TIJDLOZE LUXE

Van John Saeffe tot Royal Oak: de horloges van Audemars Piguet behoren tot de meest prestigieuze die Zwitserland ooit heeft voortgebracht.

Brassus, Le Locle (Zwitserland)

In de maalstroom van fusies, hergroeperingen en samenwerkingsverbanden die de luxe-industrie kenmerkt (denk maar aan Richemont en Swatch Group) valt Audemars Piguet op door zijn onafhankelijkheid. Het is het oudste tophorlogemerk van Zwitserland en nog steeds in handen van de nazaten van de oprichters.

Audemars Piguet vervaardigt complexe mechanische horloges, verfijnde juwelen en een collectie sieraden. Vandaag is Jasmine Audemars, oud-hoofdredactrice van de Zwitserse krant Journal de Genève en vierdegeneratiehorlogemaker, voorzitster van de raad van bestuur, maar sinds 1987 staat het huis onder leiding van een ‘buitenstaander’: Georges-Henri Meylan.

Ontstaan in volle crisis

In de gemeenten van de Joux-vallei, een smalle strook van acht op dertig kilometer, vinden we de namen terug van de families die door de horloges wereldberoemd werden: Audemars, Golay, LeCoultre, Piguet… Die families waren vaak afkomstig uit Genève, waar de strenge Calvijn in 1566 de edelsmeden verbood om nog langer cultusobjecten te vervaardigen. Vanaf toen legden de edelsmeden in Genève zich toe op de creatie van uurwerken.

Doordat de zonen van de ene familie trouwden met de dochters van de andere, waren familiebanden in de horlogewereld al snel gemeengoed (denk aan Jaeger-LeCoultre, Patek Philippe, Vacheron Constantin enzovoort).

In 1810 zorgde Abel Golay ervoor dat de mechanische fabricage snel vordering maakte in de horloge-industrie. Hij creëerde namelijk zelf instrumenten waarmee hij tandwielen kon frezen. De vervolmaking van de gereedschapswerktuigen leidde algauw tot een significante verhoging van de productie, en bijgevolg tot een daling van de prijs en de inkomsten. In 1875 kende de Joux-vallei dan ook een diepe crisis. Toch besloten twee plaatselijke families – die van de jonge Jules-Louis Audemars en Edward-Auguste Piguet – om hun krachten te bundelen en een nieuw merk te lanceren dat focuste op complexe mechanismen. Dit luxehorlogeconcept is tot op vandaag een van de beroemdste ter wereld.

648 onderdelen in 1 horloge

De officiële oprichtingsakte van de vennootschap Audemars, Piguet & Cie, Manufacture d’Horlogerie, werd uiteindelijk pas ondertekend in 1881 in Brassus, de geboortestad van beide vennoten. Een jaar later al blijkt uit het orderboek dat er modellen werden verkocht met quantième perpétuel, minuutrepetitie of chronograaf.

Ook nu nog is zelfs de meest bedreven horlogemaker een jaar lang bezig om alle 648 delen van de Grande Complication, een juweeltje uit 1889, af te werken en te assembleren. Er is een uitzonderlijke vakkennis voor vereist, zoals ook het model Jules Audemars aantoont: zonsopgang, zonsondergang, tijdsvereffening, quantième perpétuel… Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de aankoop van een dergelijk stuk u 750.000 Zwitserse frank (483.300 euro) lichter zal maken.

Van bij het begin koos het huis Audemars Piguet er dus voor om zich te richten op zo dun en complex mogelijke mechanismen. Zo vinden we in het privé-museum van de onderneming – dat is ondergebracht in de voormalige ateliers in Brassus en uitsluitend na afspraak toegankelijk is – onder meer het eerste ultradunne tourbillon-polshorloge. In dit model bevindt zich ‘s werelds kleinste en dunste tourbillon (een verfijnd mechanisme dat de invloed tegengaat van de zwaartekracht op de precisie van het horloge).

Black magic, in zwart titanium

Een van de beroemdste horloges van het museum is het extra dunne John Saeffe-polshorloge met minuutrepetitie, dat de balpennenfabrikant persoonlijk in platinaversie heeft besteld. Sindsdien draagt het model ook zijn naam.

