Trends Gazellen Ambassadeur: Turbo’s Hoet

Turbo’s Hoet zag in 1974 het levenslicht als een eenmanszaak voor de verkoop en revisie van turbo’s. Al gauw barstte het bedrijf van Alfred Hoet uit zijn voegen. Onder meer via overnames van carrosseriebedrijven werd Hoet een internationale speler. Vandaag telt het bedrijf vestigingen in zeven landen. Hoet uit Hooglede-Gits groeide dankzij een specifieke aanpak in de turbobusiness. Als enige bedrijf in Europa betrekt het zijn turbo’s rechtstreeks van de fabrikanten. Het West-Vlaamse bedrijf is een verdeler van bekende merken als Schweitzer en Mitsubishi. Het geheim van de groei ligt ook in diversificatie. Naast turbo’s reviseert het bedrijf allerlei andere pompen. Alfred Hoet: “We hebben een grote voorraad ruilonderdelen. En onze stock van nieuwe onderdelen bevat meer dan 100.000 referenties.” Hoet staat in België ook in voor de verkoop en het onderhoud van DAF-vrachtwagens. Een andere afdeling houdt zich bezig met het verhuren van trekkers en opleggers. En Alfred Hoet wil nog verder gaan: om de groei te bestendigen, nam Sofinim (driekwart in handen van Ackermans & van Haaren) recentelijk een 50 %-participatie in Turbo’s Hoet.

9 KIJK EN BOUW

K ijk en Bouw, specialist in sleutelklare woningen, is een begrip in heel Bel- gië. Op vijf tot zes maanden staat een huis er, instapklaar. “Onze manier van werken heeft ervoor gezorgd dat er de voorbije jaren verschillende spelers zijn bijgekomen,” legt gedelegeerd bestuurder Peter Soetaert uit. “Gelukkig hebben we een voorsprong opgebouwd.”

Momenteel richt het bedrijf zich meer en meer op buitenlandse markten. Frankrijk en Nederland bevinden zich in het vizier. Soetaert: “Tien jaar geleden hebben we de markt buiten België grondig onderzocht. Het lag niet voor de hand om naar Frankrijk te stappen.” De buitenlandse markten zijn voor Kijk en Bouw belangrijk, zeker nu iedereen ervan uitgaat dat de groei in de bouw zal matigen.

69 Nieuwpoortse IJsfabriek

Iwan De Nolf was niet echt voorbestemd om in de vissector terecht te komen. Bijna twintig jaar lang werkte hij in een commerciële functie bij Uitgeverij Roularta. Toen hij vernam dat vishandel Nijf van de bvba Nieuwpoortse IJsfabriek met een opvolgingsprobleem kampte, besloot hij om daar zijn geluk te wagen. Nu leidt hij een bedrijf dat vis levert aan horecazaken in West-Vlaanderen. Geen gemakkelijke sector, ook vishandelaars leveren immers aan de horeca. Bovendien krijgt een bedrijf als de Nieuwpoortse IJsfabriek al gauw meer controle op de voedselkwaliteit dan de kleinere vishandel.

Iwan De Nolf: “Ondertussen is er een reglementering in de maak waardoor alleen groothandels mogen leveren aan de horeca. Op één domein hebben we al een streepje voor: wij zijn de enige die aan grootkeukens mogen leveren, omdat we FAVV-gecertifieerd zijn.” De Nolf ziet de sector de komende jaren grondig veranderen: “We leveren aan veel kleine familiebedrijven. Die markt zal consolideren. Daar zijn er immers ook steeds meer opvolgingsproblemen.” Hij merkt op dat zowat de helft van de vis op het bord al gekweekte vis is. Na de zalm en scampi’s, komt ook de kabeljauw meer en meer van kweekbedrijven.