKA, JAPAN.

Zowat alle internationale organisaties zijn het roerend eens : 1997 wordt voor iedereen een degelijk groeijaar. Niet alle economen delen evenwel dat optimisme. Zo bijvoorbeeld Andrew Warner, verbonden aan het Institute for International Development van Harvard University en gespecialiseerd in de thematiek van de economische groei, en John Williamson, adviseur bij de Wereldbank en tot voor kort senoir fellow van het gerenommeerde Institute for International Economics in Washington.

Andrew Warner ziet twee grote probleemgebieden : “Ik heb er mijn grootste twijfels over of in de vroegere Oostbloklanden, en dan vooral in Rusland, er dit jaar een serieuze herneming gaat komen. Er greep in die landen een dramatische daling van de productie plaats en het is zeker zo dat de output van de vele nieuw opgerichte ondernemingen niet adequaat gemeten wordt. Toch wijzen onze onderzoekingen uit dat er weinig redenen zijn om in een doorgedreven herneming in 1997 te geloven. Hetzelfde geldt voor Afrika. Vergeet niet dat op dit continent veel landen 1996 nog afsloten met een negatief groeicijfer. De absoluut noodzakelijke beleidsveranderingen gebeuren veel te traag, en vaak ook maar zeer partieel op het Afrikaanse continent.”

John Williamson volgt voor de Wereldbank vooral de evolutie in de Aziatische landen op. Volgens hem komt het gevaar vooral uit die hoek : “Eerst dit. Ik geloof absoluut niet dat we een echt krachtige herneming gaan krijgen. Europa blijft toch met enorme structurele problemen zitten en de Amerikaanse economie zal méér dan waarschijnlijk verder vertragen dit jaar. Het zwakke punt is volgens mij echter Japan. Japan haalde vorig jaar weliswaar een groei van 3 à 4 %, maar die kwam er vooral doordat de regering een erg expansief budgettair beleid voerde. Dit is niet vol te houden over meerdere jaren. De vraag is of de particuliere consumptie en de bedrijfsinvesteringen de fakkel kunnen overnemen. Ik heb daar serieuze twijfels over.”

Warner noch Williamson koesteren echter enige twijfel omtrent de inflatievooruitzichten. “In de jaren tachtig kende vooral Latijns-Amerika diverse hyperinflaties. In de jaren negentig vonden we die in Rusland en andere Oostbloklanden. Die hardnekkige brandhaarden van inflatie zijn nu grotendeels geblust,” aldus Warner. John Williamson besluit : “Uiteindelijk zijn het de centrale banken van de grote industrielanden die het wereldperspectief inzake inflatie bepalen. Welnu, die hebben hun lesje wel geleerd de afgelopen decennia. Neen, ik zie echt geen inflatiegevaar.”

JOHN WILLIAMSON Hoelang gaan de Japanners budgettair blijven pompen ?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content