Een ander succesmodel is de Royal Oak, het eerste stalen luxesporthorloge, dat werd gelanceerd in 1972. In meer dan dertig jaar tijd heeft het horloge de meest diverse polsen gesierd. Wie op een zonnig weekend naar Knokke trekt, zal algauw de karakteristieke achthoekige wijzerplaat met de zeshoekige schroeven en de metalen horlogeband herkennen aan de bruingebrande arm van de plaatselijke beau monde. Met dit horloge zijn alle variaties mogelijk: er zijn exemplaren met horlogering en armband in rubber of met een armband uit staal. En in de grote kast passen heel wat technieken: gangreserve-indicator, een tweede tijdzone, een chronograaf enzovoort. Voor de dertigste verjaardag van de Royal Oak-serie, lanceerde Audemars Piguet de Black Magic in zwart titanium, met een polsband uit koolstofvezel. Vandaag is het model een echt verzamelstuk geworden.

Julio Papi, een jonge en geniale horlogemaker, vertelt ons het verhaal achter de Royal Oak. Papi was samen met Dominique Renaud een eigen atelier begonnen, dat later met hun goedkeuring door Audemars Piguet werd overgenomen (voor 78,4 %). Hij verhaalt hoe de Engelse koning Charles II wist te ontsnappen aan de troepen van Cromwell door zich te verbergen in een holle eik. Sindsdien was er ter nagedachtenis aan die gebeurtenis in de Engelse Royal Navy steeds een boot die de Royal Oak heette. De eerste Royal Oak had naar het schijnt achthoekige patrijspoorten. Meer inspiratie had Gerald Genta, de designer van Audemars Piguet, indertijd niet nodig om de Royal Oak te ontwikkelen.

Jong en ambachtelijk

Het atelier van Renaud & Papi bevindt zich in Le Locle. In dit bedrijfje werken 110 personen, verdeeld over vijftien nationaliteiten en 23 vakgebieden. Bij Renaud & Papi vind je het nec plus ultra van de hedendaagse horlogeknowhow. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat merken als IWC, Jaeger-LeCoultre, Richard Miller, Breitling en uiteraard ook Audemars Piguet geregeld een beroep doen op hun vaardigheden.

Op basis van een bestek van de klant, bundelt het technische bureau Renaud & Papi kennis en ideeën om een origineel concept te ontwikkelen. Het idee wordt vervolgens een schets, de schets wordt een maquette en de maquette een prototype. Daarna gebeurt de eigenlijke fabricage: in de zuiverste artisanale traditie, dat wil zeggen uitsluitend met de hand en met instrumenten. En ten slotte is er de afwerking en de decoratie. Verbluffend. De onderdelen worden bewerkt, aangepast en gedecoreerd met behulp van alle mogelijke polijst-, slijp- en schuurwerktuigen.

“Op die manier kunnen we alle sporen van het fabricageproces wegwerken. Dat is niet alleen uit esthetisch, maar ook uit functioneel oogpunt van belang,” aldus Julio Papi. Nadat eventuele gravures en paarlemoerafwerkingen zijn aangebracht, kan het geheel worden gemonteerd en naar de controle doorgezonden. Die gebeurt met de krachtigste meetsystemen die er op de markt zijn, aldus Papi. De minuutrepetitie is hier de belangrijkste techniek, “maar er is vooral vraag naar de tourbillon,” beklemtoont Julio Papi, die ook quantième– en grande sonnerie-modellen (waarbij het slagwerk de uren en de kwartieren laat horen en die ook kan repeteren) aanbiedt.

Een heel jaar werken aan één horloge

Sinds 1999 en tot in 2006 werkt het huis overigens aan de collectie Tradition d’excellence: acht exemplaren met een oplage van niet meer dan twintig stuks, waaraan telkens een vol jaar werd gewerkt. Audemars Piguet brengt elk jaar een nieuw model op de markt dat het summum vormt van de horlogeknowhow. Volgend jaar krijgen de acht afgewerkte horloges een plaats in een met mozaïek ingelegde kast die werd vervaardigd door een ambachtsman uit de streek.

Serge Vanmaercke

Voor het model ‘Jules Audemars’ betaalt u zomaar eventjes 483.300 euro.

Aan een horloge uit de collectie ‘Tradition d’excellence’ wordt een vol jaar gewerkt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content