Te koop: snelgroeiende multinational

Tessenderlo Group brak de voorbije jaren internationaal door. Het chemieconcern staat echter in de etalage van de aandeelhouder, de Franse staat. Kan de nieuwe eigenaar de groep opsplitsen en verkopen?

“Het wordt een sleuteljaar voor Tessenderlo Group,” zegt Gérard Marchand, chief executive officer (CEO) van het chemieconcern. “Hopelijk wordt duidelijk of we kunnen groeien binnen het profiel dat we de voorbije jaren hebben opgebouwd: de marktleider in chemische niches. Het kan ook dat de nieuwe aandeelhouder ons in stukken verkoopt. Alles is mogelijk. Gelukkig heeft onze huidige hoofdaandeelhouder geen haast om te verkopen. De Franse staat kan wel tegen een financieel stootje.”

De Franse overheid beheert de Entreprise Minière et Chimique (EMC), die 44% van het beursgenoteerde Tessenderlo Chemie bezit. EMC baatte tot vorig jaar de inmiddels gesloten Mines de Potasse d’Alsace uit. Dat bedrijf werkte sinds 1929 samen met de Kempense groep.

Verdubbeld in waarde

De gekapitaliseerde beurswaarde van Tessenderlo Group (TG) steeg sinds Marchands aantreden in 1987 van 237 miljoen euro tot 750 miljoen euro. Na een aantal zware investeringen en overnames in de jaren zeventig kwam het bedrijf uit een periode van schulden. In 1989 bedroegen de schulden van TG nog 72% van het eigen vermogen. Vijf jaar later was dat 11%.

Met de vrijgekomen financiële ruimte investeerde TG in nieuwe vestigingen. Uit de lokale speler met een beperkte focus (Tessenderlo Chemie in de Kempen) groeide een wereldconcern met 112 vestigingen in 22 landen. Er werken wereldwijd 8000 mensen bij Tessenderlo Group, een stijging met 60% in tien jaar.

De omzet maakte op tien jaar een sprong van 1 naar 1,9 miljard euro (2001). Die komt uit vijf activiteiten, die onderling sterk samenhangen (zie kader: Wat heeft Tessenderlo te bieden?). Een voorbeeld: voor de chloor die als nevenproduct vrijkomt in Tessenderlo, bestaat er geen markt. Alleen een nabijgelegen mvc-producent als LVM kan het product gebruiken. Marchand: “De interne optimalisering van bijproducten is de sterkte van TG. Het laat ons ook toe om bepaalde processen te switchen naar gelang van de marktomstandigheden. Zo was er eind november 2002 een sterke vraag naar pvc. Als de markt dan afzwakt, omdat de koude toeslaat en er minder gebouwd wordt, kunnen we ons richten op de productie van fosfaat, en dat product verkopen of stockeren. Niemand in de wereld doet ons zoiets na.”

Die samenhang heeft ook gevolgen voor de toekomst van TG. “De industriële logica tussen de onderdelen maakt het moeilijk om onderdelen los te koppelen,” stelt Marchand. “Daarom lijkt me de eventuele verkoop van afzonderlijke niches niet echt rendabel. Maar dat is uiteraard een redenering die de nieuwe aandeelhouder moet maken.”

Saneren onder Chinese druk

Hoewel hij Tessenderlo (opnieuw) op de wereldkaart heeft gezet, treedt Gérard Marchand zelden op de voorgrond. De Fransman, die een klassieke loopbaan heeft gevolgd via de administratie en deel uitmaakt van de selecte ingenieursclub van de tien X Mines die elk jaar afstuderen aan de Ecole Polytechnique, lijkt wel vastgekluisterd aan zijn bureau in de Brusselse Troonstraat. Een interview in Tessenderlo wimpelt hij af. Dat ligt in de lijn van de traditie van de groep, waar de Franstalige top weinig aandacht had voor de lokale managers in de Kempen.

De volgende maanden wordt Tessenderlo Group weer wat minder Loois. Dit jaar wordt immers stevig gesnoeid in het Belgische personeel. Tessenderlo Chemie NV heeft sinds vorige maand het statuut van een onderneming in herstructurering, en zal via zachte afvloeiingen het aantal werknemers terugbrengen van 1700 naar 1500 mensen. “We kunnen niet anders,” zegt Marchand. “Onze grootste concurrenten in de minerale chemie zitten in China. De loonkosten bedragen er een fractie van die in België.”

De concurrentie speelt zich ook af op het vlak van de normering. Marchand: “De Chinese spelers kunnen zich op het vlak van milieuverontreiniging ongeveer alles veroorloven. Er moeten wereldwijde milieunormen komen om die onrechtmatige concurrentie te vermijden.”

In Tessenderlo is er al enkele decennia een probleem met de lozing van zout in de Laak en de Winterbeek, riviertjes die uitmonden in de Nete en de Demer. Jules Houtmeyers, adjunct-directeur van Tessenderlo Chemie heeft een dagtaak met dit fenomeen. “We hebben geen alternatief dan te lozen,” zucht hij. “Overigens is de schade minimaal. In de Nete zwemt er geen vis minder als gevolg van het afvalwater.”

Vlaams minister van Milieu Vera Dua ( Agalev) eist nochtans dat TG een einde maakt aan de lozing. Dat is onhaalbaar, klinkt het bij algemeen directeur Jacques Verspeek. Ietwat dreigend klinkt het: “De kosten van de ontzilting zouden de hele productie van Tessenderlo Chemie in gevaar brengen. Door de ligging van Tessenderlo, ver van de zee, is er geen alternatief voor de lozing van zout afvalwater. Ooit zou een pijpleiding ( nvdr – de beruchte ‘smeerpijp’) een oplossing bieden, maar dat project draaide uit op een technologische en financiële sisser.”

De milieuproblematiek en de strijd met lokale en regionale overheden werpen een smet op het imago van TG. Voeling met de politiek is dus een kwestie van overleven. Verklaart dat de aanwezigheid van de lokale VLD-coryfee en ex- CD&V‘er Karel Pinxten in de raad van bestuur? Marchand: “Een lobbyist mag je deze politicus niet noemen. De fabrieken in Limburg nopen ons tot contacten met lokale overheden. We doen een beroep op mensen die ons uitleggen hoe die juist te werk gaan en tot wie we ons moeten richten. Tessenderlo Group had altijd al bestuurders met goede overheidsrelaties. Heeft elk groot bedrijf in België dat niet?”

Hans Brockmans [{ssquf}], hans.brockmans@trends.be

“Het kan dat de nieuwe aandeelhouder ons in stukken verkoopt.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content